Full text |
liikheid de algemeene viaamsche bibliografie in eenige bladzijden te
behandelen en na te gaan wat er op drt gebied leeds gedaan is en
1108 De^garen in de viaamsche taal werden nooit regelmatig opge-
nomen in de eerste bibliografische tijdschriften, waarvan we m een
vorig'kapittel spraken. Het volledig gebrek aan organisatie van den
vlaamschen boekhandel was er langs eenen kant de schuld van. (8)
Doch er was nog eene andere reden. Wat in t vlaamsch gepu-
bliceerd werd, beschouwde men in ’t algemeen als zijnde van minder
gehalte — en dat was in groeten deele zoo — en als dusdanig hechtten
de uitgevers van bibliografie» er niet veel. belang aan deze werken
hunne vaktiidschriften op te nemen. De voornaamste alleen vond
men er m terug. , ,
Sinds de revolutie van 1830 en wel als een der gevolgen daarvan,
had men getracht op alle manieren de volkstaal in onze viaamsche
gewesten tegen te werken en te ondermijnen. Deze aktie had een P°““
tieken ondergrond, die de voornaamste viaamsche geleerden van
1850 noopte eene tegenaktie op touw te zetten op intellectueel gebied,
niet alleen tot verdediging der volkstaal als uiting van het volksleven,
doch ook om aan te toonen dat, niettegenstaande allen drang, het volk
voortging zijne taal te beoefenen en dat deze taal kon gebruikt worden
tot wetenschappelijke doeleinden.
Het was in die atmosfeer, dat de « Vlaemsche Bibliographie »
geboren werd.
Pas was in 1850 het Willems-Fonds gesticht, of op de eerste
zitting van het hoofd-komité, bestaande uit verscheidene zeer gekende
personaliteiten van den tijd, o. m. Heremans, Rens, de Saint-Genois,
Snellaert, e. a., werd er besloten eene zooveel mogelijk volledige lijst
uit te geven van « de nederduitsche werken sedert 1830 in 'België ver-
schenen ».
Deze uitgave werd vooral door Snellaert bezorgd. Zij heette :
Vlaemsche Bibliographie of lijst der nederduitsche Boegen in België
sedert 1830 uitgegeven. Gent, Hoste, 1851. 8°, XVI- 1T)4 blz. (Uit-
gaven van het Willemsfonds n° 1. )
In Maart 1851 besloten, was deze uitgave klaar éer nog het jaar
verstreken was.
De commissie had de pretentie niet een volledig werk op te maken.
Dat was haar doel niet. Evenmin was het haar te doen om het zuiver
wetenschappelijke. Het ging er alleenlijk om aan te toonen dat er wel
(8) Zie daarover: Vlaemsche Bibliographie. Gent, 1857. blz. VI. — ld. 2e deel. Gent
1867. blz.VI, IX13 De Potter. Viaamsche Bibliogr. Gent, 1893. blz. VIII. — X. — Noch uit-
gevers, noch drukkers, noch boekhandelaars zagen het belang in dat het aan kondigen en
bespreken van een boek in gekende tijdschriften en dagbladen had. Het klaaglied van Snei-
laert, zooals we verder zullen zien, was maar al te zeer gegrond.
26 |