Full text |
Senaat. Ik vind Üm standpunt volko-
men gegrond en zal het steunen zooveel
ik kan . ; |
Aanvaard, waarde Heer, de: verzeke-
ring mijner oprechte gevoelens.
( Get. ) Rick. Kreglinger. •
Hóe de Kamerleden op onze actie
reageerden, leert ons het : « Beknopt
verslag' der Kamer ' der volksvertegen-
woordigers », betreffende de vergade-
ring van Woensdag, 22 Februari 1928 :
Bij artikel 137 : :
J)e heer Blavier, v erslaggev e r. —Ik
wil de aandacht van de Kamer vestigen
op den toestand van de bibliothecaris-
sen van de openbare boekerijen. De
vergoedingen aan deze agenten betaald
werdén niet meer aangepast sinds 1921.
Voor vier uren werk per week trekken
zij sléchts 150 frank ’s jaars ! Vroeger,
werden deze ambten veelal waargeno-
men door onderwijzers, die een bijslag
vari 75 franken genoten, maar deze' bij-
slag werd afgeschaft. Ik reken op de
welwillendheid van den heer Minister
om dezen toestand te verhelpen, wel
wetende welk belang hij, evenals wij,
stelt in de verzorging van onze boeke-
rijen, waar goede boeken moeten voor-
handen zijn.
De heer Boucherij. —^ Ik sluit mij aan
bij de opmerking gemaakt door den
heer Blavier.
De Regeering verklaart ons dat het
krediet voor dé boekerijen sedert 1921
verdubbeld werd. Dat is echt. Maar dat
komt hieruit voort dat er meer boeken
gekocht worden en vooral dat de prijs
der boeken meer dan verdubbelde.Doch
zulks neemt niet weg dat de wedden
der bibliothecarissen ontoereikend ge-
worden zijn. Verhoogt men die niet,
dan zal de aanwerving van het perso-
neel ër door lijden en het werk der boe-
kerijen zal er niet bij" winnen.
De heer Vauthier, Minister van kuns-
ten en wetenschappen. —; Het vraag-
stuk verdient de aandacht gaande te
maken en ik beloof het met de grootste
welwillendheid te onderzoeken.
De heet Mampaey (in Jt 1 ’laamsch).
—I Het crediet dat voor de openbare bi-
bliotheken voorzien wordt is met 300.000
frank vermeerderd in vergelijking met
verleden jaar, waarvoor wij den voor-
maligen minister, den heer Huysmans,
dankbaar zijn.
Doch wij maken dienaangaande de
volgende opmerking : Het crediet voor
elke bibliotheek beliep verleden jaar.
gemiddeld 500 frank.
Dit jaar is dus het gezamenlijk cre-
diet belangrijker, doch de bibliotheken
zijn ook talrijker en, na berekening,
stelt men vast dat het bedrag eigenlijk
op 500 frank blijft vastgesteld, zooals
verleden jaar.
Ik stel hierbij in het licht dat de prijs
der boeken van twee tot twee en half
maal hooger is dan verleden jaar.
Tenslotte is het toegekend crediet
minder belangrijk dan dat van het vo-
rige jaar, hetgeen ten zeerste te betreu-
ren is.
Gezien het belang van de toelagen
voor de volksontwikkeling, vraag ik dat
de, minister de zaak zou bestudeer en en
maatregelen nemen om toekomend jaar
een grootere opoffering te doen ten
voordeele van onze openbare bibliothe-
ken. (Zeer wel! rechts.)
. De heer Vauthier, Minister van kuns-
ten en wetenschappen. — Met levendige
aandacht luisterde ik naar den heer
Mampaey. Ik ben het met hem eens
over de noodzakelijkheid van onze boe-
kerijen zoo, zeer. mogelijk uit te breiden.
’ De bureelen onderzoeken nu een ont-
werp van verhooging.
69 |