Weddeschalen
Toe te kennen	In B
1.	Bibliotheekbediende :
174.782-318.318
(kleuteronderw.)
2.	Assistent B :
206.382-355.206
(onderwijzer)
3.	Assistent A :
229.278-378.102
(onderwijzer oefenschool)
4.	Assistent-dienstleider :
255.036-435.342
(praktijkleraar)
5.	Dienstleider :
289.380-521.838
(regent)
6.	Bibliothecaris :
307.824-540.282
(leraar belast met prakt, oef.)
162.710-270.512
(klerk)
175.006-327.964
(opst.)
201.612-335.808
(o/bureauchef)
242.740-401.953
(bestuurschef)
285.140-466.506
(bureelhoofd)
7. Hoofdbibliothecaris:
351.072-592.434
(directeur lagere normaalschool)
diploma le-2e graad
338.246-509.754
(afdelingshoofd)
8. Bibliotheekdirecteur :
400.998-642.360
(directeur middelbare
normaalschool) diploma 3e graad
391.034-627.308
(hoofdbibliothecaris)
Ons baserend op algemene uitgangspunten in de inleiding vooropgezet kunnen
wij hier de volgende vragen stellen :
-indien het „oodzakelijk zou blijken ook
hier dan het principe van de dubbele betaling zoals dit thans gebruikelijk
de administratie ?
5 wat zijn ‘dienstjaren' en ‘meerekenbare’ diensten :	functie die
-	de thans toegekende, voor elk personeelslid afzonderlijk voor de functie die
I ÏTÆSïS?	Part^/dt fulMhne ?
■ verlof en andere vergoedingen :
-	volgens statuut onderwijzend personeel .
-	volgens statuut gemeentepersoneel ?
-	volgens statuut rijkspersoneel ?
Bibliotheekgids - Jg. 54 -Nr. 4- 1978	/	233