Full text |
als
141
WERS
Dinstaen 22 Augusti 1725. No. 67
, des 1. dog
t hier sijnde, uyt
Heemsche Ministers
8 verlangen seer niet
de te rugkomste van
onsen Gouvereys uyt
Savoren, om de com¬
missien, die sy le¬
dert sijn Majesteyts
1
weten, van hun
de principalen ontongen hebben, naer be¬
booren te komen afleggen. De Princesse
van Gisterna, eerste, ende omste Kost-Dame
van de Koninginne van Tardigien is over¬
een den Koninck von tegens het eynde
van de toekomende weke van kris te
rug verwacht in dese Stadt, als wanneer
het Host de rest van den Somer tot geen
doorstenghen op het Rust Casteel van
Veeris.
Roetsoen, den 7. Augusti
Voor weinighe doeg het arriveerde hier
met een schoon Fieger van Petersborg, den
nieuwen Molcovischen Ambassadeur, den
Grave van Gallonin, den welcken eerst¬
dreghs ansientie staet te hebben by onsen
Koninck Veele meynen te weten dat er
eene oft, ende defensive Assiante op het
regt is tusschen ons tlost, ende de
Catinne.
Wassers, den 7. Augusti
Eergisteren arriveerde hier eenen extroor¬
daaren Couriet van Delden met advis
dat den Koninck, van Polen voorleden
Oldagh, otie Woonsdagh van der Noot
te reecken daer dese Stadt. Volgens
de berichten van Cominice maecken de
Iuscken eenigh bewegingen den den
Pieken, sonder dat men mitte wat hy voor¬
bassen, ende sy continueerden oock met
het maecken van nieuwe forticatie-wer¬
ben den de Stadt, ende Fortresse van
bender
„
weten, den 8. Augusti
Voorleden Saterdagh vertrock den Ges
verdel St. Sphor, Minister van Loge,
landt van hier der sonderlandt, tot
verrichtinghe van sijne periculiere afaires,
ende port wederom te rug verwacht te
gens het begin van November. Eergister
ten arriveerde hier van bruel den Heer
Baron van benienrieder, die onsen twee¬
den Ambassadeur bespotentiaris is ge¬
weest op het Congres van Cameryck
sonden, gelyck oock Maendagh wesen
wederom Reedt van Tieten den het hoft
Gisteren morgen sprot den Prins Eyge¬
nis, die van eene deese opposselyckheyt
herstelt is, Janck met onsen monarck in
sijn Cabinet, ende daer ouden voer den
middagh Contiers gesonden den onse
Ministers tot Warschouw, ende so¬
ver
weesen, den 8 Augusti
De Hertogen van Kipperds, ende hij
chetten, Ambassadeurs van de Coningen
van soenen, ende Vrancktyck, moeten heer
kostelycken, ende by zeer ongelooftelye
ten restel moecken, om tegens het begin
van de toekomende maent hunnen publiec¬
ben nitie doen in dese stadt en blyft
noch in onsekerheyt ctie den Erve van
Eernin, olio den Heer Baron van benien¬
ieder tot gebruickt worden tot de Key
terlycke doende den het Fransch Hott.
en gerucht begint wederom te vermeerde
een dat den Prins Eugenius eenen tour tot
doen naer tanover, om eenige importan¬
|