In april/juni 1975 voerden vertegenwoordigers van de VVBADP ge- sprekken met het KCLB en het NB. Die gesprekken resulteerden in een gunstig advies t.o.v. dit initiatief. Op 27 juni 1975 zette de R.v.B. het licht op groen en werden de on- derhandelingen aangevat met het NBLC. In september/oktober 1975 beraadde de werkgroep zich over een voorlopig voorstel van het NBLC van 15 juli 1975 met het oog op een ves- tiging van een NBLC-depot in Vlaanderen met duidelijke afspraken op ge- bied van de inhoudelijke en financiële verantwoordelijkheid ten opzichte van elkaar. Op 30 oktober 1975 verwoordde de VVBADP het resultaat van de di- verse besprekingen en formuleerde een eigen voorstel met duidelijke stand- punten inzake inhoudelijke en financiële verantwoordelijkheden, waaruit blijkt dat de VVBADP een stap verder wil gaan dan de vestiging van een fi- liaal van het NBLC in Vlaanderen. Op 27 november 1975 stelde het NBLC in zijn antwoord een aparte zelfstandige Vlaams-Nederlandse rechtspersoon voor waarin beide organisa- ties in alle opzichten voor 50% zouden participeren. Die organisatie zou uiteraard zelfstandig geëxploiteerd worden, een eigen beleid en beheer voe- ren en volledig de financiële en inhoudelijke verantwoordelijkheid dragen. Op 23 november 1975 beraadde de VVBADP zich over deze nieuwe situatie en ging na wat in juridisch opzicht de concessie is om zo weinig mogelijk uit de handen van de VVBADP te geven en zo ver mogelijk te kunnen gaan om op korte termijn iets te kunnen realiseren. In januari-februari 1976, na grondig overleg in het bestuur van de VVBADP, na consultatie van een juridisch raadgever en na besprekingen met vertegenwoordigers van het KCLB en het NB werd afgestapt van het NBLC-voorstel en geopteerd voor ‘een eigen Vlaamse Bibliotheekcentrale als een dienst ingebouwd in de VVBADP met feitelijke overeenkomsten op contractuele basis tussen de VVBADP en de organisaties NBLC, KCLB en NB. In maart 1976 spraken de Algemene Ledenvergaderingen van de drie betrokken Vlaamse bibliotheekorganisaties zich in die zin uit en her- nieuwden het vertrouwen in hun vertegenwoordigers. Op 2 juni 1976 werd een gemeenschappelijke aanvraag gericht tot de Minister van Nederlandse Cultuur om steun te bekomen voor het voorstel m.b.t. de uitbouw van een centraal dienstverleningsapparaat t.b.v. de Neder- landstalige openbare bibliotheken in België. Tijdens de periode juni-september 1976 werd het overleg hernomen tussen de vertegenwoordigers van de VVBADP,- het KCLB en het NB en werden besprekingen gevoerd met het Departement van Nederlandse Cul- tuur over een mogelijke subsidiering. Uit al die besprekingen bleek uiteinde- lijk dat de oprichting van een zelfstandige rechtspersoon met vertegen- Bibliotheekgids—Jg. 53 — Nr. 2-3—1977 / 101