Full text |
te veranderen en te verbeteren ? Welke weg daartoe in slaan ?
Dezen weg zag hij niet aanstonds; toch was hij verstandig
genoeg om wèl in te zien, dat wie wat bereiken wil op eenig gebied,
daarin ten volle thuis moet zijn. Daartoe begon hij met noesten
ijver zich zoowel theoretisch als praktisch in zijn vak in te werken.
Getuigen daarvàn zijn de studiewerken en schoolboekjes die in
1906 van zijn hand bij den uitgever van In te Lier verschenen :
n. 1. de « Végétations adénoïdes », en een reeks Fransche leesboekjes,
L’Enseignement de VEcriture dans les Ecoles primaires, L’Enseigne-
■ ment du Chant, Exercices combinés de la Langue Française, welke
goed-doordachte werken overal een gunstig onthaal vonden.
Daarnaast bestudeerde hij ernstig de opvoedkunde en de
personen en stelsels der groote opvoeders, welke als een serie
studies onder den titel : « Causeries pédagogiques » verzameld werden.
Deze arbeid bracht den schrijver in betrekking met de toongevende
hedendaagsche opvoedkundigen : de « Causeries » ondervonden
ook in hooge mate de waardeering van den vermaarden Franschen
pedagoog, den Inspecteur generaal van het onderwijs Gabriel
Compayré, van wiens hand dan ook een voorwoord voor dit ver-
zamelwerk verscheen.
Het had wel den schijn alsof Peeters, evenals zoo vele intel-
lectueele Vlamingen, een voorkeur voor de Fransche taal had,
doch dit was maar schijn. Het was een noodzakelijke weg om
het doel te bereiken, daar de belangstelling in Vlaamsche werken
nog gering was. Doch nu en dan verscheen van Peeters’ hand ook
een Vlaamsche studie, ten einde te voelen of de tijd niet rijp was
om ook de Vlaamsche geesten in en voor hun moedertaal wakker
te maken — wat in literaire richting meer het geval was dan in
pedagogische.
Al werkende, naast zijn dagelijkschen arbeid als klasse-onder-
wijzer in een lagere school te Oostende, en schrijvende in verschil-
lende pedagogische tijdschriften van Belgie en daarbuiten, deed
hij in 1909 een hinken stap vooruit door de oprichting van het
Bureau International de Documentation Educative, en zulks op raad
van zijn vriend Compayré. Het was een enorme onderneming,
met geringe middelen tot stand gebracht, en die een ongelooflijke
werkkracht vorderde. Van uit het bescheiden schoolmeesters-
studeervertrek in Oostende liepen draden naar alle streken der
gansche wereld; tot naar Zuid-Amerika en Zuid-Afrika en het
verste Oosten. Van alle zijden stroomden de inlichtingen en ge-
106 |