| Full text |
111
142 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 5
mit
dem Etappengebiet.
Mit dem französischen und belgischen Etappengebiet ist ein Post-
verkehr nach Massgabe der nachstehenden Bestimmungen zugelassen.
1. Zugelassen sind:
a) der notwendige dienstliche Briefverkehr zwischen den bel-
gischen Behörden im Generalgouvernement und im Etap-
pengebiet,
b) Briefe und Postkarten geschäftlichen Inhalts zwischen Händ-
lern im Generalgouvernement und im Etappengebiet, soweit
an diesem Schriftwechsel ein deutsches Interesse besteht,
c) Briefe und Postkarten der im Etappengebiet tätigen Zivil-
arbeiter an ihre Angehörigen im Generalgouvernement und
umgekehrt,
wöchentlich ein Brief von vier Seiten bis zu je 10 Zeilen oder
eine Postkarte,
d) Postanweisungen bis zum Betrage von 800 M, soweit die im
Generalgouvernement erlassenen Zahlungsverbote nicht
entgegenstehen,
e) Pakete bis zum Gewicht von 5 kg aus dem Generalgouver-
nement an die im Etappengebiet tätigen Zivilarbeiter,
wöchentlich ein Paket für jeden Arbeiter.
2. Alle Mitteilungen, die geeignet sind, die deutschen Interessen zu
gefährden, sind verboten.
Die Briefe sind offen aufzuliefern. Geschlossene Briefe werden zurück-
gegeben.
Postanweisungen dürfen äusser der Adresse und äusser der Angabe
des Betrages keine schriftlichen Mitteilungen enthalten.
3. In der Anschrift muss äusser dem Wohnorte des Empfängers auch
das Arrondissement oder die zuständige Etappenkommandantur ange¬
geben sein. Zur Vermeidung von Verzögerungen ist ausserdem der Ver-
merk «Ueber Postüberwachungsstelle Nr..... » zweckmässig. Die Nummer
der Postüberwachungsstelle kann bei wiederholtem Briefwechsel beim
Empfänger erfragt werden.
Bei Sendungen an Arbeiter, die bei einem deutschen Truppenteil oder
einer deutschen Behörde im Etappengebiet bedienstet sind, ist lediglich
die Feldadresse dieser Dienststelle anzugeben.
4. Für Pakete (Höchstgewicht 5 kg) an Arbeiter im Etappengebiet
gilt folgendes:
a) Den Paketen muss beigegeben sein:
ein Inhaltsverzeichnis mit genauer Adresse des Arbeiters und
des Absenders,
eine Paketkarte (dreisprachiger Vordruck), die keinerlei
Mitteilung enthalten darf.
5) Das Paket darf nicht enthalten :
Geld, leichtverderbliche, feuergefährliche oder leicht zerbrech-
liche Gegenstände, Lebensmittel, Seife, schriftliche Mit-
teilungen (äusser dem Inhaltsverzeichnis) sowie Druck-
sachen.
c) Paket und Paketkarte müssen versehen sein mit :
der genauen Adresse des Empfängers und des Absenders,
dem vom Absender zu vollziehenden Vermerk in deutscher
und vlämischer oder französischer Sprache :
« Einwohnersendung.
Enthält ausser dem Inhaltsverzeichnis keine schriftlichen
Mitteilungen. »
Auf der Paketkarte und dem Inhaltsverzeichnis muss durch
Stempel die Ausfuhrerlaubnis des Zivilkommissars ver-
merkt sein.
d) Die Pakete sind unverpackt bei der nächsten Militärischen
Postüberwachungsstelle und an Orten, wo solche nicht
bestehen, bei den Ortskommandanturen aufzuliefern und
nach der Prüfung vom Absender oder seinem Beauftragten
dauerhaft zu verpacken.
5. Die Gebühren betragen für
25 Centimes.
Briefe bis 20 g
15
für je weitere 20 g
»
10 »
Postkarten.
20 »
Postkarten mit Antwort
Postanweisungen für je 40 M
25
25
Pakete an Arbeiter bis 5 kg
Frankierungszwang.
6. Auszahlung der mit Postanweisung überwiesenen Beträge erfolgt
im Etappengebiet in Stadtscheisen.
7. Für Verlust oder Beschädigung einer Sendung wird Schadenersatz
nicht gewährt.
Unanbringliche Pakete werden als freiwillige (Liebes-) Gaben für die
Bevölkerung des Etappengebiets verwertet. Verdorbene Waren werden
vernichtet.
8. Jeder andere Postverkehr (auch Wert- und Einschreibesendungen)
sowie der Telegramm-, Drucksachen- und Warenprobenverkehr sind
unzulässig.
9. Zeichen- und Geheimschriften sowie Stenogramme sind verboten.
10. Zuwiderhandlungen gegen Ziffer 2 Absatz 1 und Absatz 3, Ziffer 4b
und Ziffer 9 sowie vorsätzliche Ueberschreitungen der nach Ziffer 1c
und e zugelassenen Anzahl von Sendungen können, sofern nach sonstigen
Strafbestimmungen keine schwerere Strafe verwirkt ist, mit Gefängnis
bis zu 3 Jahren und Geldstrafe bis zu 10 000 M oder einer dieser Strafen
bestraft werden.
14. Die Armeeoberkommandos können auch den zugelassenen Post-
verkehr aus militärischen Gründen zeitweise ganz oder zum Teil
sperren.
12. Alle entgegenstehenden bisherigen Bestimmungen, besonders
auch für dea Postverkehr mit Ost- und Westflandern treten äusser Kraft.
Brüssel, den 13. März 1917.
(Staatsdr. — Nr. 816.)
Der Generalgouverneur in Belgien,
Freiherr voN BISSING,
met
het Etappengebied.
Het postverkeer met het Fransche en Belgische Etappengebied is
overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen toegelaten.
1. Toegelaten zijn :
a) het noodzakelijk dienstbrievenverkeer tusschen de Belgische
overheden van het General-Gouvernement en het Etappen-
gebied,
6) brieven en postkaarten, die alleen over zaken handelen, tusschen
handelaars van het General-Gouvernement en het Etappen-
gebied, zooverre met deze briefwisseling een Duitsch belang
verbonden is,
c) brieven en postkaarten van in het Etappengebied werkzame
burgerlijke arbeiders aan hun familieleden binnen het
General-Gouvernement en omgekeerd,
wekelijks één brief van vier bladzijden met ten hoogste
10 regels per bladzijde, of één postkaart,
d) postwissels van ten hoogste 800 mark, zooverre de binnen het
General-Gouvernement uitgevaardigde betalingverboden dit
niet verbieden,
e) pakjes van ten hoogste 5 kgr. uit het General-Gouvernement
aan de in het Etappengebied werkzame burgerlijke arbeiders,
wekelijks ééa pakje voor elken arbeider,
2. Al de mededeelingen, van aard om de Duitsche belangen in gevaar
te brengen, zijn verboden.
De brieven moeten open afgeleverd worden. Gesloten brieven worden
teruggegeven.
Postwissels mogen, buiten het adres en de aangifte van het bedrag,
geen schriftelijke mededeelingen bevatten.
3. In het adres moet buiten de woonplaats van den bestemmeling ook
het arrondissement of de bevoegde Etappenkommandantuur aangegeven
worden. Om vertraging te vermijden is het raadzaam, er bovendien de
aanduiding « Ueber Postüberwachusgsstelle Nr..... » (« door den
postonderzoekingsdienst nr..... ») aan toe te voegen. Het nummer van
den postonderzoekingsdienst kan, bij herhaalde briefwisseling, aan den
bestemmeling gevraagd worden.
Bij zendingen aan arbeiders, die in het Etappengebied bij een Duitsche
troepenafdeeling of bij een Duitsche overheid werkzaam zijn, hoeft men
alleen het veldadres van deze dienstkantoren aan te geven.
4. Voor de verzending van pakjes (die ten hoogste 5 kgr. mogen wegen)
aan arbeiders in het Etappengebied gelden onderstaande bepalingen :
a) Bij de pakjes moet gevoegd worden :
een lijstje van den inhoud, naast het nauwkeurig adres van
bestemmeling en aszender,
een verzendingsbulletijn (drietalig formulier), waarop geen
enkele mededeeling mag worden gedaan.
b) Het pakje mag geen
geld, licht bedervende, ontvlambare of licht breekbare voor-
werpen, levensmiddelen, zeep, schriftelijke mededeelingen
(buiten het lijstje van den inhoud) of drukwerk bevatten.
c) Het pakje en het verzendingsbulletijn moeten voorzien zijn van :
het nauwkeurig adres van den bestemmeling en van den
afzender,
de volgende verklaring vanwege den afzender in het Duitsch
en Vlaamsch of Fransch :
« Inwonerzending. Bevat buiten het lijstje
van den inhoud geen schriftelijke mededeelingen. »
Op het verzendingsbulletijn en de inhoudslijst moet de
uitvoertoelating van den burgerlijken Kommissaris (Zivil-
kommissar) door een stempel aangegeven zijn.
d) De pakjes moeten ongesloten bij de naaste Militärpostüber-
wachungsstelle (Militaire postonderzoekingsdienst) en in
plaatsen, waar deze niet bestaan, bij de plaatselijke Kom-
mandanturen afgegeven en, na onderzoek, door den afzender
of zijn lasthebber stevig verpakt worden.
5. De kosten bedragen voor :
brieven tot 20 gr.
fr. 0,25
voor elke 20 gr. meer
» 0,15
» 0,10
postkaarten.
postkaarten, met antwoordkaart
0,20
postwissels, voor elke 40 mark
„ 0,25
pakjes aan arbeiders, tot en met 5 kg.
0,25
Verplichte frankeering.
G G. Ilb, 1417/17.
Generaloberst.
6. De bedragen van de postwissels worden in het Etappengebied in
stadsbriefjes uitbetaald.
7. Voor verloren geraakte of beschadigde zendingen wordt geen ver-
goeding toegekend.
Onbestelbare pakjes komen als vrijwillige giften aan de bevolking
van het Etappengebied ten goede. Bedorven waren worden vernietigd.
8. Alle andere postverkeer (ook geldzendingen en aangeteekende
zendingen), evenals telegram-, drukwerk- en stalenzendingen zijn
verboden.
9. Teeken- of geheimschrift, evenals stenogrammen zijn verboden.
10. Overtredingen van Nr 2, lid 1 en lid 3, Nr 4b en Nr 9, evenals opzet-
telijke overtredingen van het volgens Nr 1e en e toegelaten aantal
zendingen kunnen, zooverre volgens andere strafbepalingen geen stren-
gere straf voorzien is, met ten hoogste 3 jaar gevangenis en met ten
hoogste 10 000 mark boete of met één van beide straffen gestraft worden.
11. De « Armeeoberkommandos » kunnen ook het veroorloofd post-
verkeer om militaire redenen tijdelijk geheel of ten deele opheffen.
12. Alle hiermede in strijd zijnde vroegere bepalingen, inzonderheid
ook op het postverkeer met Oost- en Westvlaanderen, houden op van
kracht te zijn.
Brussel, den 13n Maart 1917.
Der Generalgouverneur in Belgien,
Freiherr VON BISSING,
avec le
territoire des étapes
Les relations postales avec le territoire français et belge des étapes
sont soumises aux dispositions suivantes :
1. Sont admis :
a) la correspondance de service qui est nécessaire entre les auto¬
rités belges du Gouvernement général et celles du territoire
des étapes,
5) les lettres et cartes postales d’affaires entre les commerçants
résidant dans le Gouvernement général et ceux du territoire
des étapes, pour autant que cette correspondance favorise les
intérêts allemands,
c) les lettres et cartes postales adressées par les ouvriers civils du
territoire des étapes, à leur famille résidant dans le Gouver¬
nement général, et vice versa, à raison,
par semaine, soit d'une lettre de 4 pages, comprenant chacune,
10 lignes au plus, soit d'une carte postale,
d) les mandats-poste de 800 marcs au plus, à la condition qu'ils
ne constituent pas une infraction aux interdictions de payer
en vigueur dans le Gouvernement général,
e) les colis de 5 kg. au plus expédiés du territoire du Gouverne-
ment général aux ouvriers civils travaillant dans le terri¬
toire des étapes : par semaine, un colis pour chaque ouvrier.
2. Est interdite toute communication qui serait de nature à compro¬
mettre les intérêts allemands.
Les lettres doivent être remises ouvertes. Les lettres fermées seront
renvoyées aux expéditeurs.
Les mandats-poste ne peuvent contenir, abstraction faite de l’adresse
et de l'indication du montant, aucune communication écrite.
3. L'adresse doit indiquer, outre le domicile du destinataire, l’arron¬
dissement ou l'« Etappenkommandantur » compétente. Afin d’éviter des
retards, il convient de mentionner aussi la « Postüberwachungsstelle »
(Bureau de surveillance postale) compétente, par les mots : «Ueber Post-
überwachungsstelle Nr.... ». En cas de correspondance plus ou moins
suivie, on fera bien de demander au destinataire le numéro de sa «Post¬
überwachungsstelle».
Les envois adressés aux ouvriers travaillant, dans le territoire des
Generaloberst.
étapes, au service d'une formation de l'armée allemande ou d'une auto¬
rité allemande doivent porter uniquement l’adresse de campagne de
cette formation ou de cette autorité.
4. Les dispositions suivantes sont applicables aux colis (poids
maximum : 5 kg.) adressés aux ouvriers travaillant dans le territoire des
étapes:
a) Il faut joindre aux colis :
une liste du contenu indiquant l'adresse exacte de l’ouvrier
et de l'expéditeur,
un bulletin d'expédition (formule imprimée en 3 langues
qui ne peut porter aucune communication.
6) Les colis ne peuvent contenir :
ni argent, ni objets sujets à corruption, inflammables ou fra¬
giles, ni vivres, ni savon, ni communications écrites (à
l'exception de la liste du contenu), ni imprimés.
c) Le colis et le bulletin d'expédition doivent mentionner :
les adresses exactes du destinataire et de l'expéditeur;
en outre, de la main de l'expéditeur, en langue allemande et
flamande ou française, les indications ci-dessous :
« Envoi entre habitants.
Ne contient aucun renseignement écrit, sauf la liste du contenu.»
Le bulletin d'expédition et la liste du contenu doivent être
frappés d'un timbre établissant que l'autorisation d'expor¬
ter a été donnée par le Commissaire civil (Zivilkommissar).
d) Les colis devront être déposés non emballés à la «Militärische
Postüberwachungsstelle» (Bureau militaire de surveillance
postale) la plus proche ou bien, dans les localités sans Bureau
de l'espèce, aux «Kommandanturen» locales. Après l'examen
des colis, ceux-ci devront être emballés convenablement par
l'expéditeur ou son mandataire.
5. Les taxes sont fixées comme suit :
Lettres, jusqu'à 20 grammes.
25 ces
au delà, par 20 grammes
15
Cartes postales simples.
10
Cartes postales avec réponse payée
20
Mandats-poste, par 40 marcs.
25
Colis adressés aux ouvriers, jusque 5 kg. 25 »
Les envois devront être affranchis.
6. Le paiement des montants transmis par mandat se fera, dans le
territoire des étapes, en papier-monnaie des villes.
7. Aucune indemnité ne sera accordée en cas de perte ou d’avarie
d'un envoi.
Les colis restant en souffrance seront traités comme des dons spon-
tanés en faveur de la population du territoire des étapes. Les marchan-
dises gâtées seront détruites.
8. Toute autre relation postale (y compris les envois de valeurs et les
envois recommandés), de même que l’expédition de télégrammes, d'im¬
primés ou d'échantillons sont interdites.
9. Il est défendu d’envoyer des communications chiffrées, en langage
secret ou sténographiées.
10. Les infractions aux prescriptions du chiffre 2, 1“ alinéa et 3° alinéa,
chiffre àb et chiffre 9 ainsi que les contraventions intentionnelles au
nombre d’envois autorisés suivant le chiffre 1c et e pourront être punies
soit d'un emprisonnement de 3 ans au plus et d'une amende pouvant
atteindre 10.000 marcs, soit de l’une de ces deux peines à l'exclusion de
l'autre, à moins que d'autres dispositions pénales ne prévoient des peines
plus élevées.
11. Les commandants des armées pourront, pour des raisons mili¬
taires, interrompre en tout ou en partie les relations postales autorisées
par le présent arrêté.
12. Sont abrogées toutes les dispositions antérieures contraires au
présent arrêté, particulièrement celles réglant les relations postales avec
les deux Flandres.
Bruxelles, le 13 mars 1917.
Der Generalgouverneur in Belgien,
Freiherr voN BISSING,
Generaloberst.
|
