| Full text |
KWOT-lijst (Keyword-Out-of-Title), die alfabetisch rangschikt op beteke-
nisdragende woorden uit de titel.5
De UB-Utrecht telt ca. anderhalf miljoen banden en beschikt over
ongeveer 140 personeelsplaatsen, waarvan er een aantal toegekend zijn
aan een paar deelbibliotheken die onder het rechtstreeks beheer van de UB
staan (b.v. Transitorium 3 — Scheikunde en Biologie — , Theologie, Dier-
geneeskunde).
Het huidige boekenbestand van de Rijksuniversiteit van Groningen
omvat 1.100.000 banden, waarvan er ca. 650.000 in hetUB-gebouw zelf
berusten. Het UB-personeelsbestand telt 73 eenheden (plus 12 personeels-
leden die buiten de UB werken in enkele IBn die onder beheer van de UB
staan). Het UB-gebouw bestaat uit een conglomeraat van zeven aaneen-
grenzende en intern verbonden kleinere gebouwen en woonhuizen.
Meteen zijn de belangrijkste zwakke kanten van de Groningse UB
aangeduid : er is te weinig personeel, en vooral : er is veel te weinig
ruimte, en dit zowel wat de capaciteit van de magazijnen betreft, als wat
de personeels- en lezersruimtes aangaat. Bovendien zijn de diverse ruimtes
en afdelingen allesbehalve ideaal gelegen t.o.v. elkaar, en zorgen o.a.
ontelbare niveauverschillen voor extra moeilijkheden.
Enkele voorbeelden van deze ronduit slechte werkomstandigheden zijn :
de cardex van de tijdschriftenadministratie staat in een halfkelderverdie-
ping opgesteld ; de catalogiseer dienst (in een magazijnvleugel op de
tweede verdieping) is een behoorlijk stuk verwijderd van de alfabetische
hoofdwoordencatalogus (op de gelijkvloerse verdieping) ; de “grote
leeszaal omvat 48 zitplaatsen, terwijl het totaal aantal zitplaatsen in de
diverse lees- en studiezalen samen slechts 210 bedraagt; om in het
bibliografisch centrum te komen moet men doorheen de leeszaal gaan ; er
is geen boekenlift vanuit de magazijnen naar de balie ; enz... Het is dan
ook niet te verwonderen dat reeds in de jaren zestig de idee van een
nieuwbouw voor de UB opduikt, en dat in 1974 een universitaire Bi-
bliotheekcommissie wordt ingesteld om de steeds nijpender problematiek
te onderzoeken.6
5. Over de Utrechtse catalogusautomatisering, cfr. •. J. van Heijst, Problemen rond de
verschijningsvormen van catalogi of : Catalogusautomatisering in Utrecht, in : Bibliotheek-
gids, 53 (1977), p. 109-119 ; en : G. de Haan, Automatisering op de catalogiseerafdeling
van de Utrechtse Universiteitsbibliotheek, in : Uit Bibliotheektuin en informatieveld.
Opstellen aangeboden aan D. Grosheide (...). Onder red. v. H. F. Hofman e.a. Utrecht,
Universiteitsbibliotheek, 1978, p. 446-455. (Bibliotheek en documentatie, 3).
6. Zie het omstandig rapport van deze Commissie : Wetenschappelijke informatie en de
bibliotheekvoorzieningen aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Groningen, Rijksuniversi-
teit, 1976. Zie in dit verband eveneens : Programma van eisen. Groningen, Universiteits-
bibliotheek, 1977.
BibliotheekgidsmJg. 56BNr. 1-2 ml980 / 67 |
