| Full text |
GAZETTE
VAN
ANTWERPEN.
Dynsdagh den 11. November.
MALTA, den 3. October.
Yne Serenissime
n
Hoogheydt Don
Emanuel de Pinto
heeft door gansch
c
Europa rontgaende
brieven naer alle
Efs
de Commandeurs
van het Malteesch
j
Crygs-Orden doen
en a
aertdgen ne¬
bevel van in de Kercken ofte Capellen van
hunne respective Commanderyen eenen so-
lemneelen Feest-dagh te houden om den Al-
derhooghsten gronthertigh te dancken over
de geluckige Ontdeckinge van het grouwsaem
Complot tegens dit Bolwerck van het Chri-
stendom.
t’Sedert onsen voorgaenden , dat is t'sedert
het eynde van Augusti , heeft men het Doodt-
vonnis tegens 19. van de besonderste Mede-
plichtigen tot uytvoer sien brenghen, zynde
de selve (volgens den inhoudt van hunne Sen-
tentie)Jlovendigh in Sacken genaeyt, en in de
Zee geroeyt. Onder de selve waeren’er 12.
Mooren, en 7. Mahometanen ; van de eerste
hebben'er 8. en van de laeste 6. het H.
Roomsch. Geloof voor hunne Doodt om-
helst &c.
De Gemeynte , door sommige brieven uyt
Livorno verwittight, dat het Hof van Con-
stantinopelen by de Pransche Croone sterck
dede aenhouden tot de behoudenisse van den
schelmschen Pacha van Rhodes, den alder-
grootsten Belhamel van de bekende grouw-
saeme Saemen spanninge, bewaert by ver-
deylinge met de uytterste waecksaemheydt
dagh ende nacht gewapenderhandt alle de toe-
gangen van de Cittadelle , op dat den alder-
plichtighsten niet heymelyck uyt de selve ge-
haelt en soude worden, en de doodt by oog-
luyckinge ontkomen, terwylen de min plich-
tige geduerighlyck door de handen van de
Scherp-rechters hun rechtveirdigh Vonnis
onderstaen : Hier-en-tusschen heeft men vol-
gens bevel van onse Admiraliteyt op de Tim-
mer-werven van dit Eylandt 3. Galiotten van
nieuwe uytvindinge met 2. Oorlogh-Sche-
pen , jeder voor 46. stucken Canon onder
de handt genomen ; De spraecke loopt, dat
de onkosten hier van voor het grootste ge-
deelte door den Catholieken Koninck betaelt
staen te worden, den welcken , volghens
vaste berichten , in het roemweirdigh opset,
van sommige Africaensche Roof-nesten met
groot gewelt aen te randen , tot nogh toe
stantvastigh blyft.
P. S. Op het afgaen van de brieven siet men
hier eene van onse Galeyen , de welcke ee-
nigen tydt op de hooghte van den Kerckelyc-
ken Staet ghekruyst heeft, met sekeren ghe-
boeyden Turck binnen loopen, den welcken
|
