| Full text |
Winder voor onse veroverde bieden, ende
Costeelen niets en was te duchten, sullende
noch, tot meerder versekeringe, vroeg in
het voor per een krachtigh onderstandt
van Trouppen, ende Oorlogh munnen
en hier gesonden worden met tot gewest
den Generael Weisbach, die onse arme
commandeert in de Outie, heeft hier
toeten weten dat de Frinsche Tarraren wel
groete bewegingen waeren maeckende in
hun landt, maer dat hy in moet was, om
hun, ingevalle sij het quiers voor hadden,
te beletten eene inville, ofte stroop te
doen is ons Londi¬
tensport, den 2. December.
Het is seker, dat alle de costers van
het geheel bussisch gebiedt, eene speci¬
die herrenderts moeten overleyden van
de hunne goederen, inkomsten, ende
bekosten, sonder dat men noch hoort, ofte
van achterhaelen wat sulcke bedugt, ofte
met daer uyt staet te volgen. De spreeke
goet, dat eenen extraordinairen Ambassa¬
deur van den Koninck van Spagnien in
het kort vort verwacht een ons tot De
geruchten dat de Craringe, gedurende
delen winter, doch eene lichtinge soude
laeten doen van 40. duysent kannen, om
in alle voorvallen het Hooft te konnen
bieden den de Tuicken, nemen te, ende
men voegter by dat de penningen, die
tot onderhoudt van onse legers noodigh
sijn, door elve besondere uytvindinghe
van den Prins van Henrikost, gemacke¬
lycker sullen konnen besorgt worden, als
voor desen.
Wassersen, den 8. December.
en blyft sich hier haeren, tot den
Rykt dogh noch voor het conde van Ja¬
nuary sal konnen worden hervat, maer op
den Keyserlycken Ambassadeur, den brave
van Wissland, oock sterck, ende meer¬
als oyt is gendringende, ende heeft dien
Minister dese weke met de hier sijnde mog¬
ten oock ernstelyck doet over geconte¬
reert; Ondertusschen houdt lich onsen Ko¬
ninck heer geresitteert in sijn Pelters, Den Pei¬
moet is noch tot Rosier, ende men ver¬
neemt noch met wanneer den Croons Gese¬
het van hemberg sal arriveren in dese Stadt
Eerste, den 12. December.
Voorleden sondsch assisteerde de geheele
Keyserlycke familie in de Host-Espelle in
de Godschieke diensten, de welcke door
voor, ende naer den noch werden gecer¬
breert. Maendagh s' morgens met onsen
Monarck Roest van Siseren, soomen wille,
over de saeken van Poten, ende met den
middagh begeven sch hoere keyserlycke
ijesteyten naer de kercke van het Cosse¬
gie van de E. E. Sluiten, ten opsichte
van den feestdagh van den H. Havers.
Gisteren morgen behielde het den Keyser,
ende keyserinne in de kercke van het ko¬
nincklyck Clooster present te weten by de
deesinghe van de Dochter van den Grave
bandscker van Sistenberg, ende voer den
doen diverteerde sich onsen Gouvereyn by
Segt-Cust met de Jacht van wilde suyven.
te completeren, ende vermeerderen
soo de de keyserlyke Regimenten ge¬
schiet met eenen ongelooftelycken eens
in alle de Landen van onsen Monarck,
den Geverde Grave van Rabuis, die is
Amballede gaet met de Craine, tot
eerst tegens Kersmitte de reys gen nemen
naer Petersborg en spreekt sterck dat
den Prins Eugenius van Broyen wel in
het kort, over eene ofaire van de uyt¬
terste impotentie par posteenen tout moch¬
te doen daer het bost van eenen nacht
gen Vorst het is apparent dat den
Heer Corneo noch voor het eyndighen
van dele reke sijnen openbaeren Smit sal
doen in dese Stadt. den Gevergel, Baron
van Zuninge, die sich regtenwoordigh
als Commandant van ons Ges-volck, be¬
vind in sichien, word ten eersten is
daer hier vernacht, om het generge com¬
mando te geen voeren over de keysere
te Trouppen in de Oostenricksche Neder¬
landen
Welcke, des n. December.
den Generael Grave van Sistenberg,
die tegenwoordigh oven Minister is by den
Koninck van groot binnen tot soo
ver, sal, soomen verneemt, eenen hout
komen doen naer ons Post, om den keyser
mondelings verslagh te doen, niet geene
ick van veele lacken, die er voorgevallen
|
