in daden om te zetten. Hij verleent daarop het woord aan Dr Debaive, die handelen zal over het Plichtexemplaar. Iy Debaive, in een keurig, volledig-uitgewerkt betoog, geeft eerst een ver- antwoording van het onderwerp. Hij verdedigt de benaming : Plicht-exemplaar, maakt de geschiedenis van het onderwerp. Het verplicht indienen van drukwerk vindt zijn oorsprong in Frankrijk. Het doel is dubbel ; controle en bescherming van het auteursrecht. De wet Huysmans is gerechtvaardigd, maar mèet ge- amendeerd worden : 1" naar het voorbeeld van Frankrijk moet ze gekoppeld worden met de wet op het auteursrecht,. 2° niet één, maar twee exemplaren moeten worden geeischt, waarvan het ééne voor de Koninklijke Boekerij, het andere volgens den oorsprong voor de Rijksuniversiteitsbibliotheken van Gent of Duik. De Voorzitter bedankt spreker, doet opmerken dat de Vereeniging reeds een schrijven in dien zin aan Minister Huysmans zond, waarbij het 2de exx. niet bestemd werd voor de universiteitsbibliotheken maar voor verdeeling onder al de Openbare bibliotheken. Daar er nochtans wel wat bezwaren aan die ver- deeling verbonden zijn kunnen we wel vrede nemen met het voorstel van Dr Debaive. Het woord is thans aan den heer Noens, Stadbibliothecaris van Sl Niklaas. In dit nummer vinden onze leden een samenvatting van de lezing van den heer Noens, waarin de ontwikkeling van de Stadsbibliotheek heel overzichtelijk wordt geschetst. Nadat de Voorzitter ook den heer Noens dank heeft gezegd en welverdien- den lof heeft toegezwaaid verleent hij het woord aan Aug. De Block, biblio- thecaris van de Boekerij van het Volkshuis, die zal handelen over de Saboteurs der Openbare Boekerij. Wie saboteert ? De Staat : de Staatstoelage is ontoereikend. Ze wordt noch- tans niet verhoogd : er. is immers geen geld. Wel voor mitrailleuses voor de gen- darmerie. De wet bevat een initiale fout : zij legt aan de gemeente een ver- plichting op zonder tegenprestatie vanwege den Staat. Inderdaad de Staat geeft slechts 10 centiem per inwoner, de gemeente is verplicht -25 centiem bij te dragen. Een andere grove fout : de toelagen worden berekend in papier- franks, maar de boeken moeten gekocht worden met goudfranks. De vergoeding voor den bibliothecaris bedroeg in 1921 zoowat 1,50 fr. per uur, in 1927 nog 1,50 fr. met een waarde van 25 centiem. Van particuliere zijde wordt niets gedaan. Waar is de redding? Centraliseer en brengt ook geen oplossing. Ons wordt op alle tonen voorgezongen : verwerf kennis, maar hoe kunnen we kennis verwerven zonder boeken en hoe boeken zonder geld? Het is de kring zonder einde. De steun vanwege de provincies neemt toe. Antwerpen gaf voorheen 100.000 fr. thans 125.000 ; Limburg 10.000, nu 20.000 ; West-Vlaanderen 3.000, nu 28.000 ; Oost-Vlaanderen 25.000, nu 47.000 ; Brabant geeft thans 10.000 fr. Toch zijn nog 35 % der gemeenten zonder bibliotheek. Officieele sabotage : De Inspectie. De Inspecteurs zijn met den besten wil bezield, maar hun organisatie is te ad-mi --is-tra-tief. Er wordt te veel belang gehecht aan cijfers, met als on ver mij del D gevolg : scheeve statistieken die 56