Full text |
schie van den vererdigh dat het mits¬
delens beeldt van onse E: Vrouwe van
desz, het gene in het per 1696. geteent,
ende Boodelyck weenen heeft gestor,
uyt Hongaren hier wit overgebrocht,
ende gepleerst op den hooghen burger
van de Hooftkercke van deser Stadt, de¬
te alsjehegten in het Balles te rug ge„
komen zynde, dien in het publieck, ende
voer den middagh wist op den grooten
Theer, in presentie van de gansche Key¬
Eerlijcke Camitie, gerepresenteert herneur
Mulicael Opera gesorteert wencestans,
Koninck van Polen, het gene door expres
bevel van de regerende keyseringe voor
die heeft was geprepareert, ende het welck,
om het uyt muntend Mulier, om de over¬
Schoone Balletten, decorsien, ende ver¬
anderinghe van Thester van alle de spec¬
teurs ongemeen witt gepresen Moer¬
den voor den noen gingen haere rege¬
ende Keyserlycke Majesteyten, vergesch
schopt van de Respolinische aris Heno¬
ginge, ende met den selven weyn van den
voorgaenden, dogh naer de Hoff kercke
van S: Michiet, daer het feest van den
bovengemelden testighen, Carolus Pot
Lomens, het gene tot dien dog uyt
gestelt is, met seer grooten wister,
ende mogtentie dire gecelebreert, bi¬
steren waser eenen hoopen Roedt den het
Nots, ende heden heeft den Franschen den
beident, den Henogh van Richelsen, sij
den publiecken toe gedaen, den welcken
soo prachtigh, ende migniteek was, als
men hier opt heele gesien dec¬
Wesen, den 7. November.
en versekert dat ons tot door den
Heer Disting, die onsen Minister is tot
Contammopelen, een seer krachtigh ver¬
toon heeft heten ben gen den Grooten
Heer, tot voorstel van de Catholieken,
de welcke woonen in Patchien, ende in
de andere respective plaetsen van Tarc¬
te de reys van den Prins Eugenius
der het Mitsnees Loght men dat tot in het
toekomende voor soet is verschoven de
Becken van Polen blyven groote besigheyt
even en ons Nots. De Gouverneurs
van de voorsaemste bieden van alle de
keyserlyckerslonden worden schen win¬
het hier ternacht, sonder dat men zoch
hoort om wat reden den de regeringe van
Bonemen, ende selven sijn kostelings kos¬
Eenlycke Montoria gesonder van be¬
lanck.
soorten, den 8. November.
veele Heeren van genten hebben sch
van hier begeven over Schothuysen, om
sijne Excellentie den Heere Grave van Ko¬
dinge, die met sijne Amballede gaet by
den Koninck van Spagnon, ende sogte
rycke daer verwacht wort, te begroeten,
de Heer Blonen, Nannis van den
Lons, tot om sekere redenen van Engers
hertenders komen, om den Winter is
gesteren in dese Stadt. den Heer Marquis
d'arren, Ambassadeur van den Koninck
van Vrancktycks staet in het kort eenen
hout van hier te doen met sijn tot de
spaensche vervingen worden in dese ge¬
een noch al sterck voortgelt
Rutbeek, den 8.
bet.
Volgens de berichten
Veenen
voor den Heere Grave van
en dorst
dio den 2. deser van daer
de
ken, als Gelant van Bober
en
25. dregten hier ver
de
den opper Commissaris
2 tot
eenberg, naer welckers
de
een Spoedigh eynde hopt te
10
ligoossaeken, ende van andere pointe
van gesicht. Op beverlandt
de
seert dat den de beversche Princen door
den Heer Geurvorst eenen Couriet soude
gesonden weten, om„
6
komen over Munches
gestutters, den 10.
De onpasselijckheyt
is van geen gevolgt en
Majesteyt is wederom soo go
het het
alle de Matroosen, die op oote vloote sijn
geweest, ende gen dit permissie is ver¬
gunt, om ben te mogen begeven heer hun
de wooningen, moeten schregters de
setten van de toekomende maendt van
Meert wederom toeten vinden in dese Tide¬
Noo ons tot de noodige bevelen heeft
gegeven, om de Vloote gereedt so hebben
voor het midden van April
|