BIBLIOTHEKAMSSEN VAN DE OUDE TIJD Eens, toen Magliabecchi het Riccardipaleis aan een vreemdeling toonde, zei hij : „Hier heeft de geboorte van de wetenschap plaats gehad", en zich naar de zijde van het jezuietenkollege omkerend ging hij voort : „En daar zijn ze weergekeerd om haar te begraven". Toen de jezuieten dit vernamen noemden ze hem nogal wreedaardig : „Est doctor inter bibliothecarios, sed bibliothecarius inter doctores." Waarop Magliabecchi antwoordde : Er zijn er die zijn kennis enigzins waarderen ; Geleerden noemen hem slechts bibliothekaris ; Men voege daaraan toe dat zonder zijn studeren De spijs der wetenschap nooit gaar is. In onderscheid met sommige geleerde bibliothekarissen van vroeger tijd, die altijd jaloers de wacht hielden over de manuskripten die ze zelf wilden uitgeven, verlangde de humanist Isaac Casaubon niet meer dan de handschriften te lezen die hem waren toevertrouwd. Meestal was hij bereid aan anderen de zorg over te laten, die te laten drukken. Te arm om boeken te kopen, vertelde Casaubon van zijn schoonvader, Henri Estienne, die hem argwanend van zijn boeken en zijn manuskripten verwijderd hield, dat hij ze bewaakte „ gelijk in Indië de griffoenen het goud bewaken. " Wanneer Casaubon de bibliotheek van de geleerde historikus De ~ "ou bezocht waar hij zoveel over horen spreken had, bevond hij dal ze zijn verwachtingen verre overtrof en zijn hart deed hem pijn ij het besef van het weinige dat hij wist. In 1604 werd Casaubon onderbibhothekaris van de Koninklike Bibliotheek genoemd, waar- na De Thou de leiding had, met de titel van garde de la librairie du 01. De jaren die hij er doorbrachtwaren .de gelukkigste van zijn leven. Zijn ideaal was, van de vroege ochtend te lezen tot in 't holle ■ lilIn M Ephémérides, een dagboek van de vorderingln zes WÈÈÊÊËÊÊ men aantekenin9en als : - Vandaag heb ik maar BiHH Wanneet 231 ik ■ H ■ hele dag voor f P ® * »Deze morgen heb ik me eerst om zeven uur of uog later, aan mijn boeken kunnen zetten : helaas ! en daaTa d^n 44