’n boek óf ’n Bijbel óf ’n leerboek is ». Er bestaat geen leesgewoonte. Vorige pogingen om beterschap bij te brengen hadden geen succes.' Zo werd door twee leden van de Carnegie Foundation (1928) de idee geopperd te begin- nen met een nationale centrale bibliotheek (let wel : de foutieve oplossing soms ook in ons land voorgestaan). Maar zo wijs zijn de heren wel, dat zij tegelijkertijd de gedachte suggereren enkele centrale bibliotheken in te richten. De eerste - gelden zouden door de Carnegie Foun- dation verstrekt worden. De poging lijdt schip- breuk. . « As ons dan werklik ten opzigte van open- bare biblioteke ’n beleid ten uitvoer wil bring, moet ons sorg dat uit die staanspoor ’n volks- biblioteek-stelsel as ’n organiese geheel ontwik- kel... ». Pogingen worden aangewend om de bestaande kernen tot een distributieselsel samen te snoeren per streek ; organisch om te bouwen; personeel toe te voeren ; dat technisch te vol- maken ; regionale non fiction C.C.S. aan te leggen ; gezocht wordt naar mensen, helpers, « plaatselike onderwijSer of ander geskikte persoone ». De middelen worden beraamd cp 1 /•— per persoon, voor een district van mini- mum 20.000 man. «Met ’n onkoste van £ 25 per jaar sal dit vir ’n dorpie van 500 mense nie moontlik wees om ’n bevredigende biblio- teekdiens te verkry nie. Met 40 dorpies » zal het gaan. Die [algemene] biblioteekstelsel be- hoort te beskik oor 1 -6 per hoof. Per provinsie moet een permanente commissie ingeste'd wor- den « bestaande uit opvoedkundige of andere » ; plus een « Nasionale Raad » (afgevaardigde van de provinsiale biblioteekrade, en lede wat deur die regering benoem word weens hul kennis van die leesbehoeftes van die volk). "Wij waarschuwen hier de Suidafrikaansche collega’s ... met de ondervinding in eigen land ! In de « aanbevelings in kort » wordt de toon van de brochure scherper, imperatiever en ook beter. Gehuldigd worden de principes van de natinoale bibliotheekstructuur, onderwerping aan het centraal gezag, subsidiering op grond van eigen inspanning, verzorging van de jeugdbibli- otheek, beroepsvorming. Tot slot volgt een lijstje literatuur voor Zuid Afrika, voor «ander lande». Een boekje waarin wij veel van het eigen wee herkennen ; waarin wij vernemen eens te meer, dat de kernproblemen met hun verschillen, overal dezelfde zijn, en dat men overal in de eerste plaats geneigd is dezelfde fouten te begaan. Suid Afrika let op u Saeck I Monthaye, A. : Het grafisch bedrijf, 45 blz. Kath. VI. H. Uitbr. XXXIX,- 3. Brussel Standaard, 1940. - fr. 2,50 In kort bestek heel wat gegevens, met zeer goede detailfiguren. De titel is te algemeen, zegt de auteur ; enkel een korte schets wordt gege- ven. Zij is toch welkom, want te veel bestaat voor ons niet op dit gebied, en zeer welkom is de brochure, omdat zij uit de- gemeenplaatsen treedt ; een inslag van methodische stofbewer- king haar grondslag vormt. Behandeld worden : lichtgevoeligheid van zilverzouten en bichromaten ; hoogdruk of boek- ' druk (camera met omkeerspiegel, lijncliché met etsstadia, raster) ; vlakdruk (lithografie, offset) ; koperdiepdruk (rakel en raster ; rol van het pigmetpapier ; cylinders en inkten) ; kleuren- druk (koperdiepdruk, hoogdruk, vlakdruk) retouche. Güilich, Wilhelm : Die Bibliothek des Instituts für Weltwirtschaft (Kiel) ; Voraussetzungen ' und Grundlagen weltwirtschaftlicher For- schung. 87 blz. Jena, Fischer, 1939. Overdr. uit : Weltwirtschaftlichen Archiv. 50. Band; Heft 1. De brochure behandelt niet enkel bibliotheco- nomische elementen, maar ovérziet het veld van de wetenschappelijke bibliotheek in het bizon- der, en perkt dan dè inhoud af. De bibliotheek is relatief jong(1 91 0, door Pr. Harms gesticht), en werd naar de lijnen van haar stichter, uit- gebouwd. Doel is ; « die Gesamtlebensausser- ungen der Weltwirtschaft dauernd beobachten », door middel van een « weltwirtschaftliche Zen- tralstelle ». De bibliotheek zou enkel de weten- schappelijke outillage daartoe bevatten met bizondere secties voor tijdschriften, statistiek, parlementsverslagen, handelsverdragen, tolover- eenkomsten, scheepvaartrechten, handelskamer- archieven, consulaire berichten, enz. Weldra bleek dat deze grondstelling niet houdbaar was. In I 924 kreeg Gülich opdracht de 70.000 grote verzameling té reorganiseren. Vertrekount werd dan: het economische leven, met affiniteiten voor de bizondere gebieden, welke, in het domein van de sociale weten- schappen met de economie voeling hebben. Zo komen onder de aandacht : levensruimte en volk, staat en recht, geschiedenis en politiek, neven de economische aardrijkskunde, de vol- kenbeweging, de verkeersgeografie, rassenkun- de, volksgroepenkunde, volkerenpsychlogie, financiewetenschappen en staatkunde met staatrecht, sociale politiek, arbeidspolitiek, enz. Een kern-wetenschap dus. met uitlopers van andere wetenschappen. Deze uitlopers, welke in het eigen domein ingrijpen, (mathematische statistiek b.v., waarschijnlijkheisrekenen). Volgt daarna een bepaling van wat opoe- nomen wordt in deze speciale bibliotheek. De « werken »~ worden onderscheiden in « werken met verslag-karakter (statistiek, politiek, be- heer) een sectie van grote omvang ; werken met normatief, karakter (wetten, overeenkoms- ten) ; werken van propagandistische aard of strijdliteratuur ; werk inhoudend richtlijnen ; werken met illustratief karakter (romans, bio- grafieën, enz.). Wel een zeer bizondere kijk.!