Full text |
maakt de taak van de bibliothecaris ook gemakkelijker, baar de mensen
zelf meer efficiënt zoeken.
Toch mag men de informatie verschaft door het catalogusapparaat niet
cverschatten. De voorhanden zijnde informatie in een bibliotheek is te
groot om ze in de catalogus op te nemen. Catalogussen geven alleen de
bronnen aan voor informatie, maar zij duiden' niet aan welke informatie
er juist in die bronnen zit.
In de O.B. ontbreekt het nog altijd aan systemen om de grote opgeslagen
informatie toegankelijk te maken. De «retrieval» gebeurt nog zoals eeuwen
geleden, door ervaring, de routine en het geheugen van de bibliothekaris.
Deze persoon is nog altijd (spijtig of gelukkig ?) de noodzakelijke schakel
tussen de vrager en de opgeslagen informatie. Misschien beleven wij nog
dat alle boeken zullen worden uitgegeven met een index leesbaar door
een machine, zodat de retrieval nog een zuiver technisch probleem zal
zijn. Ondertussen doen wij maar voort met onze catalogussen en proberen
er het maximum rendement uit te 'halen.
Buiten de eigen catalogussen, kunnen ook andere catalogussen grote
diensten bewijzen. Denken wij maar aan het interbibliothecair ruilverkeer.
Wij ondervinden dikwijls dat aanvraagformulieren wekenlang op zwerf-
tocht gaan op zoek naar een boek en het soms niet vinden. Indien de
plaatselijke bibliotheek zou kunnen beschikken over de catalogussen van
de gewestelijke en de centrale bibliotheek, die overkoepelend optreden
zou heel wat tijd kunnen worden gespaard. Wanneer dan de interbibliothe-
caire ontlening langs telefonische weg kon geregeld worden, dan zou de
vrager de bibliotheek verlaten met de zekerheid binnen een korte termijn
over het gevraagde werk te beschikken.
Het gebeurt zelden dat een bibliotheek een volledige catalogus uitgeeft
in boekvorm, meestal is het een catalogus vau een afdeling, een keuzelijst
of een aanwinstlijst. Sommige bibliotheken, zoals te Sint-Niklaas, reprodu-
ceren hun steekkaarten op een hoger aantal dan zij zelf nodig hebben en
geven ze door aan lager gestructureerde bibliotheken. Dit systeem biedt
het voordeel dat het bezit van deze bibliotheek op de voet kan gevolgd
worden.
Naast de eventuele catalogussen van de gewestelijke en de centrale bi-
bliotheek is het nuttig dat de bibliotheek er naar streeft nog andere cata-
logussen in het bezit te hebben, die speciale domeinen bestrijken en die
de belangstelling van het publiek opwekken. Deze catalogussen, die weer
eens een rijke bron zijn voor interbibliothecaire ontleningen, hebben echter
het groot nadeel : de verschillende gebruikte systematieken. Enkele voor-
beelden van interessante catalogussen zijn :
Bibliotheekgids — Jg. 48 — Nr. 3 — 1972 / 7 |