Bibliotheek- & archiefgids, 83 (2007) 2 interview rustige baan in het algemeen secundair onderwijs. In 1992 ging Walter als godsdienstleraar met pensioen. ...en als bibliothecaris in een bijzondere bibliotheek anderzijds Via een vriend was lij in ’i 964 in contact gekomen met kanunnik Robrecht Stock (1904-2000), de toenmalige hoofdinspecteur van het katholiek onderwijs in het bisdom Brugge, die hem vroeg te helpen: bij de oprichting van een bibliotheek. Die vzw Cultuurbibliotheek vormt nog altijd de kern van de huidige Cultuurbibliotheek4. De klassieke Grieks-Romeinse cultuur was de habitat van kanunnik Stock. Daarnaast had '|lj enkele bijzondere interesses waaronder cartografie, en esoterisme Stock was een imposante man die moeilijk zijn emoties liet zien. Hij was ascetisch, formeel en afstandelijk. Hij had twee standaard manieren van reageren op een voorstel. Als hij zei 'Ik zal er eens over nadenken', gebeurde er niets. En als hij zei 'Denk er eens over na, en beslis', kreeg je groen licht. Pas na 30 jaar werd zijn houding een beetje verirouwdljker. De figuur van Stock is absoluut bepalend geweest voor de Cultuurbibliotheek zoals ze vandaag bestaat. De statuten van de oorspronkelijke vzw 'Kultuurbibliofheek voo.r Wesf- Werken als leraar godsdienst enerzijds... Terug in Brugge vond Walter in 1964 werk als godsdienstleraar in het Rijkstechnisch Instituut in Roeselare. Na 7 jaar werd hij voltijds aange- steld in het Vrij Technisch Instituut in de Boeve- riestraat in Brugge. Hij gaf met volle overtuiging les in het beroeps- en technisch onderwijs, ook al ging het er soms ruw aan toe. Dat sloot aan bij zijn sociale engagement dat ontstond tijdens zijn opleiding in Leuven. Zelfs al had hij de kans, hij ruilde zijn baan niet in voor een meer Kanunnik Robrecht Stock. © Cultuurbibliotheek. Studie en ontdekking van bibliotheken Tijdens de humaniora werd hij niet erg gestimuleerd om te studeren. Wel was hij erg betrokken bij de KSA. Daar ont- dekte hij zijn talent om zaken te organiseren. Vandaar ook dat hij eerst in de sociale school in Roeselare verder ging studeren. Onder invloed van.de jezuïeten trok hij daarna naar Drongen (Leuven) waar nij- intrad bij de jezuïetenorde in 1952. Eerst twee jaar noviciaat, dan juvenaat, leger- dienst-inbegrepen. En vervolgens de kandidaturen klassieke filologie, filosofie en theologie. Zijn thesis aan de faculteit van de jezuïeten in Leuven handelde over de 'Phanomenolo- gie des Geistes' van Hegel bij Libert Vander Kerken. De jezuïeten hebben hem geleerd te studeren en te besef- fen hoe belangrijk opleiding en kennis zijn. Daar is hij altijd dankbaar voor gebleven. Hij herinnert zich deze periode ook als de heerlijkste van zijn leven. Vooral omdat èr veel tijd was om te lezen. Tijdens zijn studie maakten vooral de lessen van de astronoom en wiskundige prof. dr. Bertiau een grote indruk. Hij stimuleerde hem om zijn eerste tijdschrift- artikelen te schrijven3. Het is ook in deze tijd dat hij het belang en de schoon- heid van bibliotheken leerde inzien. De boekencollectie van de jezuïetencolleges en de sfeer die er toen hing, was zeer inspirerend. Onder andere de teksten van Teilhard de Chardin, geïntroduceerd door pater Leys, waren voor hem belangrijk. Het was de tijd van het Tweede Vaticaans Concilie en de progressieve christelijke jongeren van toen discussieerden veel over een sociale en meer humane kerk. Er was de opkomst van de priesterarbeiders. Volgens Walter hadden de progressieve ideeën hem eerst naar de kerk, maar later ook van de kerk weg gedreven. Hij vindt het jammer dat door de strakke attitude een beloftevolle groep mensen die er toen was, verloren is gegaan. Na 1 2 jaar engagement bij de jezuïeten, vlak voor zijn geplande priesterwijding in 1964, nam zijn leven een andere wending. HiH trouwde, ging terug naar Brugge en zocht daar een woning en een baan. 29