Le Chien
Alhoewel Calder, in zijn Parijse periode bevriend met Miró, Léger, Arp en Mondriaan, toen al niet aan zijn proefstuk toe was, bleek 1958 een beslissend jaar voor de uitdrukkingsvorm waarvan hij de grootmeester was: de ‘stabiles’. De term is afkomstig van Jean Arp, die er het contrast met de ‘mobiles’ wou mee uitdrukken, nochtans ook een van Calders specialiteiten (en op zijn beurt bedacht door Marcel Duchamp). In 1959–60 reisde dan een volledige reeks van deze stabiles rond in een ophefmakende tentoonstelling, waaronder ook deze De hond. Vormen, gesneden uit plaatijzer en met zware bouten aan mekaar geassembleerd, zoals gebruikelijk bij mechanische constructies of in de scheepsbouw, staan met vijf poten op de grond. Doordat de hond met een veelvoud van hoofden en poten meermaals afgebeeld lijkt, worden er meerdere houdingen en stemmingen tegelijk gesuggereerd.