Full text |
Seats
‘en Shaw gewijd, terwijl zijn bewondering
voor Vondels Dramatiek overbekend is.
Hij was dan ook wel de aangewezen be-
voegdheid om een algemeene geschiede-
nis van het drama en het tooneel te schrij-
ven, werk dat, in onze taal althans, onge-
schreven was gebleven. Wel kunnen wij
wijzen op Worp's geschiedenis van het
Tooneel in Nederland, maar naast dit
standaardwerk zal het werk van L. Simons
nuttig en onmisbaar blijken.
Deel I gaat tot 1525, deel Il tot 1625,
een derde deel zal later de zeventiende
eeuw tot op onze dagen behandelen.
Naam- en titelregister sluit het tweede
deel af.
« Het had geen nut, meent de schrijver
in zijn inleiding, voor die lezers (van de
W. B.) zulke verschijnselen vast te stellen,
indien moest worden aangenomen, dat zij
de besproken werken zelf niet kenden:
een betoog bijv. dat Brederoo s behande-
ling van de Klucht van de Koe een gansche
omwenteling in de dramatiseeringskunst
beteekende tegenover de voorafgaande
van Hans Sacks, zou den lezer voorbij zijn
gegaan, zonder een analyse van beide
werken. Op grond van gelijksoortige over-
wegingen is de ruimte van het eene werk
of den éenen schrijver toegekend, vaak
tamelijk ongelijk uitgevallen; terwijl tevens
de erkentenis dat voor een overzicht als
dit, het karateristieke vaak meer beteekenis
heeft dan het objectief-aesthetische, de
keus van te bespreken werken en auteurs
meer dan eens bepaald heeft. Volledig-
heid was daarbij uitgesloten. Voor den
lezer moest de aandacht bepaald blijven
bij dàt, wat een tijdperk, een verschijnsel,
kenschetste.
Na merkwaardige, inwijdende beschou-
wingen over het wezen en de kunst van
het drama en een overzicht over het too-
neel en zijn inrichting, behandelt L. Si-
mons achtereenvolgens het Indisch too-
neel, het tooneel in Griekenland, het too-
neel bij de Romeinen en in de middel-
eeuwen, waar hij uitvoerig stil blijft bij
mysterie- en mirakelspelen, bij abele- en
kluchtspelen, bij moraliteiten en kamers
van Rhetorycke. Inhet tweede deel ont-
126
=
Jeedt hij den invloed van het klassicisme,
de ontwikkeling van hetkluchtspel in Italië,
Engeland en Nederland, de groei van het
treurspel, het misdaaddrama in Engeland,
van het romantisch historiespel (Shake-
speare en de Engelsche pléiade) en van
het romantisch drama in Spanje.
Waar wij gebonden zijn aan korte aan-
kondigingen van belangrijke uitgaven,
moet onze waardeering, het spreekt van
zelf, bondig worden samengevat : het
werk van Simons verdient o. 1. ruimschoots
een plaats in onze boekerijen.
Top NAEFF. Dramatische Kroniek. Deel III.
Amsterdam, van Holkema en Warendorf.
1922.
Naast Dr. J. Walch is de fijnzinnige
romanschrijfster Top Naeff wel de knap-
ste en degelijkste tooneelcriticus van
Holland. Het is een wekelijksch genot
haar Kronieken in De Amsterdammer te
volgen. De uitgevers verdienen onzen
dank deze opstellen in bundels te bewaren
voor de tooneelliefhebbers van ons taal-
gebied. De artikels blijken immers een
belangstelling te vestigen die eendagsvlie-
gen nooit wekken, en zijn waardevolle
documenten voor allen die het tooneelle-
ven van Nederland in deze dagen willen
bestudeeren.
Het derde deel brenst de kronieken van
1919 tot 1921, o. m. gewijd aan Laudy,
Strindberg, Ibsen, Rutten, Wedekind,
Böhtlinek, Shakespeare, Mirbeau, Sofo-
kles, Heijermans, Salten, van Amrmners-
Küller, Yssel de Schepper, Emants, Mar-
tin, Lessing, Claudel, Schnitzler, Ranuc-
ci-Beckman, Vondel, Fabricius, Schiller,
Schmidt, Beaumarchais.
Nu ook in Vlaanderen het tooneel naar
een hooger plan wordt opgewerkt, ver-
dienen deze besprekingen aanbevolen te
worden bij tooneelliefhebbers en… bij
de soms zoo bevangen critici.
EBS
Uitgaven van « De Standaard >, Brussel
FR. CROLS. Heeroom's nichtje is nerloofd !
Met vlugge pen zijn deze brieven ge-
schreven, waarin Heeroom kostbare en |