Copy and paste this minimal source listing into your document.
K 86950, Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience
Title | EHC_K86950_4_2016_0258.tif |
Dating | 1916-08-16 |
Category | uit de bibliotheekcollecties van Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience |
Tags | reglement landbouwer aardappel voorraad aangifte bewijskaart |
Asset identification [ID] | https://dams.antwerpen.be/asset/h1UkGRZDESUgiSFWadMSChwH#id |
Full text | betreffend die Erhebung und Behandlung des Ertrages der Kartoffelernte 1916. Im Interesse einer hinreichenden und gleich- mässigen Versorgung der belgischen Zivil- bevölkerung mit Kartoffeln bestimme ich : Artikel I. Die Erzeuger von Kartoffeln sind ver- pflichtet, den tatsächlichen Gesamtertrag ihrer Kartoffelernte im Jahre 1916 spä- testens bis zum 15. Oktober 1916 bei der Gemeindebehörde anzumelden. Diese Anzeige hat den gesamten Ertrag ohne irgend welchen Abzug der als Saatgut oder für den eigenen menschlichen und tie¬ rischen Bedarf des Erzeugers erforderlichen Kartoffelmengen zu umfassen. Mit der Anzeige des Kartoffel-Ernte- Ertrages ist gleichzeitig die Grösse der mit Kartoffeln bebauten Fläche anzugeben. Die Angabe der Fläche hat in Hektar und Ar zu erfolgen. Die Anzeigepflicht bezieht sich auf alle Erzeuger von Kartoffeln ohne Rücksicht auf die Grösse der mit Kartoffeln bebauten Fläche. In die Anzeige sind diejenigen Kartoffel- mengen nicht einzubeziehen, die bereits vor dem 15. September 1916 mit behördlicher Genehmigung oder auf behördliche Anwei- sung zur Ablieferung gelangt sind, wie insbe¬ sondere die in den an das Verladebüro beim Zivilkommissar in Mecheln angeschlossenen Gemeinden zur Verladung gelangten Früh- kartoffeln. Artikel II. Jeder Erzeuger von Kartoffeln hat die Anzeige lediglich in einer und zwar in der Gemeinde seines Wohnortes zu erstatten. Dabei hat er den Ertrag und die Fläche der- jenigen mit Kartoffeln bebauten Ländereien, die in anderen Gemeinden bewirtschaftet werden, mit anzugeben. Artikel III. Die Erzeuger von Kartoffeln sind ver- pflichtet, die Kartoffelmengen, die sie nach behördlicher Anordnung zum Verkauf zu stel¬ len haben, sorgfältig aufzubewahren, sowie die zur Erhaltung der Kartoffeln nötigen Handlungen vorzunehmen. Im übrigen bleiben die bestehenden Bestim¬ mungen, insbesondere bezüglich der zur Beför¬ derung von Kartoffeln erforderlichen Geleit- papiere, bezüglich der Regelung des mensch¬ lichen und tierischen Verbrauches von Kartoffeln usw. in Kraft. Artikel IV. Zuwiderhandlungen gegen die vorstehenden Bestimmungen werden mit Haft oder Ge- fängnis bis zu einem Jahre oder mit Geld- strafe bis zu 10 000 Mark bestraft. Auf beide Strafarten kann nebeneinander erkannt wer- den. Ausserdem kann auf Einziehung der Ware erkannt werden. Zuständig sind die Militärgerichte und Mili- tärbefehlshaber. Artikel V. Der Verwaltungschef wird mit der Ausfüh- rung der Verordnung beauftragt. Brüssel, den 16. August 1916. (Staatsdr. — Nr. 535.) Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. K. V. S. 8455. Berichtigung der Verordnung über die Bewirt¬ schaftung des Hafers vom 21. Juli 1916 (Ges.- und Verordn. Blatt Seite 2455). Im Eingange des Artikels 5 der Verordnung über die Bewirtschaftung des Hafers vom 21. 7. 1916 sind 2 Worte hinzuzufügen. Der erste Satz lautet sodann : Artikel 5. Als Höchstpreis für 100 kg Hafer von guter marktgängiger Beschaffenheit im Min¬ destgewicht von 44 Kilogramm für das Hek¬ toliter wird allgemein ein Preis von 33 Fran- ken festgesetzt u. s. w. Brüssel, den 18. August 1916. (Staatsdr: 537.) Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. betreffend opneming en behande¬ ling der opbrengst van den aard¬ appeloogst van 1916. In het belang eener voldoende en gelijk- matige gerieving der Belgische burgerlijke terre, d'une manière suffisante et équitable, la bevolking met aardappelen, bepaal ik : Artikel I. De voortbrengers van aardappelen zijn ver- plicht, de werkelijke geheele opbrengst van hunnen aardappeloogst van het jaar 1916 ten laatste den 1 5° Oktober 1916 bij het gemeente- bestuur aan te geven. van den aardappeloogst omvatten, zonder aftrekking van om ’t even welke hoeveelheid ’t zij voor plantgoed bestemd, ’t zij tot eigen gebruik van den voortbrenger vereischt voor de voeding van menschen en dieren. Met de opbrengst van den aardappeloogst moet terzelfdertijd de grootte van het aardap- pelland aangegeven worden. De aangifte der oppervlakte moet in hektaren en aren worden gedaan. De plicht tot aangifte geldt voor alle voort- brengers van aardappelen, om het even welke de grootte is van het aardappelland. In de aangifte moeten de hoeveelheden aardappelen niet vermeld worden, die reeds vöör den 15° September 1916 met de toestem- ming of op bevel van de overheid afgeleverd zijn, zooals inzonderheid de vroege aardap- pelen, die in de gemeenten, aangesloten bij het verzendingskantoor bij den burgerlijken kom- missaris (Verladebüro beim Zivilkommissar) te Mechelen, reeds verzonden werden. Artikel II. Elke voortbrenger van aardappelen moet de aangifte slechts in éen enkele gemeente doen en wel in de gemeente, die hij bewoont. Hij moet daarbij de opbrengst en de oppervlakte van de met aardappelen bebouwde landerijen, die in andere gemeenten geëxploiteerd worden, mede aangeven. Artikel III. De voortbrengers van aardappelen zijn ver- plicht, de aardappelstapels, die zij op bevel van de overheid moeten te koop stellen, zorg- vuldig te bewaren, evenals het noodige voor het behoud der aardappelen te doen. Voor het overige blijven de bestaande bepa- lingen, inzonderheid, wat aangaat de tot het verzenden van aardappelen vereischte gelei- brieven, evenals de regeling van het verbruik van aardappelen voor menschen en dieren enz. van kracht. Artikel IV. Overtredingen der vorenstaande bepalingen worden met ten hoogste één jaar hechtenis of gevangenis of met ten hoogste 10.000 mark boete gestraft. Ook kunnen beide straffen tege¬ lijk uitgesproken worden. Bovendien kan tot verbeurdverklaring der waar worden besloten. Bevoegd tot oordeelvellen zijn de krijgs- rechtbanken en krijgsbevelhebbers. Artikel V. Het Hoofd van het burgerlijk bestuur (Ver- waltungschef) wordt met de uitvoering der Verordening bt last. Brussel, den 16° Augustus 1916. Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. Terechtbrenging bij de Verordening van 21 Juli 1916 over de benuttiging van haver (Wet- en Verordeningsblad, bl. 2455). concernant le relevé du rendement de la récolte des pommes de terre de 1916 et les mesures à prendre par les producteurs. En vue d'approvisionner de pommes de population civile belge, j'arrête ce qui suit : Article Ter. Les producteurs de pommes de terre sont tenus de déclarer, au plus tard le 15 octo- bre 1916, à leur administration communale, le rendement réel et total de leurs récoltes de pommes de terre de 1916. Deze aangifte moet de geheele opbrengst Cette déclaration portera sur le rendement total sans qu'on puisse faire une déduction quelconque soit pour les pommes de terre à planter, soit pour celles destinées à l'alimenta¬ tion du producteur, de sa famille et de son personnel ou de ses animaux. En opérant ladite déclaration, on indiquera, en hectares et en ares, la superficie des cul¬ tures de pommes de terre. L'obligation de déclarer concerne tous les producteurs de pommes de terre, sans qu’il soit tenu compte de la superficie de leurs cultures. Ne devront pas être comprises dans la décla¬ ration, les quantités de pommes de terre qui, en vertu d'une autorisation ou d’un ordre de l'autorité compétente, ont été livrées avant le 15 septembre 1916, notamment les pommes de terre hâtives qui ont été expédiées dans les communes relevant du Bureau de chargement Verladeburö) du commissaire civil de Malines. Article II. Tout producteur de pommes de terre ne doit faire sa déclaration que dans une seule com¬ mune, celle où il a son domicile. Sa déclara¬ tion portera aussi sur le rendement et la super¬ ficie des champs de pommes de terre qu’il cultive dans d'autres communes. Article III. Les producteurs sont tenus de garder soigneusement les quantités de pommes de terre qu'ils devront vendre conformément aux instructions de l'autorité compétente; ils ont aussi l'obligation de prendre toutes les mesures nécessaires à la bonne conservation des pom¬ mes de terre. Restent en vigueur, les dispositions existantes, notamment celles relatives aux permis pres¬ crits pour les transports de pommes de terre et à la réglementation de la consommation humaine et animale des pommes de terre. Article IV. Les infractions au présent arrêté seront punies d'une peine d’emprisonnement de police ou correctionnel d'un au au plus ou d'une amende pouvant atteindre 10 000 marcs. Les deux peines pourront aussi être appliquées simultanément. En outre, on pourra pronon¬ cer la confiscation de la marchandise. Les tribunaux et commandants militaires sont compétents pour juger lesdites infractions. Article V. Le Chef de l'administration civile (Verwal¬ tungschef) est chargé de l'exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 16 aout 1916. Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. Rectification relative à l'arrêté du 21 juillet 1916 concernant l'utilisatien économi¬ que de l'avoine (Bulletin officiel des lois et arrêtés, p. 2455). Aan het begin van Artikel 5 der Verorde- ning van 21 Juli 1916 over de benuttiging van haver, moeten 2 woorden worden toege- voegd. De eerste zin zal als volgt luiden : Artikel 5. Als hoogste prijs voor 100 kgr. haver van goede, marktgeschikte hoedanigheid met een laagste gewicht van 44 kgr. per hektoliter, wordt een algemeene prijs van 33 frank vast- gesteld. Brussel, den 18° Augustus 1916. Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. Au commencement de l'article 5 de l'arrêté du 21 juillet 1916 concernant l'utilisation économique de l'avoine, il faut ajouter 3 mots. La première phrase dudit article est à présent rédigée comme suit : Article 5. Le prix maximum pour 100 kg. d'avoine de bonne qualité et marchande, pesant au moins 44 kg. l'hectolitre, est fixé, d'une manière générale, à 33 francs. Bruxelles, le 18 août 1916. Der General-Gouverneur in Belgien, Freiherr VON BISSING, Generaloberst. G. G. IVa. 535. 8. II. |
Last OCR | Last OCR 2022-09-15 12:10:43 |
Original filename | EHC_K86950_4_2016_0258.tif |
Filesize | 307.04 MB |
Height | 13348px |
Width | 8040px |
MIME-type | image/tiff |
Creation date in Dams | 2016-07-29 15:03:51 |
Last modification | 2022-09-15 12:45:07 |
Info |
This media file falls into the public domain. This work has been identified as being free of known restrictions under copyright law, including all related and neighboring rights. You can copy, modify, distribute and perform the work, even for commercial purposes, all without asking permission.
The metadata is licensed with a creative commons zero license. You can copy, modify, distribute and perform the work, even for commercial purposes, all without asking permission. If you use this media file and / or the metadata, we would appreciate it if you copied the information from the Acknowledgements field as a source reference. When used in a publication, we would like to receive a copy for our library. |
Acknowledgements | K 86950, Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience |
Source listing | [Verzameling van Belgische en Duitsche oorlogsplakkaten, 1914-1918], K 86950, Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience |