ee zj Eee, J Te 45 gemeene regels, óm de jeugd & - ) ad ( _ 6 ar 25 bêrouw hebt? Wat beteekent het derhalv »… berouw te. gevoelen , of berouw over ie 5» tehebben 2? 4e Wat een VOORNEMEN zijs én hoe men er toe gerake, ss Gij hebt ongetwijfeld wel eens vastelijk 9; Voorgenomen, om het eene of andere te doen? 2 Wat wasdit? Zoo! gijj wildet eene vogelkooi ss maken. Maar, fteldet gij u de geddante der 5» kooi wel naar behooren voor? Wist gij van > waar gij de ftokjes, de planken, de boor has ss len zoudt? Gij hadt dit alles reeds , en hadt >> dan te voren Overlegd, welke planken, ftok- s jes en boor gij gebruiken zoudt. Maar, was »‚ het u om het even, of de kooi gereed werd, »s Of niet? — Zoo! gij waart dan ook begeerig , „> om haar in gereedheid te zien; en dus hadt > Zij een voornemen. Wat behoort nu tot een „> voornemen? — Zeer wel geantwoord: 1, Men > moet zich klaar en duidelijk voorftellen, wat 2, men doen wils 2. eene begeerte bezitten, 2, om de zaak uit te voeren; en 3. aan de mids > delen denken, die men daartoe gebruiken wils >, Wat moet nu iemand doen, die iets wil voor- > nemen? Hij moet zich datgene, wat hij doen »> Wil, levendig voorftellen; begeerig zijn om „‚ het te werrigten, en de middelen opfporen en 2, kiezen, waarvan hij zich tot dat einde wil ssybedienen.:” Om den kinderen te leeren, zich op eene ges makkelijker wijze het eene of andere te herinne. ren