denken « als nieuw, eenmalig ^gebeuren, plotseling ontstaan en eensklaps ver- dwijnend. Het intellekt moet persoonlikheid, karakter geworden zijn, om zich derwijze te kunnen uiten in een taal, zo gaaf als die van de intuitieve Gezelle. De miraku- leus passende beelden zijn geen toeval, géén mirakel, maar het resultaat van veel doordenken. De woorden stijgen van zelf op, alsof zij de gedachten roepen, en niet omgekeerd : zo onmiddelik vinden de gedachten woorden bij deze dichter. Een mooie bundel nog, meer speels, meer vluchtig, de Opvluchten van Aart van der Leeuw, de man van de blonde, gelukkige verbeelding : O, nu wat vlinders van de zon, In luchtig loof gewiegeld, En door het klare glas der bron Tot een stil beeld weerspiegeld, Dat, waar ook ’t zoekend oog op rust Schoonheid het kust. Ten slotte : Duistere zielen, 5 hout- sneden door Fokko Mees : De stroopers, de inbrekers, dé slavenhandelaar, de dronkaards, de slachters. Goed modern werk, dat onder onze Vlaamse grafiekers zeker belangstelling wekken zal. D. S. Stijn Streuvels. — Prutske. Amsterdam, L. J. Veen. Dit is een van die boeken, waarop de Nederlandse letterkunde nog lang trots zal mogen zijn. Niets dan de levens- beschrijving van een klein meisje, van de eerste vijf-zes jaren van een blijkbaar verstandig en verbeeldingrijk kind, zoals een artistiek en' wijsgerig begrijpend vader het al die tijd, alle uren van de dag, heeft kunnen naslaan. Barendsen zal een nieuw hoofdstuk moeten toe- voegen aan zijn « Wereldbeschouwing van het kind ». De verbeelding wordt hier in onpeilbare verten meegenomen, op de vleugels van de kinderlike geest. De werkelike wereld wordt beschreven met een glans en een kleur, die ze alleen in onbedorven kinderogen, of voor iemand die met zulkè ogen te zien weet, kan hebben. Zachte ironie kruidt deze blad- zijden. Het is een kinderportret, zoals er in de wereldliteratuur zeer weinig zijn aan te wijzen. E. D. B. Cyriel Buysse. j§| Uit de Bron. Gent, Van Rijsselberghe & Rombaut.fr. 7.50. Is niet de titel op zich zelf reeds sympa- thiek? Levend water bevat deze bron, waar Buysse weer eens uit geschept heeft. 21