| Full text |
anssisttgette sitenteietuetitnein
des Gouverneurs der Provinz Antwerpen
zur Einschränkung des Gasverbrauchs
aus dem Gaswerk Antwerpen.
Um die aus militärischen und wirtschaftlichen Gründen
dringend notwendige Einschränkung des Kohlenverbrauchs
herbeizuführen, genehmige ich auf Antrag des Präsidenten
der Zivilverwaltung und der Kaiserlichen Kommandantur
folgende Bestimmungen :
Jeder Gasabnehmer des Antwerpener Gaswerks darf an Leucht-, Koch- und Heizgas nicht
mehr als 70 % der Menge verbrauchen, die er im entsprechenden Monat des Vorjahres verbraucht
hat. Doch wird ein Verbrauch von 25 chm im Monat einem jeden Abnehmer ohne Einschränkung
zugelassen.
Eine Ueberschreitung des zulässigen Höchstverbrauchs von 70 % des Vorjahres hat die
sofortige Absperrung der Gaszuleitung zur Folge. Ausserdem wird das Gaswerk ermächtigt, Gas-
mengen, die dem Verbot zuwider vor Absperrung über diesen Satz hinaus verbraucht worden sind,
mit 1 Frs für den ebm zu berechnen.
§ 2.
Zur weiteren Einschränkung des Gasverbrauchs genehmige ich ferner die beantragte Fest-
setzung folgender Mindestpreise für das Gaswerk, die einheitlich für Leucht-, Koch und Heizgas gelten.
a. bei gewöhnlichen Gasmessern :
1. für die ersten 25 chm des monatlichen Verbrauchs
für den chm.
15 ctm
2. für den zulässigen Mehrverbrauch bis zur Höchst-
grenze von 70 % für den ehm
20 ctm
b. bei Münzgasmessern :
1. für die ersten 25 ebm des monatlichen Verbrauchs
für den chm
18 ctm
2. für den zulässigen Mehrverbrauch bis zur Höchst¬
grenze von 70 % für den ehm
23 etm
55.
Die Bestimmungen der §§ 1 und 2 gelten nicht für die Wohnungen deutscher Heeres-
angehöriger, ferner nicht für öffentliche Krankenhäuser, Kliniken und wohltätige Anstalten, für die
gemeindlichen Anstalten u. Betriebe, sowie allgemein für den Verbrauch von Kraftgas für Gasmotoren.
Der Preis des Gases wird hierfür einheitlich auf 13 ctm für den chm festgesetzt.
§4.
Als Abnehmer im Sinne dieser Verordnung gilt jeder selbständige Haushalt, der das Gas aus
einem Hauptgasmesser bezieht.
Für Abnehmer, die im Vorjahre kein Gas bezogen haben, wird der zulässige Höchstver-
brauch von dem Präsidenten der Zivilverwaltung für die Provinz Antwerpen nach Anhörung der
Verwaltung des Gaswerks festgesetzt.
§ 5.
Mit der öffentlichen Bekanntmachung dieser Verordnung und der Durchführung ihrer
Bestimmungen wird der Präsident der Zivilverwaltung beauftragt. Er trifft auch in Zweifelsfällen
die Entscheidung.
§ 6.
Diese Verordnung tritt am 20. Juli 1947 in Kraft.
Es bleibt vorbehalten, die Bestimmungen über die Einschränkung des Gasverbrauchs ganz
oder teilweise wieder aufzuheben, sobald beim Gaswerk wieder ein genügender Kohlenvorrat
vorhanden und eine ausreichende Zufuhr durch die Verkehrslage gesichert ist.
Antwerpen, den 13. Juli 1917.
Druckerei KARL BROEL, Antwerpen.
Der Gouverneur
von ZWEHIL
General der Infanterie.
van den Gouverneur der Provincie
Antwerpen tot beperking van gasver¬
bruik uit het Antwerpsch Gaswerk.
Om de hoogst noodige beperking in ’t verbruik van kolen
te bereiken, welke door de krijgs- en economische belangen
vereischt worden, keur ik op voorstel van den Präsident
der Zivilverwaltung en der Kaiserliche Kommandantur
volgende bestemmingen goed :
leder afnemer van gas, voortkomende uit het Antwerpsch Gaswerk, mag aan gas voor licht-
koken en verwarming niet meer als 70 % der hoeveelheid verbruiken, die hij in dezelfde maand van
het voorjaar verbruikt heeft. Een verbruik van 25 C. M. in de maand wordt nogtans zonder beperking
aan ieder afnemer toegestaan.
Een grooter verbruik als het toegestane hoogstverbruik van 70 % in het voorjaar zal de
dadelijke afsluiting van gas tot gevolg hebben. Buitendien wordt het gaswerk gemachtigd de hoeveel-
heid gas, die in strijd met het verbod voor de afsluiting boven deze menigte is verbruikt geworden,
met 1 Fr. voor den C. M. te berekenen.
§ 2.
Tot verdere beperking van het gasverbruik keur ik ook de voorgestelde vaststelling der
volgende minstprijzen voor het gaswerk goed, die voor licht-, kook- en verwarmingsgas algemeen
gelden :
a. bij gewone gasmeters:
1° voor de eerste 25 C. M. van het maandelijksche
verbruik, voor den C. M.
15 etm
2° voor het toegestane meerverbruik tot de hoogst¬
grens van 70 %, voor den C. M.
20 ctm
b. bij geld-gasmeters :
1° voor de eerste 25 C. M. van het maandelijksche
verbruik, voor den C. M.
18 ctm
2° voor het toegestane meerverbruik tot de hoogst¬
grens van 70 % voor den C. M.
23 ctm
§ 5.
De bestemmingen der §§ 1 en 2 gelden niet voor de woningen der toebehoorende aan het
duitsche leger, ook niet voor ziekenhuizen, klinieken en weldadigheidsgestichten, gemeente-inrich-
tingen en bedrijven, alsook niet voor het gebruik van krachtgas der gasmotoren. Hiervoor wordt de
algemeene prijs van 15 em de C. M. vastgesteld.
In den zin dezer verordening gelden als afnemers, ieder zelfstandige huishouding dewelke het
gas door een hoofdgasmeter ontvangt.
Voor de afnemers, die in het voorjaar geen gas bekomen hebben, wordt het toegestane
hoogstverbruik door den Präsident der Zivilverwaltung van de provincie Antwerpen na aanhooring
van het bestuur des gaswerks, vastgesteld.
§ 5.
De Präsident der Zivilverwaltung wordt met de openbare bekendmaking dezer verordening
en de uitvoering harer bestemmingen gelast. Hij treft ook de beslissing in geval van twijfel.
§ 6.
Deze verordening wordt op 20er Juli 1917 van kracht.
Het blijft voorbehouden de bestemmingen aangaande de beperking van het gasverbruik gansch
of gedeeltelijk weder op te heffen, zoohaast het gaswerk weder over voldoende kolenvoorraad
beschikt en eene voldoende toevoering door den verkeerstoestand verzekerd is.
Antwerpen, den 13er Juli 1917.
De Gouverneur
von ZWEHIL
Generaal der Infanterie.
|
