| Full text |
JAN VAN DER LINDEN 47
begraven. Op zijnen met het wapen van Jerusalem
versierden zerk werd het onderstaande opschrift ge-
beiteld :
Hier leedt begraven
den eersamen Broeder Johannes
Vander Linden, die 12 iaeren
Provinciael van Brabant
ende 19 iaeren Pater van
dit Convent is geweest ende
Ridder van Jerusalem
sterft den 26 February 1638
Bidt voor de siele
In den refter, aan de westzijde, hing zijn portret,
door P.P. Rubens geschilderd en door N. Vanden
Bergh in plaat gebracht. Daar onder las men de
volgende rijmpjes, die met eenigszins gewijzigde
spelling, ook in zijn reisboekje voorkomen :
Nar dat ick, Broeder Jan Vander Linden,
Twelf iaer ’t Provinciaelschap bedienden,
Soo kreech ick consent, door myn, lange beden,
Jeruzalem het Heylich Lant te betreden,
Den derden Paeschdach gaf ick my-op te tocht
Sinte Catarina-dach, was de reys, volbrocht (
In t iaer sestien hondert dry en dertich, ;
Godt holp my door syn grati, bermhertich.
Bb.
Verder bestond er in zijn klooster ook nog een
marmeren gedenkteeken ter zijner eere, alsmede eene
schilderij, verbeeldende de H. Maagd, door twintig
cellebroeders omringd, waaronder onze reiziger zich
bevindt.
In de kerk van den H. Augustinus, te Antwerpen,
wordt een groot, in rood fluweel gebonden misboek
? |
