Full text |
schater oo pach lach rom eisen wondersangn: ONMESISEL
raasde hersenpannen, waarin bleef één greintje denkvermogen
maar... en dat ééne greintje... spot... spôt met eigen afzichte-
lijkheid... Verwrongen bultenaar… die grijnst om rijzig-schoone
menschen... Geschuwde melaatsche stinker,…… die van zachte
blank-huidigen de naijver wil wekken... en zich-zelf met rot-
lamme kwijllippen »ideaal-mensch« mummelt ee Ole ne B
Gezellige vuurgloed, waarin de brandenden zich met begee-
righeid wentelen .… ònder-menschelijke verworpenen, die genoeg-
lijk konkelt met den u langzaam vervezelenden Booze... Krijt-
wit licht-gloren in vuil-grauwe wanden en rommelend gepolter
en knersend geschuif van lompe schoenen op kroeg-vloer .…. Woe-
lende, waggelende, stom'lende drom van lomp-zwarte klompen
mènsch, met glad-roode kop-gezwellen, en bloed-doorloopen roof-
dier-oogen.. Kroeg-geur... zure stank van ontstoken bier-kelen,
blauw-bruine steek-walm van borrelende pijpen... Zie!... daar
komen ze in dwaze olifants-galop... ze komen, kómen.…. OMnee
nee wèch!! — Dan klemde ie z'n vuisten dicht, tot z’n afgebeten
nagels ’m tergend kwelden, wijd-open sperden zich z’n traan-gloei-
oogen... en als de waak-droom week... was in mn zwarte leesten:
de zoet-bloedige holte van ’n pas-getrokken kies... ; er was ’n vinger
inder aan Zn rechten hande twaanmnumsomberden nfduisten
niets... was eens geweest ’n lieve van-zelfsprekendheid; en de
woest-schimmige, licht-lompe, wit-ros-gloedige hellevertooning .….,
zòò had-ie dat warm-geliefde voor ’tlààtst gezien.…
Dan was ’tzacht-zonnige weer om ’n heen, als de luchtige lach
van ’n blond kindje dat nooit vunzige misère gekend EE ae
dààrom sloeg-ie d'oogen neer voor de lente-licht-geluiden.
Hij sliep bijna niet meer. Uren en uren lag-ie in zn bed te
woelen, hij kòn zich niet stilhouden; zn beenen trokken soms
plotseling krom zonder dat-ie ’twilde, en de spieren van zn
teenen klopten jeukerig. Als-ie voelde dat dommel dicht-bij was,
kwamen kleurige kroeg-vizioenen voor zn oogen, en àl wat-ie
dan zag, was in meedoogenloos-regelmatigen galop-dans. Dan
vreesde hij gruwelijke droomen, en rukte zich wakker. Het ge-
woel begon opnieuw en avond aan avond dacht-ie aan Marike,
de geil-leuke meid, die den dronken kwant wilde eenen
als ’teenmaal zòòver was, kon-ie zich van die voorstelling niet
meer losmaken. In z’n half-droomende àlmacht verzocht-ie haar zich
heelemaal voor ’m te ontkleeden, of soms deed-ie ’t zelf, want zij
was d'r tergend langzaam mee, en kwam na elk stuk dat ze uit-
trok, lonkend vòòr ’m staan en liet ’m de hette van d'r lijf
voelen — hij rook d'r warm-vettige amandel-achtige vleesch-
lucht, die ’m dòl maakte van begeerte. De heet-verlangde naakt-
? |