Full text |
Interessant in verband met information retrieval is nog het geïntegreerde computer-micro-
fiche-systeem dat in Battelie’s Columbus Laboratories (1) te zien was. Bij dit systeem
kan men op één beeldstation tegelijkertijd informatie uit microfiches en computer-bestanden
oproepen ; wijzigingen van de gegevens op een microfiche kunnen in het computer-
geheugen opgeslagen worden en vervangen dan op het fiche-beeld dat men te zien krijgt,
de oude gegevens.
Verschillende bibliotheken hebben ook hun circulatie geautomatiseerd.
Columbia University heeft reeds sinds 1966 een automatieproject voor de circulatie.
Totnogtoe gaat het echter om stapelverwerking (batch processing) : het uitleenbestand
wordt slechts eenmaal per dag bijgewerkt.
Aan de Ohio State University vormen 23 bibliotheken (ca. 3 miljoen vol., 50.000 studenten
en 20.000 andere gebruikers ; meer dan 1 miljoen uitleningen per jaar) een netwerk
met één on-line werkend circulatiesysteem. Dank zij het reeds hoger vermelde Library
Control System (LGS) kan de gebruiker aan elke terminal onmiddellijk te weten komen
of een bepaalde titel beschikbaar is ; deze inlichting kan hij ook via de telefoon krijgen
en, indien gewenst, wordt de publikatie zelfs per post bezorgd op zijn campus-adres.
De uitlening wordt geregistreerd door via een terminal het boeknummer en het identificatie-
nummer van de ontlener in het systeem in te voeren. In de nieuwe Health Sciences
Library zijn er twee soorten terminals : een om d.m.v. het LCS boeken uit te lenen en
een om ze ter plaatse te doen komen vanuit het geautomatiseerde magazijn (Randtriever) ;
het zou de bedoeling zijn een koppeling tussen beide te verwezenlijken.
De Bobst Library aan de New York University, die in een nieuw gebouw een van de
grootste open-kast-collecties ter wereld huisvest (capaciteit van 2 miljoen vol. en 4000
lezers; ca. 2000 uitleningen per dag), heeft in oktober 1974 een circulatie-controlesysteem
opgezet dat bij ons bezoek nog niet helemaal operationeel was. Het werkt met streepjes-
code-etiketten (bar-encoded labels) die op de lezerskaarten en in de publikaties voorzien
zijn ; door met een soort leespen over die etiketten te strijken, worden de nummers die
ze vertegenwoordigen, in het systeem gebracht en de uitlening, resp. de teruggave
geregistreerd. Aangesloten zijn vijf beeldbuis-terminals (elf andere voorzien), waarop men
de uitleenstatus van een bepaalde publikatie kan vragen ; die wordt dan eventueel
gereserveerd voor iemand door met de leespen over het etiket van zijn lezerskaart te
gaan, terwijl de computer een bericht kan drukken voor de lezer die in het bezit is
van de publikatie. Men zal ernaar streven, dit systeem te integreren met het OCLC-systeem
waarop de bibliotheek zoals gezegd, is aangesloten.
Naast de reeds vernoemde bibliotheekactiviteiten, werden ook andere geheel of gedeelte-
lijk geautomatiseerd. Vooral aan de Columbia University is de computer op verschillende
domeinen ingezet geworden : voor de verwerving, bij de studie van de noden van de
gebruikers, bij een poging tot rationalisatie van de collectievorming ; het bezoek aldaar
was door de organisatoren echter niet erg op de automatie afgestemd, zodat een uit-
weiding over die projecten buiten het raam van dit verslag valt (2).
(1) Contract research center van het Battelle Memorial Instltute, een multinationale organisatie voor
wetenschappelijk onderzoek.
(2) Voor een beschrijving van het acquisitie-systeem voor monografieën (off-line), zie om. R.P. PALMER,
Case studies in library computer Systems (Bowker series in problem-centered approaches to librarian-
ship), New York, 1973, p. 149-160.
Bibliotheekgids — Jg. 51 — Nr. 2 — 1975 / 55 |