Full text |
UIT ONZE AANTEEKENINGEN
VERTALINGEN VAN HET
DUITSCHE BOEK IN 1928.
In het Blatt des, Buchhandlerbörse-
vereins geeft Dr. von Lövvis of Menar
een overzicht van het vertalingswezen
in Duitschland en elders, waaruit
blijkt dat in 1928 niet minder dan lb48
.werken vertaald werden, T#: deze té
verdeelen over 24, landen en 26 taal-
groepen. Slechts 27 werken wérden in
Duitschland zelf vertaald.
Dat Rusland kwantitatief veruit aan
de spits staat spruit voort uit de ver-
regaande vrijheid die het zich veroor-
looft ten opzichte van het buitenlandsch
letterkundig eigendom. En zoo bezit dit
land thans stevige grondvesten—voor-
al inzake techniek, geneeskunde en
schoone letteren —- voor den-opbouw
van zijn uitgeverij, die het op eigen
krachten niet had kunnen .aanleggen. -
De beide groote Engelsch sprekende
staten nemen de tweede plaats in. In-
teressant is het wel, dat nu reeds Ja-
pan .de derde plaats bekleedt met voor-
al vertalingen van klassieke en heden-
daagsche Duitsche letteren. Dan volgt
het Nederlandsch en Vlaamsch taalge-
bied met veel vraag naar belletrie.
Daarna rangschikken zich Italië en
Tjekoslowakijë, op grooten afstand
Hongarije, Spanje, Bulgarije, en na
al deze verschijnt eerst Frankrijk op de
tiende plaats.
Bij de verdeeling in literatuurgroe-
pen staan de schoone letterenden zulks
geldt voor bijna alle landen, aan den
kop. De techniek neemt, ver achter de
belletrie, dè tweede plaats in. Maar de
techniek zou deze plaats moeten rui-
men indién Rusland niet op «en aktief
van 147 titels kon wijzen. Geneeskun-
de wordt eveneens het meest in den
Sovietstaat vertaald, terwijl tot de wijs-
begeerte en de opvoedkunde Italië en
Spanje het meest bijdroegen. De An-
gio-Amerikaansche landen stellen voor-
al belang in geschiedenis en politiek
Amerika daarbij ook, evenals Honga-
rije , in godsdienstwetenschap, Japan
en Rusland in staatswetenschappen,
Rusland en de Nederlanden in natuur-
wetenschap.
* * *
ERICH MARIA .REMARQUE
VAN HET WESTELIJK FRONT
GEEiN NIEUWS»
"De cijfers van de oplagen van dit
boek grenzen aan het fabelachtige,
vooral wanneer men bedenkt dat het
slechts eenige maanden geleden in het
oorspronkelijk verscheen (de Duitsche
uitgaaf verscheen 1 Februari 1929).
Uit de jongste gegevens (einde
Augustus) werd de volgende oplagen-
statistiek samengesteld:
Duitschland ...._..... 800.000 ex.
Frankrijk .............. 275.000 »
Amerika ................ 215.000 »
Engeland ............... 195.000 »
Holland en Vlaanderen . 50.000 »
Denemarken-Noorwêgen 35.000 »
Zweden ................ 25.000 »
Hongarije ................ 9.500 »
Spanje ................. 6.000 »
Roemenië ................. 6.000 »
Finland ................. 5.000 »
Jiddisch (Warschau) ... 1.000 »
Jiddisch (Riga) .......... 3.000 »
Totaal : 1.625.000 exemplaren.
Terwijl nog vertalingen in bewerking
zijn in Letland, Polen, Rusland, Japan,
Tsjecho-Slowakije, Jugoslavië en in het
Hebreeuwsch. Een Italiaansche verta-
ling moest op 15 Sept. 1.1. verschijnen
maar de uitgave werd door de Ital. re-
geering verboden.
Als een bizonderheid van de Neder-
landsche uitgaaf dient nog vermeld dat
deze verscheen op117 April 1.1. en sinds-
dien 8 oplagen bereikte met het totaal
cijfer van 50.000 ex. Dit is nooit in
zulk een korten termijn bereikt.
82 |