| Full text |
18 Berechtingen en processiën
Bestuur van Onze-Lieve-Vrouwe kerk in 1786 19
keer gevormd in de kathedraal in de koor; het groot zilver
heeft uitgestaan, het volle garnituur, en de troon heeft
gehangen. Men heeft twee poozen geluid met Gabriel, eene
vooraleer hij begon en eene als hij de laatste benedictie
gaf. Eer hij begon, heeft hij de H. Mis gelezen en daarna
heeft hij eene vermaning gedaan. Het brood dat er noodig is
geweest tot het Vormsel, heeft de kerk gegeven en heeft
bestaan in een brood van twee stuivers. Het brood heeft
gelegen op eene zilveren schotel alsook de wol; die twee
zilveren schotels met het brood en de wol stonden op de
credentietafel.
In dat zelfde jaar zijn ook de processiën afgeschaft, be-
halve voor iedere parochie twee en dat niet op de zon-
dagen. In onze kathedraal hebben wij die gehouden: de
eerste op Venerabel dag, volgens de gewoonte gelijk alle
jaren, met dat verschil dat de ambachten en gilden met
geene toortsen zijn gegaan, want dit was ook te dien tij-
de verboden; gansch de geestelijkheid van de vier an-
dere parochiën is met die processie ook meegegaan in cor-
pore, ieder met twee wierookers. Gingen ook mede: de
standaarden van de berechtingen en lantaarns van de andere
parochiën met hunne confreêrs gelijk de voorgaande jaren,
met dat verschil dat hunne knapen zijn meegegaan zonder
staf en tabbaart. Het octaaf is gehouden gelijk de voorgaande
jaren.
De wekelijksche berechting is blijven gaan gelijk te voren,
zonder spel, daar dat ook verboden was in alle processiën.
De confraters van de berechting hebben de wekelijksche be-
rechtingen blijven vergezellen met licht, ieder met zijn eigen
licht; meer andere geintentionneerden ofte ieveraars hebben
dat ook gedaan, zoo dat de berechtingen langs de beide
kwartieren zijn blijven gaan met eenen luister van licht meer
dan te voren.
En het zilver en de effekten van de fondatie, de schilden,
staffen en flambeeuwen van de berechting, de sleutels van
hunne kas en geheel de bestiering van de berechting is overge-
gaan aan de heeren kerkmeesters, die toen waren: de heeren
de Cambier, de Meulder, van Hal en Beeckmans en de heer
Henricus-Josephus de Wael, kanunnik en tresorier en de heer
kapellaan Follet, ondertresorier der kerk. De toen dienende kna-
pen waren: Livinus Heyie, van het zuidkwartier en Joannes-
Baptista van de Cruys, van het noordkwartier, die ook knaap
was van de Zielen, van het H. Kruis, van de Besnijdenis en
van de stad en van het broederschap van den H. Capistranus
bij de Minderbroeders. Dit is geschied onder den eerwaar-
den heer Josephus-Franciscus Lippens, plebaan van het
noordkwartier, die denzelfden zomer zijne plebanie heeft
afgestaan en is kanunnik geworden in dezelfde kerk onder
den eerwaarden heer Seerwaert, plebaan van het zuidkwartier.
Het octaaf van Onze-Lieve-Vrouwe kapel is dit jaar ook
gehouden gelijk de voorgaande jaren, met dat verschil, dat
Onze-Lieve-Vrouw is afgezet op den avond jvan de Hemel-
vaart en is blijven staan in de middenbeuk tot den laat-
De dag van het octaaf, als wanneer de opzet na de vespers
is geschied. Op den dag van de Hemelvaart van Maria, is
gehouden de processie van de Zweetende ziekte. Onze-Lieve-
Vrouw heeft niet mee mogen gaan, daar het ook ver-
boden was van beelden in de processiën te dragen. De
andere diensten in de koor zondags in het ‘octaaf en den
laatsten zondag van het octaaf, zijn geweest gelijk als vroe- |
