| Full text |
De Dinsdagen, waarop onze vakgenooten van buiten hun lectuur
halen, geven dus voordeeliger cijfers dan de andere dagen. Natuurlijk
speelt hierin een rol het feit, dat de bibliothecaris (daar het bezoek niet
zoo druk is als bij avond) met de lezers praten of althans aanduidingen
verstrekken kan. Ook is een factor van belang, dat m de stad het lezen
tot de algemeene bezigheden behoort ook van minder ontwikkelden,
terwijl buitenf alleen de ontwikkelden lezen. ..... , , EI
Vergeten wij ook niet, dat in den hevigen strijd, die geleverd wordt
tusschen wetenschappelijk werk en romanwerk, vroeger reeds aange-
haald werd : I WBÊÊÊKÊÊtÊÊÊÊ
a) . dat hij, die met leede oogen aanziet dat de gewone man een
goed roman leest, wél een armzalig mensch moet zijn,
b) dat het lezen van goed literair werk voor de meerderheid van
de arbeiders het eenige middel is waarmede zij kennis kunnen nemen
van de problemen die hen omringen, waarin zij leven, waarvan zij het
voorwerp zijn en wier theoretische uiteenzettingen boven hup begrips-
vermogen uitgaan. HH
Kwestie is dus oordeelkundig lezen — en daar zijn wij nog met
aan toe ; wij niet, en anderen niet ; toekomstmuziek waarvan die eerste
maten door de ontwikkeling van het jeugd-bibhotheekwezen geslagen
worden.
CATALOGUS
In 1926 verscheen ons zesde boekje. Die uitgave was noodig.
Het van eerstaf gevolgde stelsel bleven wij getrouw : opname van
uitgebreide tijdschriftartikels. Het bracht ons ook baat. Onze tijdschrif-
ten zijn geen winkeljuffers! Regelmatig gaan zij uit ; en zij worden
graag gewild. De tijdschriftentafel is dan ook goed voorzien: wij onder-
schreven zestig abonnementen. t , WÊÊ
Belangstellenden wordt op aanvraag graag een catalogus toege-
zonden.
BUDGET
ln 1925 werd 17.000, in 1926 meer dan 20.000 frank uitgegeven
do-r den A D B. voor de instandhouding van zijn bibliotheek (sala-
rissen, vuur en licht, briefwisseling en algemeene onkosten met inbe-
grepen).
73 |
