■ 842 —
9
tri
§n
o
§■
11
m
irai
il
mm
o|
ui
m
ii|
ca
h|
C
m
M
Kettingen, ankers en ka-
bels (fabrik. en koopl.)
n . (zie ook takelwerk voor
schepen). — Chaînes, an-
cres et cables (fabric. et
négts). (voir aussi agrès
.de marine).
Keukenfornuizen ( fabrik. ).
Cuisinières (fabricants).
Keükeükacbels. — Fournaux
de cuisine.
Keukenliften. — Monte-
plats.
Kiezelzand (koopl. Un). ■—*
,> Gravier (négts).
Kil ( crics). — Crics.
Kinderwagens. .—j .Voitures
..d’enfants.
Kippendraad voor kooien en
. nekken (fabr.) ' ,•—* Treil-
lages et clôtures (fabric.
de).
Klakkenmakers (zie hoe-
.denmakers) JÊÊÊMCasqueï-
. tiers (voir chapeliers).
Kleéderbew)iarplaatsen (sta-
len kassen). — Vestiaires
- res', (armoires en acier).
Kleermakers benoodigdhe-
den ( in ’t groot) Tail-
' lêürs et tauleuses (fourn.
en gros')/"
Kleermaaksters. — railleu-
ses.
Kleermakers. -— Tailleurs.
Kleermakers voor damen.
—	Tailleurs pour dames.
Kleermakers (meesters) (z.
ook Heeren- en kinder-
confectiën. — Tailleurs
■(marchands) (voir aussi
confection pour hommes
•! enfants).
Kleermakers benoodigdhe-
den. — Tailleurs et tail-
leuses (fournitures pour)
Kleermaaksters (zie confec-
tiënj.	— Tailleuses en
robes et confections, (v.
■aussi robes et confec-
tions).
Kleurmiddel. ■— Caramels
colorants.
Kleurstoffen (indigo, mel-
krâp, verfhout, . enz...)
(handel, en makel. in),
(zie ook drogisten). —
Teintures (indigo, garan-
ce, bois de teinture, etc.)
(négts et commis.) (voir
‘aussi droguistes).
Kleurstoffen ( in poeder-
vorm, voor cement).HS
Couleurs et poudre pour
ciment.
Klinieken. L_ Cliniques.
Klinkbouten. — Rivets.
Klompen (handel, in). —
Sabots (mchds).
Knoppen (fabrik. en han-
del.) — Boutons (fabric.
et mchds).
Koekbrekers. — Concas-
seurs de tourteau.
Koelstoffen. — Frigorifuge.
Koffers (zie reisbenoodigd-
1 heden). — Malles (voir
art. de voyage). -
Koffie (gebrande) (koopl.
en handel.) (zie ook ko-
loniale waren). — Cafés
torréfiés (négts et mar-
chds.) (voir aussi denrées
coloniales).
Koffie (makelaars en agen-
ten in ruwe). — Cafés
crus (courtiers et agents
en). ,
Koffiehuizen en brouwe-
rijen. — Cafés brasseries
et- cafés estaminets.
Koffiehuizen spijshuizen. —
Cafés restaurants.
Kogellagers. Roulements
à billes.
Kolen (koopl. en handel.)
Charbons (négts, mchds)
Koleninvoerders. — Char-
bons (importât.)
Koloniale voortbrengselen.
—	Produits coloniaux.
Koloniale waren (koopl.
handel, en winkeliers) —
Denreés coloniales (négts,
commerc. ei magas. de).
Koloniale uitrustingen. —
—	Equipem. coloniaux.
Kompassen (zie zeevaart-
kundige werktuigen). —
Compas (voir instrum.
de marine).
KonfituUrfabrieken — Con-
fitures (fabric. de).
Koolmijnen (agenten van).
—	Charbonnages ( agents
de).
Koolzuur. Acide carbo-
nique.
Kooperatieve maatschap-
pijen. — Sociétés coópé-
TCLtiVGS.
Koper (oud) (zie oude me-
talen). 1— Cuivré (vieux)
(voir métaux vieux).
Koper en brons voor uit-
stallingen. B- Cuivrerie ét
bronze d’étalage. *
Koperbewerkers. — Cui-
vreurs.
Kopergieters. — Fondeurs
de cuivre.
Koperhandelaars. •—■ Cuivre
(négts).
Koper voor kerken. — Cui-
vre d’église.
Kóper (voor scheepsbeslag)
Mil Cuivre à doublage pi
navires.
Kopersulfaat. s— Sulfate de
cuivre.
Koppelingen voor. stoom-
machienen. — Joints pr
machines à vapeur.
Kopspijkers (zie ook nagels
en. spijkers)Pointes
de Paris, (voir aussi clous
et pointes de Paris),
Korsetten (fabrik. en han-
del.) • Corsets (fabr. et
mchds).
Kosthuizen. —• Pensions
(mainsons de).
Kousen .en zokken. :— Bas
et chaussett.es.
Kramerijen (groothand. in)
—	Merceries (maisons de
gros).
Kramerijen (kleinhandel).
J|gg| Merceries (détail).
Krammen:	Crampons.
Kranen en fittings. Ro-
binetteries.
Kredieten. — Crédits.
Krediethuizen. '— Ventes
par abonnement.
Kremeries.	Crémeries
(salles de dégustation).
Kristal en glaswerk — Cris-
taux et verreries. ~
Kruidenierswaren (zie kolo-
nale waren ) Ig Epiceries
(voir denrees-coloniales).
Kruidenierswaren (fijne). --
Epiceries fines.
Kruidkundigen. — Herbo-
ristes.
Kruiwagens. ■—• Brouettes.
Krijt. 11§8 Craies en batons.
Krijtwit en Spaansch wit.
—	Blanc de craie d’Es-
pagne.
Kuipers. —- Tonneliers.
Kunstbloemen en pluimen,
(winkeliers). — Fleurs
artificielles et plumes,
(magas. de).
Kunstboter (zie margarine)
,—- Beurre artificiel (voir
'Margarine ).
Kunstschilders (benoodigd-
heden voor) (zie ook
schildersverf ).. — Peintres
artistes (fourniture pr)
(voir aussi couleurs pour
peinture ).
Kunstschrijnwerkers (zie
ook meubelmakers).	—
Ebénistes (voir aussi fa-
bric. et mchds de meu-
bles).
Kunstsmeedwerk.— Ferron-
nerie d’art.
Kunstvoorwerpen (zie ook
kunstbrons). — Objets
d’art (voir aussi bronzes
d’art.)
Kunstvuurwerk (zie vuur-
werk) . — Feu d’Artifice
(voir Artificiers.
Kurk. — Liège.
Kurkblokken. — Briques en
liège.
Kwëeken van zilvervossen.
—	Elevage dp renards ar-
gentés.
laboratoria. — Laboratoi-
res,
Ladders (fabrik. van). —
Echelles (fabric. de).
.Lampenmakers (zie bliksla-
gers en lampenmakers). —
Lampistes (voir ferblan-
tiers et Lampistes).
Lampscherm en sphijnwer-
pers voor electrisohe lam-
pen. — Abat-jour et re-
mm i
fléctzurs pr lampes élec-
’ triqûès.
Landbouwers. — Laboureurs.
Landbouwmachienen. - Ma-
chines agricoles.
Landbouwprodukten. - Pro-
duits agricoles.
Landmeters. — Géomètres
et arpenteurs.
Landverhuizing ( agenten).
—	Emigration (agenc. d’)
Lantaarns — Phares et lan-
ternes. : :
Lantaarnfabrikant. — Lan-
ternes (fabric. de).
Leder karton, -fppj Carton
cuirs.
Leders voor meubeleering..
S|s Cuirs pour améubiem.
Lederen sluitringen (z. zui-
gerringen ). Cuirs E m-
boutis (voir emboutis pr
pistons).
Leeningen op hypotheek. —
Prêts hypothécaires. -
Leeraars (zie ook Bestuur-
lijk hoofdstuk en Open-
baar .Onderwijs). — Pro-
fesseurs (v. aussi partie
. administrative et instruc-
tion publique).
Leerlooierijen §r Tanneries.
Leerlooiers en leertouwers.
■H Tanneurs et corroyeurs
Lepels en spatels (hoornen)
—	Cuillers et spatules
(en corne.
Letterkundigen ‘en dagblad-
schrijvers. — Hommes de
lettres et journalistes.
Letters in kristal en zihk.
—-Lettres en cristal et en
■ zinc.
Letterschilders en uithang-
borden op doek. Sr Pein-
tres de lettres et ' ensei-
gnes sur calicots.
Leuningstoelen (fabrik. in)
Fauteuils (fabric. de).
Lichtgevende plaveien en
doorschijnende vloeren. --
Dalles lumineuses, plan-
chers translucides.
Lichtkronen. Lustrerie.
Lichtreklamen. — Réclames
lumineuses,	•
Liehtuithangborden.'t"-^ En-
seignes lumineuses.
Lieren. Treuils.
Liften (electrische én hand-
liftën). — Ascenceurs
( électriques et à main).
Likeurstokers en handelaars
(zie ook wijnen en likeu-
ren) . — Liquoristés et
marchands de liqueurs
(voir aussi vins et spiri-
tueux) .
Limonade (fabrik. et han-
del.) (zie water en limo-
nade). — Limonades (fa-
bric. et mchds de) (voir
eaux et eaux gazeuses).
Linnen. -— Lingerie.
Linnen (fabrik. koopl. en
makel, in) (zie ook lin-
nen). —- Toiles (fabric.,
négts et mchds). (voir
aussi lingerie).
Linoleum WÊSÈMLinoleum.
Lint en fluweel. H| Rubans
et _ velours.
Lithôphoon.— Lithophones
Locomotieven. —- Locomoti-
ves.
Logisthuizen (zie afspan-
ningen en logementhui-
zen). — Logeurs (voir
auberges et logements).
Lood en zink (koopl. agen-
ten) . — Plomb et zinc
(négts et agents).
Loodgieters, zinkbewerkers.
—	Plombiers, zingueurs.
Loodsen (ter zeevaart. —
Pilotes.
Looistof (zie schorsen). —
Tannins (voir écorses).
Luchtbandenilpll- Pneus.
Lucht persing. |plîjl| Com-
presseurs d’air.
Luchttrekkers. IBS Ventila-
teurs.
Lucifers. *— Allumettes.
Lusters (bënoodigdh. voor)
Lustres (fournit, pour).
Luxekachels en Amerikaan-
sche kachels (fabrik.) ESI
(zie ook verwarmingstoe-
stellen). — Feux de luxe
et poêles américains (con-
struct.) (voir aussi chauf-
fage appar. de).
H
Luxe et reddingsbootÜ-i
Canots de sauvetagSe
luxe.
Lijm en gelatine.
et gélatine.
Lijnkoek, enz... (koopfeo
makelaars ) — Towipis
(négts et court.) -1
Lysol. ==j- Lysol.
«laalders. — MeuniSi"s>
Maalderijen (toestellSsi
. —r Meuneries (àppfm
Maatschappijen van f>r
lingen bijstand engin
dikaten — Sociétés d
cours mutuels , et
cats.
Maatschappijen in oric
goederen (zië onroëroc
goederen. — Sociétés 1
mobilières (voir iyiiF
bles).
Maohienenbouwers.
caniciens construisis
Machienen. --- Machîm
Maehienen (voor boagbc
ding).— Machinevet,
tables.
Machienen vr brouyrëv/
en Spuitwater. •—i JlIfL
pour brasseries eiSfe
gazeuses.
Machienen voor hoefec
teelt. cSMachinesïa
les.
Machienen voor houtbt!
king. SSMachinesM,
vailler le bois.
Machienen voor papier:
karton te plakken. ~
chines à coller le P>,
ei le carton.
Màçhiehen voor semcd:
productie (zie duplîic
ren). — Machines < p
produire l’écriturémÈs
duplicateurs).
Machienen voor het sfe
van cheks. — Mdch
à écrire les chequesaz '
Machienen en materijær:
voedingswareniJH! ME
nes et matériel poUi\sr
mentation.
Magneten. — Magnétd’
Maïsstijfsel. — Amidwh
maïs.
Maïzena. — MaizenajKks
Makelaars in fondsefflns
wisselagenten). —Se-
missionnairês en • |
publics (voir agerima
change).
Makelaars in göeder0ei
Commissionnaires enirs
chandises.
Mandenmakers. — Var&i
Mangelaars en strijken;
(zie wasscher. en §É
sters). — CalandeU&ss
repasseurs (voir blar%
seurs et repasseuseii
linge).
Manicure (zie pédicurei
Manucures (voir pét
res).
Margarine. — Margarwàr
Marmer en steen (koOToc
in). ES Marbres
rés (négts).
Marmer- en steenkaffl
— Marbriers et taimi
de pierres.
Marmerbewerking (b®1
digdheden voor).
breries (fournit. p0W'(
Marokijnwinkels. —
quinerie (magas. de). '
Masseerders.;--^ Massé»)
Mastmakers (zie scfflïo;
timmerlieden). —9
(fabric: de) (voirm(
pentiers de navires).'
Mastwerk en staken.
tures et perches. \
Materiaal voor spoöMo<
tramwegen.	Mat&
pour chemins de. /en
tramways.	;
Matrasmakers. — Mati, >
sier s
Matrassen (zie ook bed
goederen). —■ Matelas,
aussi literies).	...
Matrozen ( benoodigandb
voor ). — Marins (hrfpt-o
pour).
Matten (fabrik. vanJÏBj
Nattes et paillassons m
bric.)