| Full text |
van de aenstaende maendt stonden te ge- t
schieden, niet anders als tot de verande-
ringen van sommighe garnisoenen soo
in Bohemen als in Moravien gheschickt
en zyn.
PARYS den 5. Mey.
Gisteren is den Koninck benevens de
Koninginne en Monseigneur den Daupkin
met Madame de Dauphine ( welckers
Swangerheyt bevestight wordt ) uyt het
Lust-hoff van Marly tot Versailles aenge-
komen; dogh sijne Majesteyt, naer aldaer
met de Koninckl: Familie de Maeltheyt
genomen te hebben, is noch dien avondt
naer Marly te rugh gekeert.
Onder andere gewichtige saecken, de
welcke op het laest-gemelt Konincklyck
Paleys tusschen het verloop van den
tydt, op den welcken sijne Alder-christel:
Majesteyt aldaer sijn verblyf sal houden ,
ftaen verhandelt te worden, sal oock het
hoogh Houwelyck van den Prince van
Condé met de Princesse Isabella, Dochter
van den Hertogh van Parma, op ta pyt
gebroght worden.
Den onden Bisschop van Mirepoix heeft
door bevel van onsen Monarck den lyft
van de beneficien, de welcke in sijne be-
ftieringe gestelt waeren, aen den Abt van
S. Cyr overgelevert. Het gaet vaft dat 'er
aen het Hoff nogh verscheyde gezegelde
brieven voor Persoonen van Rangh be-
réeyt worden, de welcke het ongeluck ge-
hadt hebben van in de ongeneede van
onsen Souvereyn te vallen. Hier en-tus-
schen is'er voorleden saterdagh sekeren
Officier van het Regiment van Langue-
doc voor sijn leven in de Bastille opge slo-
ten, overtuyght zynde van tegens den
Koninck schandelycke Rymdichten ofte
gemaeckt ofte uytgegeven te hebben.
Door de jonghste brieven uyt Londen
heeft men , dat er tot den 1 deser aldaer
geene vaste tydinge aengekomen en was
van het vertreck der Engelsche Cryghs
macht uyt de beruchte Caap Breton, al-
hoe-wel meest alle het grof geschnt reets
t’sedert eenigen tydt daer uyt naer andere
Engelsche Fortressen vervoert wes.
BRUGGE, den 6. Mey.
Alsoq alle de Ingesetenen van dese Stadt in
het gemeyn, en een jeder in t'besonder sich
uytterlyck geluckigh acht over den grooten
schat van het Alderh. Bloet, het welck hier u.
bewaert wort, en het welck tot de uytterste
verwonderinge van onse Voor-Ouders t’sedert
het Jaer 1148. tot den 3. Mey van het Jaer
1309 op alle de Vrydagen van s’morgens af
tot den 3. uren naer middagh vloeyende is ge-
worden; als mede tot erkentenisse van me-
nighvuldige weldaden , de welcke den Alder-
hooghsten ons hierdoor verleent heeft, zyn de
voorgemelde 7. prachtige Triumph-wagens
opgevolght door 29. verscheyde konstige ver-
beeldingen, gegeven door de respective Ampt-
bachten en Neiringen deser Stadt : als eenen
Wagen verthoonende het Huys van Zachaus,
verciert en gemaeckt door de Herbergiers ;
den gevleugelden os met den H. Lucas, door
de Boeck-verkoopers ende School-meesters ;
den H. Victor door de Meulders; den Pellicaen
door de Backers ; den Arent door de Metzers;
de Swaene door de Kleerkoopers; den Phaenix
door de Schilders; den Struys-vogel door de
Smeden; den Nachtegael door de Blyckers ;
den Os door de Huydevetters ; den Kemel
door de Timmerlieden ; den Hert door de
Schoenmaeckers; den Silveren keeuw door de
Silversmeden ; den swerten Lesuw door de
Vleesch-houwers; den Tyger door de Chirur-
gyns ; den Oliphant door de Lootgieters; den
Rhenoceros door de Dekens van de Commer-
gie-Camer; den Crocodil door de Schalie-dec-
kers, den Walvisch, langh 33 voeten , door
de Visch-verkoopers; den Eenhoorn, door de
Cruyt-halle ; den Hof met Fruyt-hoomen door
de Fruyteniers ; de Plantagie van Tabac door
de Tabac-verkoopers ; den Wagen met Wilde-
mans door de Wolle-wevers ; den Wagen mes
Bachus op de Tonne door de Cuypers; en eynde-
lyck wort dit uytnemend werck gesloten door
het Rosbéyaert-peirt met de 4. Aymons-kinderen,
hoogh 25. voeten , gegeven door de Kleer-
maeckers; als mede door den Reuse, Reusinne,
en hunne Dochter , waer van den eersten, 26.
voeten hoogh , door de Brouwers ; de twee-
de, 21. voeten hoogh, door de Merceniers ;;
en de derde 15. voeten hoogh, door de
Lynwadiers gegeven is ; waer op eyndelyck
volght het Schip, 27. voeten langh, het welck
door de Schippers besorght is. Dit alles heeft,
fich in soo goede order, metsoo wonderlyc-
ke konste, en overvloedige kostelyckheyt ver-
thoont , dat het selve de grooteverwachtinge
van alle de Uytlanders ende Aensienders verre,
te boven gegaen is.
ADVERTENTIEN.
Ten sal verkoopen ter Vrydael-s merckt binnen.
Antwergen, door de Roepers Franciscus van
As, ende Joannes van Lemens :
Een Huys op de K’se-ruy, uytkormende op de e
|
