6. Studie Zoals te verwachten viel is er een duidelijk waarneembare relatie tussen studieopleiding en OB-bezoek. Hoe langer men onderwijs volgt, hoe vaker men lid is van een OB. In onze onderzoeksgroep bezoekt 13 96 van wie enkel het lager on- derwijs volgde de OB, tegenover 17 96 van hen die beroeps- of technisch middelbaar doorliepen, 39 96 van wie lager of hoger middelbaar type humaniora volgden, en 53 96 van wie niet-universitair hoger onderwijs of universitair onderwijs beëindigden. Deze vaststelling geldt voor alle leef- tijdscategorieën en voor elke sexegroep. Ook in de toekomst zal de genoten studieopleiding aldus een determinant van het OB-bezoek blijken te zijn. In tabel 6 geven we per studiegroep het aantal proefpersonen dat boeken leest, en ook het aantal van deze lezers dat een OB bezoekt. Hieruit blijkt dat 27,5 96 van de lezers in de groep die enkel lager onderwijs volgden een OB bezoeken. Waar halen de overige 73,5 96 lezers in deze categorie hun leesmateriaal? In de groep der NUHO-afgestudeerden halen 5296 van de lezers hun boeken in de bibliotheek. Tabel 6. Aantal personen, procentueel, perstudiegroep die lezen enerzijds en die een OB bezoeken anderzijds LO MO NU HO Univ. lezen boeken 43,596 5796 . 75,596 8296 lezen boeken 0=40) (#40) glfi) # 42 pers.) én bezoeken Tl,5% 3096 5296 5996 een OB (=11 op 40) f=îl2 op 40) C=:27 op 52) mm op 42) 7. Gezin van herkomst Ontegensprekelijk is de invloed van de ouders op het leesgedrag van de kinderen groot. De vraag die hier gesteld werd luidde : “Oefenen de ouders naast hun rechtstreekse invloed op het leesgedrag van de kinderen ook een rechtstreekse invloed uit of het bibliotheekbezoek van de kinderen”? Wie thuis tot lezen aangezet wordt vindt via een gestimuleerde leesbehoefte wel- licht gemakkelijker de weg naar de OB. Oefenen de ouders ook nog via an- dere wijzen een invloed uit op het OB bezoek van hun kinderen? Zijn er ouders die niet lezen en hun kinderen toch tot OB bezoek aanzetten. Ook de vraag of er velen zijn die de OB bezoeken en wiens ouders weinig of helemaal niet lezen is een interessante vraag. Deze problematiek konden we niet ten volle onderzoeken. Toch vonden we enkele gegevens die vermel- denswaard zijn : Allereerst is niet zozeer het beroep van de vader belangrijk, ?2 / Bibliotheekgids — Jg. 54 —Nr. 1 — 1978