Gilles van Hees : De School. Groningen, J. B. Wolters. îng. À- 2,90 Wij hebben dit boek met zeer véél be- langstelling gelezen. Het verscheen als deel III in de serie « Paedagogiek ». Eindelijk be- gint ook door de methode-boeken een fris- sche wind te waaien en stelt men vast, dat over het eigenlijk schoolwerk met een warm hart kan geschreven worden. De auteur is geen nieuwlichter, maar een kalm paedagoog die aandachtig de nieuwe richtingen in de opvoedkunst nagaat en slechts die aan- vaardt, welke met succes kunnen gevolgd worden in de volksschool. Zijn hoofdstukken óver de methodiek der - moedertaal, zijn ver uit de beste. Jonge onderwijzers moeten met dit boek kennis < maken. ' Er valt misschien niet veel uit te leeren,-maar het kan bij hen een groot vertrouwen in'hun arbeid wekken en dit is zoo broodnoodig in deze onzekere tijden. Gosses, Dr G. : Friesland en de Friesche Beweging, 38 blz. Rotterdam, Sintrale Boekeforkeap, .1931. Éen buitengewoon helder en overzichtëlijk opstel over de Friesche Beweging. Voor de Vlamingen zeer belangrijk. Onmisbaar in de openbare bibliotheken. Dr Gosses haalt eer van zijn werk en zijn pleidooi klinkt over- tuigend en zeer sympathiek. Wie eens Fries- land bezócht, de oude stadjes en de prach- tige meren kent, begrijpt nog beter het ver- langen van' dit volk om zijn eigen persoon- lijkheid en zijn taal gaaf te behouden. Grauls, Dr Jan, Prosper’ Melis en Const. H. Peeters : Taalkundig Handboek, 186 blz. Antwerpen, « De Sikkel », 1931. fr. 9,—’ Dit hoogst nuttig boekje werd bekroond in den ‘Provincialen wedstrijd van Brabant, uitgeschreven in 1929 voor het samenstellen van handboeken voor taalzuivering. « Dit Taalkundig Handboek zal dienst be- wijzen aan allen die de Nederlandsche Taal willen spreken en schrijven zoöals het be- hoort — en hiermee bedoelen we in de eer- ste plaats de leerlingen van onze lagere, middelbare en normaalscholen. Zij zullen goed doen dit Handboek veelvuldig te ge- bruiken en velen, die reeds de schooljaren achter den rug hebben, zullen er baat bij vinden het af en toe te raadplegen, aldüs de schrijvers in 'n «V7óo rd vooraf». O.i. ware het Wenschelijk dat iedereen het bestendig bij de hand had. } Het bevat een lijst van woorden die ten opzichte van spelling, verbuiging, meer- voudsvorm e. d. moeilijkheid kunnen op- leveren, hoofdstukken over uitspraak en klemtoon .lijsten van uitdrukkingen die ver- keerd zijn, met de goede algemeen neder- landsche er naast, een opgave van gebruike- lijke verkortingen, een deel «gevleugelde woorden », opgave van Titulatuur, betiteling in brieven, beginvormen en slotvormen van brieven. Een boekje dus dat steeds te pas komt en dikwijls van veel meer nut zal zijn dan een gewoon woordenboek. Hendrix, J. B. C. : Gids voor Rome. Tilburg, N. V. Nederlandsche Boekhuis, 1931. A- 1.25 Een tweede, verbeterde en herziene uit- gave van een handig boekje, bestemd voor allen die een Baedeker te uitvoerig achten. De schrijver heeft ondervinding. Zoo kwam de gedachte'bij hem op een practisch en eenvoudig boekje samen te stéllen, waar- in elke reiziger naar Rome, op gemakkelijke. overzichtelijke wijze al datgenë kan vinden, wat noodig en nuttig is, alles wat hem kan en moet mteresseeren. ’n Boekje dat hem tot een veiligen en vertrouwden gids kan strek- ken, niet alleen voor Romé, maar ook vóór andere steden, zooals Milaan, Yenêtië, Flo- rence, enz., en dat tevens voor hem de te volgen reisroutes aangènaam beschrijft. Ook geeft dit boek zooveel van de Italiaansche taal, als de reiziger in het dagelijksch leven en verkeer noodig heeft. Hernekin Baptist, R. : Vier knappe negerin- nen. Amsterdam^ N.V. E. Querido, 1931. fl. 2,75 Een deerniswekkend verhaal van de be- schaving door blanken aan de negers gebracht. In een oude kroniek staat het bondig verhaal van een der eerste -Portugee- sche ontdekkingstochten, waar- ter hoogte van Guinea. vier jonge negerinnen aan boord van de karveel « Santa Maria » worden ge- sleept, in de beginselen van Christendom en ruilhandel ingewijd om als verbreidsters van het geloof en afgezanten van den koopman op te treden. De schrijver heeft de?e aanteekening uit- gewerkt. Het vertrek vân de «Sanfa Maria», de roof der vrouwen, de vrouwenjacht aan boord, de dood van de twee negerinnen die niet bestand bleken tegen « het dagelijksch contact met een Christelijke bemanning ». Onder de ruwe varensgezellen heeft de schrijver een dichter, Dom Ventura, gep aatst. De dichter heeft een onmachtige deernis met het droevig lot der vrouwen en, zooals het een dichter meer voorkomt, droomt hij van daden en handelt niet. • t. , Het boek verscheen pas onlangs in het Engelsch en vond veel bijval. De Nederland- sche uitgave zal eveneens een ruim publiek vinden. 211