Full text |
LLRAARALAALAAIAARALLLLAIL ARIANA RELLA ALEA LARRAALALL LAAD
Ja alles lachte en juichte op hare schreên
By elken stap kon zy op bloemen treên,
Ly las de vreugd op ryke zegebogen ,
Ly zag, voor haer de ridderen gebogen, —
En echter blonk de gramschap in hare oogen —
Want by dien prael ; waer niets te ontbreken scheen,
Ontbrak het hart — de stem des volks alleen.
J. A. Brederfort.
De Leliaren hadden ongemeene poogingen tot de
versiering der stad aengewend; zy konden hierdoor
hunnen nieuwen Vorst behagen en zyne gunst ver;
krygen. Al de ambachtsgezellen waren tot het oprech-
— 125 —
ten van praelbogen gebruikt geweest : geld was er niet
gespaerd, de rykste stoffen waren uit de winkels ge-
haeld en voor de gevels der huizen gehangen; men
had in de velden een groot getal jonge boomen afgehakt
om de straten als groene dreven te beplanten. — Des
anderendaegs om tien uren was alles veerdig.
Op het midden der groote Markt had het timmer-
mans ambacht eenen statigen troon van lazuer fluweel
verheven. Er waren zetels met gouden boordsels en
gewrochte kussens; nevens dezelve stonden twee kun-
stige zuilbeelden, de Vrede en de Macht, die met
hunne vereenigde handen eene kroon van lauwer— en
olyftakken boven het hoofd van Philippe le Bel en van
Johanna van Navarre moesten reiken. Zwierige behang-
sels waren om den troon geschikt, en ryke tapyten
dekten de markt tot op eenen zekeren afstand.
By den mgang der Steenstraet stonden vier in mar-
mer geschilderde voetzuilen en op ieder derzelve een
bazuinblazer als een Faemengel gekleed, met lange
vleugelen en in purper gewaed.
Tegen de groote Vleeschhal, by het begin der Vrou-
westraet, was een prachtige praelboog met gothische
pylers opgericht. Boven, tegen de kroon van het gewelf
lang het wapenschild van Frankryk op eenen purperen
grond : lager, tegen de twee pylers hingen de schilden
van Vlaenderen en van Brugge; overal in de lysten
waren zinnebeelden geschilderd, om den vreemden
meester te vleien. Hier kroop Vlaenderens zwarten
Leeuw voor eene leliebloem , ginds waren de sterren
des hemels door leliën vervangen, en dergelyke laffe
? |