| Full text |
inneringen hebben bewaard omtrent de bloedige gebeurtenis-
sen van 1356 en volgende jaren.
Jan van Wesenbeke, nu 87 jaar, getuigt dat de graaf van
Vlaanderen op den noen langs de St-Jorispoort inkwam en
gijzelaars moest hebben van de beste burgers, en dat hij de
charteren opeischte van de zoutwerf en de haver om die aan
Mechelen te geven. En getuige heeft zelf het harnas van zijn
oom die gijzelaar was, in het klooster van St-Michiels gedra-
gen, waar de graaf thuis lag, en zag daar veel harnas in zak-
ken liggen, en aan elken zak een briefken van welke am-
bachtslieden het harnas was, maar in ‘t wedergeven is daar
veel van verloren gegaan. Getuige hoorde van geen execu-
tiën, maar de meiskens die ’s avonds om wijn gingen, verloren
hun potten «mer hyne hoerder ghene erytten ».
Gillis Baers (81 j.) heeft goed de gijzelaars gekend, die
de graaf had genomen en weet dan ook hoe de zoutwerf, de
haverwerf en de vischmarkt ons ontnomen werden. Hij zag
het harnas van vele goede mannen van Antwerpen op wa-
gens voeren te St-Michiels en het werd gelegd in een toren
die gebarbakaand was (1), en later is afgebrand.
Vervolgens komen getuigen een reeks vooraanstaande per-
sonen uit Berlaar tot interpretatie van het recht van divisie
dat door die van Mechelen zou geschonden zijn door de op-
houding van goederen te Heffen.
Dit recht van divisie is ook elders vast te stellen. Aerd
Ghermeys, drossaard te Vorselaar, zegt dat er een manier van
divisie of levering is tusschen de steden van Lier, Herentals,
Zandhoven, Turnhout, Hoogstraten, den heer van Vorselaar
en den heer van Ouwen (Grobbendonk) en men is daar ge-
woon, van feiten waar lijf of lid aan kleeft levering te doen
ter plaats waar het laatste feit voorviel, maar van civiele za-
ken weet getuige niet. Hij heeft te Vorselaar het Antwerpsch
(1) Versterkt door een barbacane, gekanteelde muur of houtwerk, op
zekere hoogte rond den toren aangebracht.
180
? |
