lenkbeelden te dan verkrijgen 87 kennins zelve, welke door een tidwoord wordt uitgedrukt. Behalve deze drie zaken, welke in jedere ftelling noodzakelijk moeten voorkomen, Kunnen zij nog allerlei bepalingen , zoo wet van deze zaken, als van andere omftándigheden , bea vatten. Bij voorbeeld : wanneer ik Zeg: 33 de 55 kléine PiereR heeft zekerlijk dit jaar in de 5, fehool zeer vlijtig geleerd „dan wordt door klein nader bepaald, wie pie TER is; door zeer hoe groot zijne vlijt geweest zij; door zekerlijk 3 hoe dit kan worden toegelterad door dit jaar , de tijd, en door zz de (chool, de plaats. — Verfcheiden ftellingen h ebben meer dau een en werp, Zoo als: „, gelóóf;, hoop en liefde Z ;, goddelijke deugden; ‘meer dan ééne eigens nn alst 35, CHRISTUS is’ Onze leeraar, middes „> laar en woorbeeld3’”of; eindelijk, ook wel meer dan een voo rit rp en eigenifchap tevens , 200 dye ‚het huis en de tuin zijn fchoon en s» groot,” Zulke ftel lipgen noemt men zamien- geftelde ; terwijl die gene , welke flechts één voorwerp à ééne eige eht p bezitten , ecnvaunige flellingen genaamd ‘worden. 3. Volzinnen, Twee of meer ftcllingen kune nen dikwijls zoo naauw aan elkanderen verbon= den zijn, dat de meening, ARE zij moeten uite drukken, door de laatfte ftelling eerst duidelijk wordt;-en deze noemt men eef volzin. Bij voors beeld: Geliefden! daar cop ons alzoo lief heefk gehad,’ zoo, moeten wij ook malkanderen lief fèb- ben, Hier zijn de beide ftellingen: cop heeft Ons alzoo lief gehad, en, wij moeten malkáne deren lief hebben, door de woorden daar en zoo met malkanderen verbonden. a. Breedvoerige gefprekken, bewijzen, verban F4 lan