van een katalogus, e. a. dingen meer. — versterkt. Het is volgens ons niet voldoende dat men zich stipt houde aan het waarnemen van de door reglementen omschreven en afgebakende dagtaak. De winketbediende heeft zich ook niet enkel te bekommeren over een laksch bevredigen van de wenschen van het publiek; hem is inzonder een zedelijke, een paedagogische rol toebedeeld. Men heeft betoogd dat onder de machtigste faktoren welke tot de kultureele ontvoogding van een volk kunnen bijdragen, de openbare boekerij een der voornaamste is. De winketbediende moet zich dus steeds bewust zijn van de moreele verantwoorde- lijkheid tegenover de maatschappelijke evolutie van zijn volk. Hij verlieze niet uit het oog dat hij ook rechtstreeks kan meewerken aan het grootsche ideëele doel der volksontvoogding. Hij zal het volk leeren lezen, — d. w. z. dezes smaak ontwikkelen in zake de keus der lektuur, zijn gedachtenkring uitbreiden. Begrijpt ge, hoe de winketbediende er toe kan genoopt worden een aktieve en hoogst nuttige rol te spelen in de betrekkingen tusschen publiek en het beheer van een openbare boekerij ? Hij zal in alles en voor alles geleidelijk te werk gaan, met overleg. Hij zal onder de aandacht van het publiek brengen, dat er, buiten de vijf of zes schrijvers, bij wier werken de meerderheid der lezers zich bepaalt, nog andere schrijvers vertegenwoordigd zijn in de boekerij. Let er maar eens op : de schrijversnamen die de vrouwen in den mond bestorven zijn, luiden doorgaans als volgt : Burnett, Corelli, Heimburg, Marlitt, Melati van Java, Muhlbach, Noordwal, Ohnet, Bar, Orczy, Werner, Worishoffer. Het jeugdige volkje verkneutert zich bij de avonturen der helden van Karei May, Cooper, Aimard, Kievit, Mayne Reid, Paul d’Ivoi, terwijl een heele kategorie van mannen het houdt met Dumas, Zola, Sue. Ge moogt er donder op zeggen dat de ooren van eiken winket- bediende in een openbare volksboekerij zullen tuiten van het geluid dier eeuwig en onveranderlijk weerkeerende schrijvers- namen ! Er komt natuurlijk voor elke trouwen klant, elke regelmatige bezoekster, een oogenblik dat het stapeltje werken der geliefkoosde auteurs uitgeput is. Dat moment zal een der gunstigste zijn om den lezer of de lezeres over te halen tot het lezen van ander werk, degelijker, beteekenisvoller. De geregelde klanten kent eiken winketbediende. Hij weet