Full text |
Reukenkachels. — Foumaux
de cuisine. ___.
Keukenliften. — Monte-
plats. , . 1
Kiezelzand, (koopl. in).
Gravier (négts).
Kil (crics).--Gries
Kinderwagens, gg Voitures
d’enfants.
Kippendraad voor kooien en
hekken (fabr.) — Treil-
lages et clôtures (fabric
de).
Klakkenmakers (zie hoe-
denmakers). ‘te- Casquet-
tiers (voir chapeliers).
Kleederbewaarplaatsen (sta
len kassen). SSVestiaires
res (armoires en ader).
Kleermakers. g- Tailleurs
Kleermakers voor damen.
— Tailleurs pour dames.
Kleermakers (meesters) (z
ook Heeren- en kinder-
confectiën. — Tailleurs
(marchands) (voir aussi
confection pour hommes
H enfants): M ..
Kleermakers benoodigdhe-
den. — Tailleurs et tail-
leuses (fournitures pour)
Kleermaaksters (zie confec-
tiën). --1- Tailleuses en
robes et confections, (v.
aussi robes et confec-
tions). „ j
Kleurmiddel. .vfeé Caramels
colorants. . .,
Kleurstoffen (indigo, mel-
krap, verfhout, enz...)
(handel, en makel. in),
(zie ook drogisten). —
Teintures (indigo, garan-
ce, bois de teinture, etc.)
(négts et commis.) (voir
aussi droguistes).
Kleurstoffen (in poeder-
‘ vorm, voor cement ).
Couleurs et poudre pour
ciment.
Klinieken. E5 Cliniques.
Klinkboüten. — Rivets.
Klompen (handel, in).
Sabots ( mchds).
Knoppen (fabrik. en han-
del.) — Boutons ifabric
et mchds).
KOekbrekers. Concas-
seurs de tourteau.
Koelstoffen. — Frigorifuge.
Koffers (zie reisbenoodigd-
heden).Égj3 Malles (voir
art. de voyage).
Koffie (gebrande) (koopl.
en handel.) (zie ook ko-
loniale waren). ïsp?Cafés
torréfiés (négts et mar-
chas) (voir aussi denrées
'coloniales ).
Koffie (makelaars en agen-
ten in ruwe). =— Cafés
crus (courtiers et agents
en).
Koffiehuizen en brouwe-
rijen. — Cafés brasseries
et cafés estaminets,
i Koffiehuizen spijshuizen.
Cafés restaurants.
Kogellagers. — Roulements
à billes.
Kolen (koopl. 'en handel.)
. Charbons (négts, mchds)
Koleninvoerders. — Char-
bons (importât.)
Koloniale voortbrengselen.
—- .Produits coloniaux.
Koloniale waren (koopl.
handel, en winkeliers) —
Denreés coloniales (négts
commerc. et magas. de)
, Koloniale uitrustingen.
— Equipem. coloniaux.
Kompassen (zie zeevaart
kundige werktuigen). —
Compas (voir instrum
de marine).
Konfituurfabrieken — Con-
fitures (fabric. de).
Kopergieters. — ' Fondeurs
e> n'IIÏ'tlVP
Koperhandélaars. — Cuivre
(négts). _ .
Koper voor kerken. — Cui-
vre d'église. J , ,
Koper (voor scheepsbeslag)
__ Cuivre à doublage pr
navires. H . ff
Kopersulfaat. — Sulfate de
cuivre.
Koppelingen voor stoom-
machienen..—- Joints pr
machines à vapeur.
Kopspijkers (zie ook nagels
en spijkers) .jC3 Pointes
de Paris (voir aussi clous
et pointes de Paris).
Korsetten (fabrik. en ham
del.) —- Corsets (fabr. et
mchds).
Kosthuizen. BSS Pensions
(mainsons de).
Kousen en zokken.,.tte Bas
ei chaussettes.
Kramerijen (groothand. in)
— Merceries (maisons de
gros). I II
Kramerijen (kleinhandel).
— Merceries (détail).
Kranen en fittings. -—- Ro-
binetteries.
Kredieten. Crédits.
Krediethuizen. — Ventes
par abonnement.
Kremeries. — Crémeries
(salles de dégustation).
Kristal en glaswerk — Cris-
taux et verreries.
Kruidenierswaren (zie kolo-
nale waren). — Epiceries
(voir denrees colonialës).
Kruidenierswaren (fijne). --
Epiceries fines.
Kruidkundigen. — Herbo-
TÎSt&S
Kruiwagens.|rij? Brouettes.
Krijt.: -te) Craies en batons.
Krijtwit en Spaansch wit.
j V-tev Blanc de craie d’Es-
pagne.
Kuipers. nSfl Tonneliers.
Kunstbloemen en pluimen,
(winkeliers). — Fleurs
artificielles et plumes,
(magas. de).
Kunstboter (zie margarine)
— Beurre artificiel (voir
'Margarine).
Kunstplakkaten — Affiches
d’art:
Kunstschilders (benoodigd-
heden voor) (zie ook
schildersverf). — Peintres
artistes (fourniture pr)
(voir aussi couleurs pour
peinture).
Kunstschrijnwerkers (zie
ook meubelmakers). --3
Ebénistes (voir aussi fa-
bric. et mchds de meu-
bles).
Kunstsmeedwerk. — Ferron-
nerie d’art.
Kunstvoorwerpen (zie ook
kunstbrons); te.; Objets
d’art (voir aussi bronzes
d’art.)
Kurk. — Liège:
Kurkblokken. — Briques en
liège.
Kwartsachtig zand. — Sa-
ble quartzeux.
Kweeken . van zilvervossen
— Elevage de renards ar-
gentés.
iglÈrCarton
Koolmijnen (agenten van)
— Charbonnages (agents
de).
Koolzuur. — Acide carbo-
nique.
Kooperatieve maatschap-
pijen. — Sociétés coopé-
Tdtives.
Kóper (oud) (zie oude me-
talen). Cuivre (vieux)
(voir métaux vieux).
Koper en brons voor uit-
stallingen. — Cuivrerie et
bronze d’étalage.
Koperbewerkers. Cui-
ureurs.
laboratoria. — Laboratoi-
res.
Ladders (fabrik. van). —
Echelles (fabric. de).
Lampenmakers (zie bliksla-
gers en lampenmakers). —
Lampistes (voir ferblan-
tiers et Lampistes).
Lampscherm en schijnwer-
pers voor eleetrische lam-
pen. — Abai-jour et re-
flectsurs pr lampes élec-
triques.
Landbouwmachienen. - Ma-
chines agricoles.
Landbouwprodukten. - Pro-
duits agricoles.
Landmeters. .-te. Géomètres
et arpenteurs.
Landverhuizing ( agenten).
Emigration (agenc. d‘)
Lantaarns — Phares et lan-
ternes.
Lantaamfabrikant. — Lan-
<■' ternes (fabrie. de).
Ledepoppen. —- Manequins
Leder Marton.
c-tcirS.
Leders’ voor meubeleerïng.
— Cuirs pour anieuoiem.
Lederen sluitringen (z. zui-
gerringen). — Cuirs Em-
boutis (voir emboutis pr
pistons).
Leeningen op hypotheek. —
Prêts hypothécaires.
Leeraars (zie ook Bestuur-
lijk hoofdstuk en Open-
baar Onderwijs), mm Pro-
fesseurs (v. aussi partie
administrative et instruc-
tion publique).
Leerlooierijen #r Tanneries
Leerlooiers en leertouwers,
te. Tanneurs et corroyeurs
Lepels en spatels (hoornen)
— Cuillers et spatules
(en corne. _
Letterkundigen en dagblad-
schrijvers. — Hommes de
lettres et journalistes.
Letters in kristal en zink.
SES Lettres en cristal et en
zinc
Letterschilders en uithang-
borden op doek..— Pein-
tres de lettres et ensei-
gnes sur calicots.
Leuningstoelen (fabrik. in)
— Fauteuils (fabric. de).
Lichtgevende plaveien en
doorschijnende vloeren. —
Dalles lumineuses, plan
chers translucides.
Lichtkronen.^^ Lustrerie.
Lichtreklamen. — Réclames
lumineuses.
Lichtverspreiders — Diffus■
-S6UTS.
Lichtuithangborden. — En-
seignes lumineuses.
Lieren. =te Treuils.
Liften (electrische en hand
liften ). Ascenceurs
( électriques et à main)
Likeurstokers en handelaars
(zie ook wijnen en likeu-
ren). — Liquoristes et
marchands de liqueurs
(voir aussi vins et spiri-
tueux) .
Limonade (fabrik. et han-
del.) (zie water en limo-
nade). lg|§ Limonades ( fa-
bric. et mchds de) (voir
eaux et eaux gazeuses).
Linnen. — Lingerie.
Linnen (fabrik. koopl. en
makel, in) (zie ook lin-
nen). — Toiles (fabric.,
négts et mchds). (voir
aussi lingerie).
Linoleum. WS Linoleum.
T .int, en fluweel. — Rubans
et velours.
Lithophoon. — Lithophones
LocomotievenLocomoti-
ves.
Logisthuizeh (zie afspan-
ningen en logementhui-
zen). ' — Logeurs (voir
auberges et logements).
Lood en zink (koopl. agen-
ten). — Plomb et zinc
(négts et agents).
Loodgieters (benoodigdhed,
voor) —'Plombiers (four-
nit. pour).
Loodgieters, zinkbewerkers.
Plombiers, zingueurs.
Loodsen (ter zeevaart. —
Pilotes.
Looistof (zie schorsen). ■
Tannins (voir écorses).
Luchtbanden. — Pneus.
Luchtledige buizen. — Tu-
bes à vides.
Lucht persing, r— Com
presseurs d’air.
Luchttrekkers. — Ventila-
teurs.
Luchtvaart (toestellen en
artikelen voor de). —
Aviation (appar. et arti-
cles pour V).
Lucifers. — Allumettes.
Lusters (benoodigdh. voor)
Lustres (fournit, pour).
Luxekachels en Amerikaan-
sche kachels (fabrik.) —
(zie ook verwarmingstoe-
stellen )J9S Feux de luxe
et poêles américains (con-
struct.) (voir aussi chauf-
fage appar. de).
Luxe! et reddingsbooten.
Canots de sauvetage et de
luxe.
Lijm en gelatine. : — Colle
et gelatine.
Lijnkoek, enz... (koopl. en jé
makelaars) -tet TourteauxIk
(négts et court.)
Lijnmeel, enz... JBSFarinesfz
de lin, etc.
Lysol. ESP L,
ysol.
M
aalders. fsgl Meuniers.
Maalderijen (toestellen vr),j.(
—-, Meuneries (dpp. pour)) (
Maatschappijen van onder-;-;
lingen bijstand en Syn-Æ-j
dikaten S^Sodétés de se--j-s
cours mutuels et syndi-j-s
cats.
Maatschappijen m onroer. p
goederen (zie onroerende ja
goederen. — Sociétés im-j-j
. mobilières (voir immeu-l-i
bles).
Machienenbouwers. — Mé-M
cahiciens constructeur sA.z
Machienen. —- Machines.
Machienen (voor boekhou-j-i
ding). — Machines comp-H
tao Lés.
Maohienen vr brouwerij ento
en spuitwater. -— Machi-4-1
pour brasseries et eauxfc
gazeuses.
Machienen voor hoender-j-i
teelt. — Machines avico-rc
les
Machienen voor houtbewer-i-i
king. MÊS Machines à tra-kc
vailler le bois.
Machienen voor papier enn
karton te plakken. — Ma-lp
chines à coller le papiers?
et le carton.
Machienen voor schnftre-fe
productie (zie duplicato--o
ren). Machines à rem
produire l’écriture ( voir):'!
duplicateurs).
Machienen voor het schrijdt
van cheks. — MachineSb9
à écrire les cheques.
Machienen en materiaal vnv
voedingswaren. — Machi-s:.
nés et matériel pour ali-si
mentation.
Machinaal plooien, -te Plispî
sage mécanique.
ivra.gnet.en Eggl Magnétos. j _
Maïsstijfsel. — Amidon d&x.
7TICLÏS.
Maïzena. Maïzena.
Makelaars in fondsen (ziét
wisselagenten). — Com-jtr
missionnaires en fondsa
publics (voir agents d&h
change).
Makelaars in goederen. —j-
Commissionnaires en mar-~n
chandises. " 3[-
Mandenmakers. VannierS-k
Mangelaars en strijkers., -|§j-
(zie wasscher. en strijkal
sters). —. Calandeurs efe
repasseurs (voir blanchisel
seurs et repasseuses deh
linge).
Manicure (zie pedicure). -gt-
Manucures (voir pédicuu*.
res).
Margarine. — Margarine. ,
Marmer en steen (koopliedps
in). — Marbres et piergs,
res (négts). ___, j
Marmer- en steenkapperær:
* HÜs èt taillev.
__ Marbriers et tailleurs:
de pierres.
Marmerbewerking (benoopc
digdheden voor). — Marfs,
brcries (fournit, pour). p .
Marökijnwinkels. — Marob^
quiherie (magas. de).
Masseerders. -te Masseurs. | .
Mastmakers (zie scheepgq
timmerlieden). — Matss
(fabric: de) (voir, charàa
pentiers de navires), p
Mastwerk en staken. — Mab\
iures et perches.
Materiaal voor spoor- ets
tramwegen, -tg-,. Matérie|r
pour chemins de fer ea
tramways.
Matrasmakers. — Matelooss:
SZ6TS
Matrassen (zie ook beddesh
goederen). —-Matelas (vs'<
aussi literies). S-
Matrozen (benoodigdhedeief
^ voor), -gr. Matelots (artjh
clés pour).
Matten (fabrik.. van), -r
Nattes et paillassons (f<f\
bric.)
3
k |