Full text |
Zoodra zij er acht bij elkander hadden
en andermaal samen waren, was Jaap
plomp-verloren blijven staan.
„Zie zoo“, had hij gezegd „neem jij die
noii, want ik doe het niet langer.
Koenraad was insgelijks blijven staan;
hij droeg een splinternieuwe broek, die
blauw was in de schaduw; hij zou met
het voorjaar gaan naar een andere
winkel, om elders in het vak zich te
bekwamen. Hij keek ook naar de men-
schen die er liepen en haalde even zijn
schouders op.
„Dat moet je zelf weten, kopstuk," zei
hij dan en toen waren ze van elkander
gescheiden, heel anders dan Jaap het
zich voor had gespiegeld; van „geld-
voor-de-voeten-werpen" en omdat het
toch onder jongens gemakkelijk genoeg
on vechten uit kon draaien/'
v - _ M. M.-V.
GUIDO GEZELLE : ZANTE-
KOORN. Nagelaten voltooid- of
onvoltooide rapelingen van Guido
Gezelles dichtveld, bijeengebracht
door Caesar Gezelle. Brugge, „Excel-
sior" ■ ‘ ■ .
Er staat een inleiding in dit boek, die
precies geen meesterstuk is van logika.
Gezelle had het onschendbaar recht
achter te houden wat hij wilde, heet het,
maar.... hebben wij niet het recht
nieuwsgierig te zijn en te willen weten
wat hij achterhield en waarom?
Zeker staan hier merkwaardige dingen
in, voor de kennis van Gezelle, voor de
psychologie van de dichtkunst in ’t alge-
meen van ’t grootste belang. Dit alles
had allicht in een filologies tijdschrift
gepubliseerd kunnen worden. Gelijk hij
nu eenmaal is, biedt deze bundel aan
Gezelle-vereerders talrijke geneuchten.
Voor die Gezelle bestuderen willen is
hij natuurlik onmisbaar. Hoe veel
waarde voller zou hij niet geworden zijn,
indien er een facsimile-uitgaaf van
gemaakt was. Zulks ware goed moge-
lik geweest daar de inhoud niet zó
overvloedig is. Te betreuren is ook, dat
over ’t algemeen niet getracht schijnt te
zijn, de meegedeelde verzen van enig
jaartal te voorzien.
Een enkel smakeHk dichtje willen we
hier meedelen :
Noch stokvisch noch mortier en kan Justitie
vangen
het eene is veel te zwaar het ander veel te vet :
De groote dief loopt weg de kleine die moet
hangen
de kraeiie vlieqt er door de mugge blijft in t net.
D. S.
FELIX TIMMERMANS : DE
PASTOOR UIT DEN BLOEYEN-
DEN WIJNGAERDT. Met hout-
sneden van Henri van Straten (200 gen.
ex.). Antwerpen, „De Sikkel". Amster-
dam, P. N. van Kampen & Zoon.
We vinden in dit mooie, ontroerende
boek weer al de qualiteiten van Tim-
mermans verenigd. Het tastbare, onver-
getelike van zijn beeldspraak; de rus-
tige, ietwat ouderwets-vreedzame val
van de volzinnen, die zo uitermate
geschikt is om er de zuivere ontroering
uit te laten opklinken. Bij alle schijn-
bare eenvoud een taal vol kunstige
bedoelingen : op sommige bladzijden
zijn de helft van de woorden er zwaar
van :
59 |