25
24 23
n
9 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40, 41 42 43 44 45 46 47 48

190 8
über die Regelung des Verkehrs
mit Butter.
Artikel 4.
Der Preis für Butter, den der Hersteller beim Verkaufe im Gross-
handel frei Brüssel, einschliesslich der üblichen Verpackung, fordern
kann (Grundpreis), wird bis auf weiteres für das kg festgesetzt, wie
folgt:
I. Süssrahmbutter.
Reine Butter (bis höchstens 18 v. H. Wassergehalt)
(Süssrahmbutter I. Güte).
5.00 Fr.
Butter mit mehr als 18 bis 50 v. H. Wassergehalt (Süss¬
rahmbutter II. Güte)
3.00 —
II. Gesalzene Butter.
Reine Butter (bis höchstens 18 v. H. Wassergehalt) (Gesalzene
Butter I. Güte)
4.80
Butter mit mehr als 18 bis 50 v. H. Wassergehalt (Gesalzene
Butter II. Güte)
2.80
Artikel 2.
Die Grundpreise siad für den Bereich des Generalgouvernements in
Belgien massgebend, soweit nicht gemäss Artikel 7 abweichende Bestim¬
mungen getroffen werden.
Artikel 3.
Die Herstellung von Butter mit mehr als 50 v. H. Wassergehalt wird
in Abänderung der Bestimmung des Artikels 6 der Verordnung des
Königs der Belgier vom 20. Oktober 1903 in der Fassung vom 18. Sep-
tember 1904 verboten. Im übrigen bleiben die Bestimmungen dieser
Verordnung in Kraft.
Artikel 4.
Der Salzzusatz darf 4 v. H. des Gesamtgewichtes nicht überschreiten.
Artikel 5.
Der Zuschlag für den Weiterverkauf der Butter darf höchstens
betragen beim Verkauf
im Grosshandel 15 cts. für das kg. Butter
» I. Güte
im Kleinhandel 40 cts. »
30 cts. »
II. Güte.
Der Zuschlag darf sowohl im Grosshandel wie im Kleinhandel nur
einmal genommen werden, gleichviel ob die Ware innerhalb dieser
Gruppen mehrere Male den Eigentümer gewechselt hat.
Der Zuschlag begreift die gesamten Geschäftsunkosten des Handels
in sich und umfasst im Grosshandel auch die sämtlichen Kosten der
Beförderung bis zu der Verkaufsstelle des Kleinhändlers, im Kleinhandel
auch die etwaigen Kosten der Beförderung bis zur Wohnung des Ver-
brauchers.
Artikel 6.
Als Kleinhandel im Sinne dieser Verordnung gilt der Verkauf an den
Verbraucher, soweit er nicht Mengen von mehr als 5 kg. zum Gegen-
stand haf.
Artikel 7.
In Berücksichtigung besonderer Marktverhältnisse in den Gouverne¬
ments-Bezirken können die Militär- und Festungsgouverneure für diese
Bezirke oder Teile derselben unter Meldung an das Generalgouverne-
ment unter Abweichung von den Grundpreisen (Artikel 4) Höchstpreise
für den Hersteller festsetzen, sowie den Marktverkehr mit Butter selbst
regeln.
Artikel 8.
Die Höchstpreise für den Verkauf im Kleinhandel bemessen sich
unter Berücksichtigung der Handelszuschläge (Artikel 5) nach den
Grundpreisen Artikel 4) oder, falls Abweichungen hiervon getroffen
worden sind, nach diesen (Artikel 7).
Die Kleinhändler haben die Butterpreise unter Angabe der Sorten
(Artikel 1) sichtbar an der Verkaufsstelle anzuschlagen.
Artikel 9.
Zuwiderhandlungen gegen die vorstehenden Bestimmungen werden
mit Haft oder Gefängnis bis zu einem Jahre oder mit Geldstrafe bis zu
40 000 Mark bestraft. Auf beide Strafarten kann nebeneinander erkannt
werden.
Ausserdem kann auf Einziehung der Ware erkannt werden.
Artikel 40.
Zuständig sind die deutschen Militärgerichte.
Brüssel, den 30. November 1945.
Der General-Gouverneur in Belgien,
Freiherr von BISSING,
Generaloberst.
VII/10467.
over
regeling van den handel
met boter.
Art. 1.
De prijs voor boter, dien de vervaardiger bij den verkoop in ’t groot
vrij te Brussel, de gewone verpakking inbegrepen, verlangen kan (grond-
prijs) wordt voorshands per kilogr vastgesteld, als volgt :
I. Zoete roomboter.
Zuivere boter (ten hoogste 18 % water inhoudend) (zoete
roomboter 4e hoedanigheid) .
5.00 frank.
Boter meer dan 18 tot 50 % water inhoudend (zoete room¬
boter 2e hoedanigheid)
3.00 —
II. Gezouten boter.
Zuivere boter (ten hoogste 18 % water inhoudend) (gezouten
boter 1e hoedanigheid)
4.80 —
Boter meer dan 18 tot 50 % water inhoudend (gezouten
boter 2e hoedanigheid)
2.80—
Art. 2.
De grondprijzen dienen tot maatstaf voor het gebied des General-
gouvernements in Belgié, zooverre niet volgens art. 7, afwijkend bepaald
wordt.
Art. 3.
Het vervaardigen van boter meer dan 50 % water inhoudend wordt
ter wijziging der bepaling (van art. 6 van het besluit van den Koning
der Belgen van 20» Oktober 1903 in de bewoording van 18» September 1904
verboden. Voor ’t overige blijven de bepalingen uit dit besluit van
kracht.
Art. A.
Er mag niet meer dan 4 % van het totaalgewicht zout in gemengd
worden.
Art. 5.
De bijslag voor den voortverkoop der boter mag ten hoogste bij den
verkoop bedragen :
in den groothandel. .. 0.15 fr. per kgr. boter,
» » kleinhandel.. 0.40 fr. » » » 1ste hoedanigheid,
0.30 fr. » » » 2de
De bijslag mag zoowel in den groot- als in den kleinhandel slechts
eenmaal genomen worden, ’t is gelijk of de ware binnen deze groepen
meermaals van eigenaar verwisseld heeft.
De bijslag omvat alle bedrijfsonkosten des handels en in den groot-
handel ook de gezamenlijke kosten van vervoer tot de plaats van den
verkoop in ’t klein; in den kleinhandel ook de mogelijke kosten van
vervoer tot aan de woning van den gebruiker.
Art. 6.
Als kleinhandel in den zin dezer verordening geldt de verkoop aan
den gebruiker, zooverre het niet gaat om hoeveelheden boven 5 kgr.
Art. 7.
Met het oog op bijzondere markttoestanden in de « Gouvernements¬
Bezirken» kunnen de Krijgs- en vestinggouverneurs voor deze « Bezirke » of
gedeelten ervan onder aangifte aan het Generalgouvernement bij afwij-
king van de grondprijzen (art. 1.) hoogste prijzen voor den vervaardiger
vaststellen, evenals het marktverkeer met boter zelf regelen.
Art. 8.
De hoogste prijzen voor den verkoop in ’t klein worden berekend
met inachtneming der handelsbijslagen (art. 5) volgens de grondprijzen
(art. 4) of, bijaldien afwijkingen toegelaten werden, volgens deze (art. 7).
De kleinhandelaars moeten de boterprijzen onder aangifte der soorten
(art. 4) zichtbaar in winkel of kraam uithangen.
Art. 9.
Overtredingen van hier vorenstaande bepalingen worden met ten
hoogste één jaar hechtenis of gevangenis of met ten hoogste 10.000 mark
boete gestraft. Ook beide straffen kunnen te gelijk uitgesproken worden.
Bovendien kan de ware verbeurd verklaard worden.
Art. 10.
Bevoegd zijn de Duitsche krijgsrechtbanken.
Brussel, den 30» November 1945.
Der Generalgouverneur in Belgien.
Freiherr vor BISSING.
Generaloberst.


NRETE
concernant la réglementation
du commerce du beurre.
Art. 1er.
Le prix que le producteur de beurre peut exiger dans le commerce de
gros (prix régulateurs) est, jusqu'à nouvel avis, fixé comme suit par kg.
livré franco à Bruxelles, emballage usuel y compris :
I. Beurre crème :
beurre naturel (contenant au plus 18 % d'eau) (beurre crème
1re qualité).
5.—
fr.
beurre contenant plus de 18 et au plus 50 % d'eau (beurre
crème 2e qualité)
3.—
II. Beurre salé :
beurre naturel (contenant au plus 18 % d’eau) (beurre salé
1re qualité) .
fr. 4.80
beurre contenant plus de 18 et au plus 50 % d’eau (beurre
salé 2° qualité)
2.80
Art. 2.
Les prix régulateurs sont de rigueur pour tout le territoire du Gouver-
nement général à moins que des dispositions dérogatoires ne soient
applicables en vertu de l'art. 7.
Art. 3.
En modification de l'art. 6 de l'arrêté du 20 octobre 1903 du Roi des
Belges, modifié par celui du 18 septembre 1904, il est défendu de faire
du beurre contenant plus de 50 % d’eau. Sauf cette restriction, l’arrêté
précité et sa modification restent en vigueur.
Art. 4.
Le poids du sel mélangé au beurre ne doit pas dépasser 4 % du poids
total.
Art. 5.
Les revendeurs de beurre ont le droit, pour établir leurs prix de vente,
de hausser leurs prix d'achat comme suit :
dans le commerce de gros : au plus 15 c. au kg.,
dans le commerce de détail : au plus 40 c. au kg., pour la 1re qualité.
au plus 30 c. au kg., pour la 2e qualité.
Y
Cette hausse ne peut être appliquée qu’une fois dans le commerce de
gros comme dans le commerce de détail, peu importe que, dans chacun
de ces deux commerces, la marchandise ait ou non changé plusieurs fois
de propriétaire.
Cette hausse tient compte de tous les frais des entreprises; elle com-
prend en outre, dans le commerce de gros, tous les frais de transport
jusqu’au local de vente du marchand en détail, et, dans le commerce
de détail, les frais de livraison au domicile du consommateur.
Art. 6.
Est considérée comme vente en détail au sens du présent arrêté,
la vente à tout consommateur qui n’achète pas plus de 5 kg. à la fois.
Art. 7.
Tenant compte des conditions spéciales auxquelles certains marchés
peuvent être assujettis, les gouverneurs militaires et les gouverneurs des
places fortes ont le droit, pour les ventes effectuées dans tout ou partie
de leur district par les producteurs, d'établir des prix-maxima dérogeant
aux prix régulateurs (voir art. 1e) et de réglementer eux-mêmes le marché
du beurre; le cas échéant, les gouverneurs préviendront le Gouvernement
général des mesures prisés par eux à cette fin.
Art. 8.
Pour les ventes du commerce de détail, les prix-maxima se déter¬
minent en ajoutant les hausses prévues à l’art. 5 aux prix régulateurs
établis par l'art. er ou aux prix fixés par dérogation en vertu de l'art. 7.
Les marchands de détail sont tenus d'afficher les prix et sortes de leur
beurre (art. 1**) bien en vue au lieu de vente.
Art. 9.
Les contraventions aux dispositions précédentes seront punies d’une
peine d'emprisonnement de police ou correctionnel d’un an au plus ou
d'une amende pouvant aller jusqu’à 10 000 marcs. Les deux peines
pourront être réunies.
En outre, la marchandise pourra être confisquée.
Art. 10.
Les contraventions au présent arrêté sont de la compétence des tribu-
naux militaires allemands.
Bruxelles, le 30 novembre 1945.
Der General-Gouverneur in Belgien,
Freiherr voN BISSING,
Generaloberst.