Full text |
p.t.-ers en full-timers gelijk te trekken, de bibliotheekopleidingen af te stemmen op
het verschijnsel deeltijdarbeid, en aan de hand van experimenten praktijkervarin-
gen op te doen.
Euronet
Diane news (1980) 30, supplement.
In maart 1983 was Euronet 3 jaar operationeel. Momenteel zijn 13 Europese
landen in het netwerk ingeschakeld. Voor Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië,
België, Zweden en Finland gebeurt de verbinding via het nationale netwerk.
Vooral op het gebied van rechten en economie is het aantal beschikbare databases
aangegroeid. I.v.m. het recht zijn er thans 45, voor sociaal-economische
disciplines 130 databases beschikbaar. Ook het aantal gebruikers is aanzienlijk
toegenomen ; nl. van 250 tijdens de eerste maand na de start tot 2.500. Bovendien
steeg het aantal oproepen jaarlijks met 60% : in maart 80 waren er 10.000 per
maand, nu 30.000 per maand. In de toekomst voorziet men nog meer verbin-
dingen met nationale netwerken, gemakkelijker zoekmogelijkheden, goedkopere
terminals, uitbreiding van de beschikbare Europese gegevensbestanden, meer
aandacht voor nieuwe technologieën zoals documentlevering, videotex en
elektronisch publiceren.
Th. B.
Gebruikersonderzoek
Jo Bell Whitlatch, Library use patterns among full- and part-time faculty and
students, in : College and research libraries, 44 (1983) 2, p. 141-152.
Onderzoeksresultaten aan de universiteit van San José (Californië, U.S.A.) tonen
aan dat vooral part-time studenten en personeel de universiteitsbibliotheek zelden
of nooit gebruiken. Universiteitsbibliotheken in het algemeen moeten er daarom
naar streven de behoeften en prioriteiten van deze gebruikers duidelijker te
achterhalen.
Th. B.
Massacommunicatie
Joan Hemels, Massamedia als medespelers : toegang tot het studieveld van de
massacommunicatie. Antwerpen..., Het Spectrum, 1982, 375 p., (Aula-paper-
back, 74). 760 BF. ISBN 90-274-6227-5.
Dit werk bestaat uit twee delen.
In het theoretische deel, dat de eerste helft van het boek beslaat, wordt achtereen-
volgens aandacht geschonken aan de huidige stand van de theorievorming rond
een aantal kernbegrippen, aan het ontwikkelingsproces van de communicatie-
technologie, aan het intentioneel karakter van de massacommunicatie, aan de
structurele aspecten van pers en omroep, aan de gevoerde mediapolitiek en het
toekomstig informatiebeleid.
114 / Bibliotheekgids - Jg. 59 — Nr. 2 — 1983 |