Bibliotheek- & archiefgids, 83 (2007) 2 voorzitterswissel goede ervaringen met ‘mijn’ 9 jaar secticvoorziüerschap, de medewerking: van er. ae contacten mei de collega s in de sectie Archief en Hedendaags Documentbeheer trokken mij misschien nog het meest over de streep. Velen stimuleerden mij ook om als eerste archivaris het algemeen voorzitter- schap op te nemen;. Al deze beweegredenen deden mij dan uiteindelijk besluiten itiifjft engagement binnen WBAD nog; od een ander niveau voort te zotten. Geert Puype op Informatie in 2001. Hoe gaat een algemeen voorzitter om met het gegeven dat hij binnen de VVBAD ook voorzitter is van sectoren waar hij niet vertrouwd mee is? Geert ‘,k denk dat het al lang geleden is dat een; algemeen voorzit- ter alle sectoren waar de WBAD rond werkt, kan opvolgèn. Is dit ooit het geval geweest? Dc werking van do WBA^O is zo. verscheiden: dat. het voor een vrijwilliger — wat de •voorzitter toch nog altijd is.- -, onmogeiij< blijkt om alles op te volgen. Je moet een groot aantal zaken aan de secties en andere geledingen, overlaten. Belangrijk is da; in. ae ie:ding - het Dagelijks Bestuur - verscniller.de sectoren vertegen- woordigd zijn, zodat op die manier snel overleg mogólijk :s. Johan Een algemeen voorzitter kan echt niet alles opvolgen; daar- voor is de informatiesector te complex en te verscheiden geworden. De WBAD-geledingen zijn overigens volgens'het Huishoudelijk Reglement - en terecht ook - inhoudelijk en organisatorisch vrij autonoom. De voorzitter kan dus gerust steunen op de werking van de secties en commissies die hun eigen aangelegenheden en.werkvelden behandelen. Belangrijk vind ik ook dat de algemeen voorzitter steeds kan torugvallen op de collega's in het Dagelijks Bestuur, dat in de praktijk uit vertegenwoordigers van verschillende secties samengesteld is, en in de Raad van Bestuur, waar alle secties en commissies statutair in vertegenwoordigd zijn. langs dlf wegen kunnen het intersectoraal overleg en de contacten met de aangrenzende informatiesectoren voor de algemeen voorzitter gemakkelijk en efficiënt verlopen. Geert: In de vereniging is er veel expertise aanwe- zig en veel meer dan vroeger wordt dat door de overheid erkend. We kunnen hier verwijzen naar het decreet op het Lokaal Cultuurbeleid waarop de WBAD toch wel enige invloed heeft gehad. Het Topstukkendecreet is een ander voorbeeld De archief- en bibliotheeksector is voortdurend in bewe- ging. Niet alle activiteiten en onderwerpen die de laatste jaren aan bod kwamen, passen in de klassieke indeling in secties van de VVBAD, getuige daarvan het bestaan van intersectorale commissies zoals Overleg Kunstbiblio- theken Vlaanderen en Erfgoedbibliotheken, of de grotere samenwerking tussen de sectie Schoolbibliotheken en de sectie Wetenschappelijke en Documentaire Informatie. Hoe ziet u dit evolueren? Is de huidige indeling in secties nog steeds de beste aanpak of moet die stilaan grondig herdacht worden? Geert De vier secties vertegenwoordigen nog steeds de grootste sectoren uit het Vlaamse bibliotheek- en archieflandschap en dus ons voornaamste doelpubliek. Misschien moeten bepaalde secties toch wel anders samengesteld worden. Zo hebben we eraan gedacht om de sectie Schoolbibliotheken en de sectie Wetenschappelijke en Documentaire Informatie meer të laren samenwerken, omdat hogescholen en universi- teiien steeds meer vervlochten raken binnen de onderwijsner- vormingen. Maar semenwerkihg mag: dan we! zinvol zijn, het is niet altijd evident. De grote verscheidenheid tussen de secties ui: zich ook in de werking. Secties hebben hun eigen manier van canpakkon en hun eigen tradities. De intersecto- rale commissies zoals Overleg Kunstbibliotheken Vlaanderen 4