Full text |
vers aldaer te stuften, en alsoo den Coophan-
del , die hier door grootelycks belemmert
wierdt , tot Livorno, en de andere Havens
van het boven-gemelt Vorstendom op alle mo-
gelycke middels te doen herleven.
Dagelycks siet men langhs den omvangh van
dese Stadt verscheyde Benden van nieuw ghe-
werft Manschap naer Hongaryen ten dienste
van haere Keyserlycke Majesteyts Regimenten
vertrecken.
DUSSELDORP, den 15. November.
Men siet hier brieven uyt Leipzich, voor vast
meldende , dat de onlanghs begonste onderne-
minge tot het voeden van Zyde Wormen aldaer
eenen soo buyten-gewoonelycken voort-ganck
hadt, dat de Bewinthebbers hier van in den
omvangh van die Stadt meer dan 30. duysent
Moerbesie-boomen deden planten.
Particuliere brieven uyt Weenen brengen
mede , dat de hooge Regeeringe aldaer naer
alle de Oostenrycksche grenz. Steden tegens het
Ottomannisch gebiet nieuw bevel afgeveirdight
hadt, om met verdobbelde Patrouilles, ende
alle andere mogelycke middels op het sorgh-
vuldighste te arbeyden, en te beletten, dat de
behaelycke Sieckte , die meer en meer in de
Staeten van den grooten Heer toeneemt, on-
der den zegen van den Alderhooghsten in haere
Keyserlycke Majestdyts Landen langhs die ge-
westen niet door en dringen ; Men voeght er,
volgens brieven uyt Ruslant by , dat afle de
Oorlogh-Schepen van de Czarinne werckelyck
ontwapent , ende de Troupen van die Souve-
reyne, de welcke tegens de Sweedsche Stae-
ten gecantoneert hadden , naer de Winter-
quartieren vertrocken waeren ; Als mede, dat
de opper-Vorstinne van het groot Moscovisch
gebiet soo haest naer Moscouw de reyse soude
aennemen, als de Wegen door den Sneeuw
eenighsints gebruyckhaer souden wesen, sul-
lende den Ambassadeur van het Weensch Key-
seclyck Hof in die reyse soo veel te meer deel
nemen , om dieswille dat haere Czarsche
Majesteyt , nu de saecken in het Noorden op
eenen feer vrced’saemigen voet staen , in geen
twee Jaeren, naer alle waerscheynelyckheyt,
tot Petersbourg te rugh en sal keeren-
Hat gaet teenemael, volghens de brioven
uyr Beelin , vast, dat het Houwelyck tuss-hen
den Prince Henricus , tweeden Broeder van
sijne Pruyssische Majesteyt , en de Princesse
Guilielmina, Dochter van den Prince Maxi-
milianus van Hessen-Cassel, ende Nichte van
den Laadt-Grave van dien naem, teenemael
gesloten is, en dat de Houwelycks-feeste hier
van met de uytterste pracht tot Berlin gehouden
staet te worden ; sonder dat men weet op
wat tydt de selve door sijne Pruyssische Maje¬
steyt bepaelt ofte vast-gestelt is.
PARYS, den 15. November.
De berichten, als ofte men in de Wiege van
Monseigneur den Hertogh van Bourgogne se-
ker Pacquet met ongereymde, en selfs grouw-
saeme Schamp-schriften tegens onsen Monarck
gevonden soude hebben, zyn teenemael on-
gegront ; Dogh den oorspronck van die onech-
te tydinge scheynt te steunen op de inechtenis-
neminge van sekere Hof-Dame, in welckers
Appartement tot Versailles men eene seer hae-
telycke Pasquille op Madame D. P. D. ont-
deckt heeft.
Het was voorleden Vrydagh , dat in de
groote Saele van het Paleys, volgens de Jaer-
lycksche gewoonte, in het bywesen der Le-
den van alle de Camers van’t’Parlement, met
roode Robens van hunne weirdigheyt bekleet,
de solemneele Misse van den A. Geest geson-
gen wierdt tot de geluckige openinge van het
Konincklyck Parlement. Hier-en-tusschen leeft
een jegelyck hier in de uytterste verwachtinge
hoe het (door het hernemen der saecken naer
de gecyndighde Vacantien) met de tot nogh
toe geweygerde enregistreeringe der Konincks
Ordonanrie nopens de Godis huysen , eynde-
lyck in die hooge Recht-bancke sal affoopen.
Den beruchten Ali-Effendi , die deser dagen
op een Engelsch Coopvaerdy- Schip uyt Afriken
tot Marseille ontscheept is, en die aldaer de
Quarantaine van 20. dagen met sijn gevolgh
gehouden heest , wordt dese weke aen het
Hof te gemoet gesien , om, als Afgesant van
de Tripolijaensche Regeeringe , den Vrede
tusschen de Ylaggen van onse Natie, en die
van den gëmelden Roof-nest te vernieuwen.
Men verwacht met de aenkomste van dien
Heer verscheyde wilde Gedierten uyt die Lan-
den, ende sommige sonderlinge Africaensche
Gewassen.
Men versekert , dat den Heer du Pleix, Gou-
verneur-generael van de Fransche Troupen in
de OostIndien, en Gouverneur van Pondi-
chery , sich meester gemaeckt heeft van de ge-
wichrige Sradt Muzili-patnam , waer door den
Coophandel van eene voornaeme uytheemsche
Compagnie niet weynigh, volgens de reke-
ninge van veele , jae selfs soodanighlyck staet
benaedeelt te worden , dit men ren dien op-
sichte eenige swaere verthoogen van sckere
|