Full text |
om een andere gave waarderen. Op het
verhaaltje van de vogel volgen korte be-
schouwingen, die ontleend zijn aan de
toespraken, die de dichter gehouden heeft
voor leerlingen en leermeesters in Shanti
Niketan. Een enkele aanhaling (blz. 40) :
« Wanneer wij naar het schouwspel des
« levens gaan, dan zetten wij ons in onze
« dwaasheid neer met de rug naar het
«toneel gekeerd. Wij zien de vergulde
« zuilen en de dekoraties, we merken het
« gaan en komen der menigte op, en als
«ten slotte het licht wordt uitgedraaid,
«vragen wij ons in onze verwarring af,
«wat toch de betekenis van dit alles kan
« zijn.
« Indien wij echter onze blik richtten
« naar het innerlik toneel, zo zouden wij
« het eeuwige liefdedrama van de ziel
« kunnen aanschouwen en zouden wij ons
« kunnen vergewissen, dat het wel rust-
« pozen, maar geen einde kent. Wij zou-
« den overtuigd zijn, dat al deze grootse
« uitrustingen der wereld wèl haar zin
«hebben en niet slechts de schitterende
« en koortsige droom zijn van dingen
«zonder meer.» E. D. B.
Anton Tsjechoff. E De Steppe. Ver-
taling van Annie van Aller. (Elsevier’s
Algemeene Bibliotheek, n )■ Amsterdam,
« Elsevier ».
Door welke geheime innerlike kracht
kan dat verwaarloosd Russies volk voedsel
geven aan genieën als een Tolstoï of een
Dostojevsky, aan buitengewone talenten
als de bij ons nog niet zo bekende Anton
Tsjechoff? Geeft de onontwikkelde oer-
toestand van de massa, door tegenstelling,
aan het gedifferentieerde intellektueel ver-
mogen van enkele bevoorrechte indivi-
duën, die veelal in het buitenland gereisd
hebben, misschien groter scherpte en
oorspronkelikheid ? Zeker heeft het on-
afzienbare land veel wat de verbeelding
prikkelt. Schilderachtige bestaansvormen
werden er bewaard. Dit kleine boek,
helemaal geen roman, zelfs geen verhaal
in de gewone zin van het woord, niets
dan de beschrijving van hoe een kind
door zijn pleegvader, de Steppe over,
naar een verre stad geleid wordt waar
hij zal op school gaan, boeit als de bontste
roman van avonturen. Tsjechoff heeft
gevoel voor humor en weet uitstekend
vlug te karakteriseren, landschappen zowel
als levende wezens. Onvergetelik zijn
deze nachten bij het kampvuur -op de
eindeloze vlakte, en dat onweer waarbij
Conscience’s « Onweer op de heide » een
onschuldig regenbuitje is. Uit dit boek
spreken én de sterke gevoelens van natuur-
mensen te midden van een aangrijpende
omgeving, én het scherpe observatie-
vermogen van een geraffineerd intellek-
tueel, om samen een onvergankefike in-
druk na te laten. E. D. B.
Frans Erens. —- Toppen en hoogten.
Roermond, J. J. Romen & Zoon.
Litteraire kritieken van Frans Erens
zijn steeds een fijn genot. Geen kla-
roenende volzinnen bij deze ernstige man,
geen mooiklinkende retoriek maar steeds
een zoeken naar de waarheid, naar het
wezen van wat zijn aandacht heeft.
Enkele opstellen, zo het laatste van deze
bundel, bevatten slechts in losse volg-
orde achter elkaar geschreven denkbeel-
den die hij naar aanleiding van een of meer
gelezen boeken vormde, maar elk daarvan
opent een venster op het leven of de
kunst. Erens heeft het hier over Mon-
taigne en Ronsard, Claudel en Stefan
George en over oudere en jongere land-
genoten. Overal maakt men graag de
tocht naar de kern der dingen met hem
mede. E. D. B.
Aage Krarup Nielsen. — Door de tropen
naar de zuidelijke ijszee ter walvisch-
vangst. Uit het Deensch vertaald door
Mary Schlüter-Horrix. Amsterdam,
Em. Querido. f. 4.50.
Aage Krarup Nielsen gaat als scheeps-
76 |