Full text |
64
4
A
Vrydagh 26. January 1725.
soetsoen, den 10. Bouts.
is het schoon weer
verlostigt sch onsen
konnen ons, ende
dat met de beire,
ende Woesche
boven Woordus.
6 wylen van dese
siet en sprekt
dat verscheyse van
eerende Colonels pletten onder ons Ervgs¬
bosch eerstdaegs tussen worden vergeven.
De gelen van groot Brannen,
den Heer Pom, is t leden de audientie,
die hy in het missen zo de gepasseerde
###cke past by onsen Koninck, by met da¬
gelijckt is Conferentie met onse Ministers
over de rechten, die van de Engelsche
schepen gevoordert worden, als sy arrive¬
zoo in de Havers van dit Rijck, welcke
rechten sijne buttendische Majesteyt gein¬
de soude ten vermindert en is oock
in onderhandelinge met den Heer Lampt,
Minister van Hollandt, over het restitueren
van de Commen, die de Hollansche Coop¬
lieden in den gepasseerden Oorlogh tegens
de Molconters hebben het een gegeven
een onsen Koninck, die hun der voor
verbonden heeft de inkomende, ende uyt¬
gende rechten van de sindt Riga in tyt
Inst, willende den Erst, den welcken
die plaets met de Wopenen verovert heeft,
geen bars verstaen tot het rembourseren,
de wedergeeren van dat belst.
Walschan, den 10. January
den Croons Opper Generael heeft den
den Croops-Tresorier bevel gegeven, om
het noodigh Geldt naer Comme te ren¬
den tot betelinge van het Caraisoen van
die kortresse, van het kort de Hr. Dirk
digheyde, ende van de Vistinghe dresseer¬
chier genende op de fronteren van
desine. Verscheyde Teneurs, ende
andere Pootsche Monsien vertrecken ge¬
nodigh om hier per Delden, niet alleen
om te participeren den de vermakelijck
heden van den Cornels, met oock ook
met den koninck van Polen te confereren
over de vernieuwinge van de alligatie tot
schen den keyser, ende de Croone van
Botes op den voet gelijck die gehoren
niet in het per 1677.
op den 16. r
vis schotenst voort geschreven dat
men daer kerck werde, om verscheyde
van onse Regenten vertolligh te maken,
de welcke in tendige geinquireert
sedert dat den Heer van kon, Minister
van den Koninck van spensien, in dese
bindt van Meid is te rugh gekomen
heeft hy verscheyde Honchementen gepast
met den Heer Touspend, over het werck
van de Treno, ofte honder van de Sa¬
en in Amen. De seckie van de Her¬
ginne van Massourongh neemp toe,
ende von dangereus. Voor 2. dagen om
een kleyn Fregattje met eenige onbekende
ordres van het tot seer schielijck gelons
den met Gibragt. Den Grave van Co¬
dogen wort, ten eersten van sijne Landt
goederen versocht in dese Stadt. Het
met versekeren dat de groote veranderin¬
ge onder de hooghe Amptenasen nu te
kerlijck in het kon tot voorgen van de
Berbidos den geadviseert dat men daer
in het midden van November eenen seer
rutgemen storm hadt gepost uyt den
Zuydt wetten, die veele verwigten, de
4
|