Hl ■& XI3S zoo pas voltooid. Hij betoogt hoe nuttig een openbare bibliotheek zou zijn, na- melijk «voor de armen, die niet in de mogelijkheid zijn boeken te koopen, hetgeen dikwijls hoogere ontwikkeling verhindert. Een bibliotheek zal voor hen een groote hulp zijn bij het bestudeeren van geestelijke en wereldlijke dingen. » Daarna geeft schrijver een overzicht van de geschiedenis der boekerijen van de oudheid af en vermeldt die van de hoofd- kerk van Sint-Baafs, bestaande uit de handschriften der Sint-Baafsabdij er» ; de boeken, welke men er steeds aan toe- voegt. Daarna worden de boekerijen vermeldt van de predikheeren, van de Geschoeide Karmelieten en van de Sint- Pietersabdij, wier handschriften door de beeldstormers zijn vernietigd. Eindelijk spreekt Sanders van de samenstelling der boeken en laat daarop een lijst volgen van schrijvers, die op de boekenlijsten betreffende de verschillende wetenschap- pen voorkomen. Het schoon ontwerp van Sanders werd ongelukkig echter nooit uitgevoerd enn het was eerst onder het Fransch bewind, | dat het, ten gevolge van zeer gunstige om- standigheden kon worden verwezenlijkt. Vermelden wij eerst, dat 22 November 1799 het gemeentebestuur bericht ont- ving, « dat verschillende inwoners van ■ » de gemeente (Gent) een letterkundig ; » kabinet hadden ingericht bij burger • » Steven, boekdrukker op de Koorn- I » markt. Die kennisgeving werd voor I » onderzoek verzonden naar het 3 de kan- ! » toor. » Er is hier naar allen schijn spraak van een leeszaal, waar tegen betaling, boeken en ook nieuwsbladen konden gelezen • worden. De Fransche republiek had al de kloosters afgeschaft, die onder Maria - Theresia en Jozef II waren blijven be- staan. De boekerijen van die kloosters, wier katalogussen in 1795 waren opge- maakt, werden vereenigd in de gewezen abdij van Baudeloo en op 27 Mei 1805 deed de meier der stad Gent een besluit afkondigen, waarvan het eerste artikel luidt : « De Boekerij van de stad Gent, » geplaatst in de kerk van Baudeloo, zal » open zijn voor het publiek te beginnen » met 15 Prairial aanstaande » (4 Juni 1805). Ze was toegankelijk op Dinsdag, Donderdag en Zaterdag van 10 tot 12 en van 3 tot 5 uur, uitgezonderd op de feestdagen. Tijdens het verlof, dat is van 19 Augustus tot 7 Oktober, bleef de boekerij gesloten. De boeken mochten de zaal niet verlaten. De Parijsche bibliotheken De Parijsche bibliotheken, de Biblio- thèque Nationale, die van het Arsenal, Mazarine en Sainte Geneviève hebben tot dusver een afzonderlijk bestaan ge- leid, zonder eenig geregeld onderling verband en zonder centrale regeling of een behoorlijke verdeeling van het voor- handen materiaal of van de aanwinsten. De heer Léon Bérard acht het nood- >lzakelijk nauwer verband te brengen tusschen de belangrijkste verzamelingen ten einde geleidelijk te komen tot een logischer regeling. De minister van open- baar onderwijs heeft daarom aan den president der republiek een besluit ter teekening doen toekomen, als voorlooper van een wetsvoorstel dat hij voorbe- reidt, dus over te gaan tot een algemeene reorganisatie van de openbare biblio- theken te Parijs. Als gevolg van dit be- sluit zal de Mazarine-bibliotheek niet langer een particuliere instelling zijn, maar verbonden worden met de Biblio- thèque Nationale. In zijn wetsontwerp dat hij voorbereidt, zal de minister d* vereeniging van alle groote Parijsche bibliotheken voorstellen. Volksbibliotheken in O.-Vlaanderen We lezen in het « Het Laatste Nieuws » van 30 September 1923 : 279 In lli J