Full text |
tussche de blyde en onophoudelyke toejuygin-
ge van eene ongelooffelycke menighte van
Volck, passeerde , waeren door een over-
groot getal van de alder-konstighste Schilde-
ryen , door prachtige Tapyten , geleerde
Jaer-schriften, ende wel besonderlyck door
3. uyrnemende Triumph-boghen verciert.
Den eersten , den welcken op het eynde van
de Poort-straete voor de Mechelsche Plyne op-
gerecht was, stont door verscheyde Cornis-
sen, menighvuldige Pilaeren, vergulde Pi-
lasters , ende verscheyde Sinne-beelden kon-
stigh opgepronckt, boven den grooten Boogh
(alwaer haere regeerende Keyserlycke Maje¬
steyt de hooge bestieringe van de Oostenryck-
sche Nederlanden in verbeeldinge aen sijne
inkomende Hoogheyt geeft stont het volgen-
de Vers :
I, Carole, i , sidum Belgi moderare Leonem;
Pro te, proque aquilis stabit, ut ante stetit :
Het selve beteeckent:
Gaet, Carole, gaet, bestiert den getreuwen
Leeuw der Nederlanden ; hy sal voor uw , en
voor de Keyserlycke ) Arents, gelyck hy voor-
tydis gedaen heeft , edelmoedigh stryden.
De tweede Arcke Triumphael was in de
Huydevetters-straet ontrent den grooten in-
ganck van de Kercke der EE. PP: Lieve-Vrou-
we-broeders geplaetst, en uyterlyck naer de
konst soo door geleerde Latynsche Rym-dich-
ten als door menighvuldighe andere ciraeten
opgeheldert. Op het opperste deel van dit uyt-
nemende Pronck-stuck wierdt het volgende
Jaerschrift gelesen :
CAROLO ALEXANDEO CUBERNATORI
EXSTRUXIMUS INTRANTI.
Dat is :
Wy hebben dit voor den inkomenden Prince
Carolus Alexander, Gouverneur-generael der
Oostenrycksche Nederlanden , opgerecht.
Sen derden ende laesten Triumph-boogh
was tusschen den Oever en de groote Merckt
tegens de soo-genaemde Vlasch-merckt ghe-
stelt , en, gelyck den voorgaenden in de
Huyvetters-straet, seer destigh doorde ver-
scheydentheyt van de groentens, de prachtige
verbeeldinge der Wapens van het Doorl-Huys
van Lorreynen, als mede door die van Brabant
en van dese Vestinge verciert; Men las 'er :
DUCICUBERwATORICIVESEXSTAUXIMUS.
Dat is :
Wy, Borgers , hebben dit ter eere van den
Hertogh Gouverneur opgerecht.
Dogh, het welck de oogen van alle de Aen-
sienders met recht tot sich trock , was het
groot Raets-huys van dese Stadt. Al-hoe-wel
het enckel Gebouw niet sonder redens op
alle voorgaende tyden tot de uyterste ver-
wonderinge van alle Constenaers ghedient
heeft , soo was het selve alsdan door de ver-
scheydentheyt der vergulde Wapens , door de
menighte van Festons , door de overvloedig-
heyt van gheleerde Inscriptien , de welcke op
de algemeyne vreught van dien langh-gewen-
sten dagh volle betreckinge hadden, op het
aldertreffelyckste verciert. In het Ovael van
het onderste midden Balcon,boven het welck
de Oostenrycksche Wapens, met de Koninck-
lycke en Keyserlycke Croonen verciert,onder
een Verhemeltsel ten thoon gestelt waeren,
las men dit Jaer-schrift:
AUGUSte , Makle, theresla
LAEENTI, PATRIE VINDICI
SENATUS POPULUSQUE ANTVERPIENSIS,
Beteeckenende :
Den Raedt en tvolck van dntwerpen heeft
dit ter eeren van de gheluckigh-regeerende
Keyser ty ne Maria Theresia , herstelster van
t'vervallende Vaderlant, opgerecht.
En hooger :
Ures FELIX aNVersA : MaRIA TheREsIa
BELGAS
BEGNaTRIX sapIEnS, SoLiRs, Pla, Cas-
TA, BENICNA,
SANCTA, PLACENS SUPeRIS, SanCIra PACE
GUBERNAT.
Dat is :
Geluckige Stadt antwergen Maria There-
sia, die eene wyse, wercksame, godts-dienstige,
suyvere, goet-jo-stige , hey ige, en aen de be¬
melingen wel-behaegende opper-Regeerster is ,
bestiert, den Peys getroffen zynde, de Neder-
landers.
Het soude, volgens de bepaeltheyt van de-
se Gazette verre te wytloopigh zyn, waer
het saecken men de vercieringe van de Mun-
te wilde bybrengen, in de welcke sijne Ko¬
nincklycke Hoogheyt den volgenden dagh on-
trent den 11 uren de eerste bewegingen aen
het slaegen van de Goude en Silvere Geldt-
specien gegeven heeft, en by welcke gele-
gentheydt de Bestierders der Munte aen
dien Vorst een seer uytnemend Latynsch Rym-
dicht, het welck op het slaen der gemelde
Specien betreckinge heeft, opgedragen hebbes
l Boven den inganck van de Poorte las men :
|