| Full text |
welke hoopen zulen gesteld worden onder koloneller
of oversten. Elke kolonel heeft twee kapiteinen die
mien later die XVIde kapiteinen zal heeten om ze van.
de 80 vendelkapiteinen te onderscheiden. Personen
die om een of amdere meden niet ingelijfd: worden,
moeten alle hun wapens inleveren op zware straffien.
Noteeren we dit naast deze algemeene burgerlijke
wacht de oude gilden van voetboog en hiamdboog, van
kolveniers en schermers, blijven bestaan onder hun
hoofidmamnen en dekens.
De oudere stedelijke krijgsorganisatie voorzag ook
voor dagen van nood de algemeene orgamisatie per
wijk in de « burgerlijke wacht », maar onder het
gezag van de twee wijkmeesters van elk der twaalf
wijken. Deze wijkmeesters vormden met de poorte-
rij het tweede lid in dem Breeden Raad.
De groote verandering is ditmaal het terzijde stel
len van deze traditioneele wijkmeesters en hun ver-
vangine door 8 kolomnellen.
Maar nog een grootere verandering schuilt er in
art. 105 der ordonnantie, het laatste van al: in cauda
venenum. Het bepaalt den eed:
« Item alle officieren vam de voorschreven wacht, en
eenilegelijk wan wat staat ook, geimrolleend zijnde, zul
len gehouden zijn deze tegenwoordige ordonnantie te
bezweren em den eed van poorterij dezer stad te doen,
van dien koning, hertog van Brabant, als markgraaf
goed en getrouw te zijn, en deze stad em burcht met
den burggraaf en de burchtlieden naar best vermogen te
helpen hoeden en wachten, mitsgaders ook te onderhou—
den de pacificatie te Gent gesloten en dezelve wel en
getrouwelijk te onderhouden en te doen onderhouden
zonder eenige simulatie. »
Re
? |
