Full text |
tijdschrift dus geen beeld ophangen van ’t groote rad van avontuur ”,
dat onderwijs en onderwijsmethode zijn. Maar waar men gisteren eischte,
dat frcebelen, teekenen, Fransch, dat woord- en beeldaanschouwing
“ punten van bezorgdheid ” zouden zijn, daar zit men heden vast in
Montessori, handenarbeid, dadenonderwijs en arbeidsschool, en mag men
morgen nogeens andere opvattingen en andere eischen te gemoet zien,
om wellicht ietwat later naar de oude góden weer te . keeren. Dat immer
wisselen lijkt natuurlijk voor .den buitenstaander ; maar heeft eenieder.er
begrip van, wat immer wisselende eischen zulks aan de onderwijzers stelt?
Men schenke hun dus een bibliotheek, die zoo veelzijdig mogelijk.hun
beroepsopleiding, hun theoretische en praktische volmaking zal , ten
dienste staan, en gunne hun een lokaal, een midden, waar ’t rustig is qn
stemmig. ... ''V *•'
En dat laat heel wat onderstellen, dat zoo volledig anders lijkt dan
we gewoon zijn, in de tegenwoordige hybridische inrichtingen te vinden.
Vooreerst dan het lokaal.
Het weze groot of klein, al naar den omvang der verzamelingen, die
de bezoekers ter beschikking zijn, maar het onderscheide zich voor alles
door een oordeelkundige indeeling van het muurvlak, waartegen tot op
reikhoogte de open boekenkasten staan, en door een daarbij aangepaste,
sobere, maar stijlvolle versiering. De rechte lijn der boekenrekken-rij
mag weleens onderbroken door een voorsprong, een ophooging ; een pot,
een teil, een ets, een bloem, “ toevallig ” aan den wand of op de venster-
bank, brengt kleur en stemmigheid.
De tafels, stoelen, midden in ’t vertrek, kunnen gerijd staan, ernstig,
op één rechte lijn, of op twee lijnen, of braaf in ’t vierkant als ge wilt ;
maar meer dan ééne bibliotheekzaal wint erbij, wanneer de tafels er ver-
spreid staan, elk apart, elk met de stoelen er om heen een afgezonderd
wereldje.
En de belichting lijdt noch onder de eene schikking noch onder de
andere ; een goede bibliotheekzaal heeft bij dag geen on-of minverlichte
hoeken en schikt haar lampen zoo, dat elk bezoeker ’s avonds op eigen
tafelvlak zijn eigen, klaar, getemperd licht geniet.
We zeggen maar, '— en eigen kennismaking met huiselijk ingerichte
bibliotheken en bibliotheek-afbeeldingen sterkt ons in onze meening — :
de boekerij van ’'t onderwijzend personeel ban, net als andere, een “ home ”
zijn, waar men zich heengetrokken, waar men zich thuis gevoelt,. als in ’t ver-
trek dat men zoo gaarne, om de voortrejfelijke stemming die er heerscht, een- deel
van zijn persoonlijk eigendom zou heefen. |