deerd worden ; want het staat niet vast dat de gebruiker zelf spontaan tot die vraagstelling komt. Het eerste contact van de lezer met de bibliotheek moet dus nauwkeurig verzorgd worden. B' In een centrale instelling zal het budget wellicht toelaten een ‘inlichtingenambtenaar’ in te schakelen voor een praktisch gerichte ver- welkoming. Een bibliothecaris kan wel de rondleiding van een groep eerstejaars-studenten verzorgen. Het is echter uitzichtloos, indien hij elke individuele bezoeker te woord moet staan. Enkele woorden over de organisatie van de bibliotheek, over haar inhoud en het hanteren van de catalogus worden best verstrekt door een daarvoor speciaal aangestelde persoon of bij middel van een uitgewerkt apparaat van schémas en leidraden. ’ ..’^ü , , , . , , Het druk gebruik van een centrale bibliotheek leidt al vlug tot het verwaarlozen van deze essentiële taak. Niet zelden beperkt men zich tot de administratieve formaliteiten van de inschrijving en het overhandigen van een bibliotheekgids, als die nog voorradig is en met voorbijgestreefd. De lezer wordt dan verondersteld zijn plan te kunnen trekken, p ogen blik verkeert de bezoeker nog in de volledige onwetendheid betreffende de organisatie van de bibliotheek. Het gebeurt frequent dat hij zich door een moeizaam ‘trial and error’ door het systeem moet werken. Vermoedelijk zal de lezer in een gedecentraliseerde bibliotheek vlugger thuisvoelen. De gedecentraliseerde bibliotheek is van mmdere omvang ; het systeem van de organisatie is bijgevolg minder ingewikkeld^ Dat impliceert geenszins dat het eerste contact m een deelbibliotheek anders evolueert • dan in de centrale. Uit hoofde van de eenvoudigere structuur verloopt de kennismaking waarschijnlijk vlugger. aar wij nemen aan dat er geen ‘inlichtingenambtenaar’ ter h^ikkmg_ staat omdat de personeelsbezetting dunner bezaaid is in de deelbib 10 opgeslorpt wordt door allerhande activiteiten. Vergeten we °°^ ,™et hat i veel gevallen de lezer afgezakt is van de centrale naar de deelbibliotheek omwille misschien van een negatieve indruk in de eerste, eni y e beland in de tweede eindelijk besloten heeft toch e 1 1 gebruiken, kost wat kost ! De bibliotheekgebruiker heeft dan geenmœite om zijn voorkeur naar de gedecentraliseerde bibliotheek te ^eji uitgaa^ Hij weet dan niet dat de centrale bibliotheek voor hem nochtans bijzonder nUtti Men" S gemakkelijk in hoe de argumentatie tegen een centrale bibliotheek en ten gunste van een gedecentraliseerde blbl'°*eek vlug vorm krijgt. Een rationele argumentatie kan men dat nog met noemen. Precies deze argumentatie profileert zich in gebruikerson ®, , Het eerste contact met de bibliotheek is inderdaad byzonder be langrijk omdat de motivatie voor het gebruiken ervan in t algemeen, bij de aankomende wetenschapslui in de kiem kan gesmoord worden. Heeft Bibliotheekgids - Jg. 54-Nr. 4 1978 / 221