en de oefening van het geheugens I51 Alk me fchen moeten flerven Gij zijt een mense (iS Derhalve moet gif flerven. Ziet daar, verdienftelijke Onderwijzers! u aans getoond, wat gij ter overtuiging van het vere {tand der jeugd verrigten moet. Laten wij nu zien, wat u ten aanzien Yan HET GEHEUGEN ib doen flaat. Dit moet bij de kinderen vlijtig geoefend wore den , ZOO wel om hetzelve te verbeteren, als om nuttige lesfen en waarheden daarin diep te drukken. Een goed geheugen is in alle ftanden en betrekkingen dezes levens ten hoogfte nut« tig; terwijl deszel Ì ez lfs rep beoefening, in jeugd, ons eenen kostbaren pe jat van waare f grondeniss 1 opbeuring en welke ae „ en dikwijls derdom, in de ziel blij- onde el van ons afw eren 3 in ons verwekken; vérs igingen Onderdrukken ; tot ons aanmoedigen, en ONS kendften troost, onder de verfchaffen kunnen. ige oefening van het gee ‚en kan zij zulke gewige voor ons te weeg brengen — lerzoeken , op welke wij en moete oefent men het geheugen zeer merkelijke nadeele der jeugd. D het boek in de hand; om de aangewezen t eêns verftaan , in hun